Toen mij door de BD-redactie gevraagd werd een woordenlijst samen te stellen met termen die in het boeddhisme gebruikt worden dacht ik dat is een makkie. Totdat ik mijzelf verloor in de vele verschillende stromingen en vertakkingen, met ieder hun eigen woorden.
Ik heb mij uiteindelijk gericht op de 3 hoofdstromingen:
Theravada is de oudste school en houdt zich voornamelijk met de geschriften bezig en de bevrijding van het individu en is voornamelijk verspreid naar Zuidoost-Azië.
Mahayana is ook bekend als het “grote voertuig” en richt zich op verlossing voor iedereen en is voornamelijk verspreid naar het noorden, zoals China en Japan.
Vajrayana is ook bekend als het “diamanten voertuig” of tantrisch boeddhisme, en is een onderdeel van het Mahayana. Dit is de meest esoterische school en is voornamelijk verspreid naar Tibet en de landen daaromheen, maar wordt ook gevonden in China en Japan.
Onderstaand vind je een woordenlijst, die niet volledig is en continu wordt bijgewerkt. Aanvullingen zijn altijd welkom.
A
De letter A betekent: het niet-geborene, het ongeschapene. De A symboliseert de basis van alles wat bestaat.
Afhankelijk onstaan – (Pali: Paticca samuppada; Sanskriet: Pratītya-samutpāda) Eén van de centrale leringen in het boeddhisme. Betreft het principe van causaliteit: hoe dingen ontstaan, afhankelijk van een oorzaak.
Ahimsa – Term uit Sanskriet. Het staat voor het vermijden van himsa (letsel). Ahimsa betekent dan ook volledige geweldloosheid. Deze houding vraagt enige innerlijke ontwikkeling om niet ook maar iets op enige niveau te forceren.
Amitābha of Amida – de boeddha van het oneindige licht. Door het reciteren van zijn mantra kun je een beroep doen op deze boeddha en zo overledenen herdenken en hen of jezelf toegang verschaffen tot het westelijk paradijs.
Aharant – (Pali: ‘een nobele’) verwijst het boeddhisme naar een boeddha of een discipel van een boeddha. Wanneer dit naar een discipel verwijst, betreft het iemand wiens geest door diep penetrerend inzicht in de natuur van het bestaan volledig gezuiverd en bevrijd is.
Asalha Puja – Eén van de drie belangrijkste gedenkdagen in het boeddhisme. Het is de dag van de Dhamma. Op deze dag herdenkt men de preek van Gautama Boeddha; de Dhammacakkapavattanasutta. De Boeddha begon de Dhamma te onderwijzen, waarop de eerste discipel de Dhamma voor zichzelf waarnam of realiseerde.Asalha Puja valt meestal in juni; op de volle maan van de maand Asalha, de achtste maanmaand van de hindoe maankalender.
Avīci – (Sanskriet en Pali voor “zonder golven”). Dit is het laagste/diepste niveau van de boeddhistische hel. Hier komen de doden terecht die de grootste misdaden hebben gepleegd, zoals het met opzet doden van ouders of het doen vloeien van bloed van een boeddha. De Zweedse dj Avicii noemt zichzelf naar dit fenomeen.
B
Bhavana – De traditionele term voor meditatie.
Bhikku / Bhikkuni – Een boeddhistische monnik en non. Het leven van de bhikkhus en bhikkhunis is door de Boeddha zó opgezet dat het de optimale levensstijl is voor het behalen van het nirwana. De term betekent letterlijk ‘bedelaar’. Het is de bhikkhus niet toegestaan om vragend te bedelen, men mag slecht stilstaan en wachten op een gift. Hij of zij neemt niet de positie in van bemiddelaar tussen de leken en een hoger wezen. Een deel van zijn rol is wél het geven van spiritueel advies aan de leken.
Bodhisattva – Dit woord verwijst naar een wezen (sattva) dat naar verlichting (bodhi) streeft.
Boeddha – Iemand die op eigen kracht compleet en volledig ontwaakt is. Daarnaast deelt hij of zij kennig met anderen zodat die ook kunnen ontwaken. In de bredere zin van het woord verwijst het naar elke volledig ontwaakte persoon.
Boeddhisme – Een levensbeschouwelijke en religieuze stroming. Volgens de overlevering werd het boeddhisme gesticht door Gautama Boeddha, de “historische Boeddha”, die volgens de overlevering in de 6e en 5e eeuw v.Chr. in het noorden van India leefde. Het ontstond uit en als reactie op stromingen binnen het hindoeïsme. Belangrijk verschil is dat boeddhisten geloven dat men bevrijd kan worden uit de cirkel van wedergeboorte. Dit door het volgen van de door de Boeddha onderwezen “middenweg”. Hierin zijn het uitbannen van alle materiële verlangens, het ethisch gedragen en het ontwikkelen van de geest de belangrijkste aspecten. Tegenwoordig telt het boeddhisme wereldwijd ongeveer 415 miljoen aanhangers.
C Chan – Een van de grotere scholen van het Chinese mahayana-boeddhisme. In Japan en het westen is de school bekend onder de naam zen. Het is een vorm van boeddhisme die sterk de nadruk legt op concentratie-meditatie. Hiermee wordt inzicht verkregen in de eigen ware aard om zo de weg te openen naar een bevrijde manier van leven.
D
Dalai Lama – De belangrijkste gereïncarneerde lama van het Tibetaans boeddhisme.
Deva – (Pali en Sanskriet). Een verzamelnaam voor alle goddelijke of bovennatuurlijke wezens. Het wordt gebruikt in het Boeddhisme en Hindoeïsme.
Dhamma/Dharma – Dhamma (Pali) of Dharma (Sanskriet); leer van de Waarheid. Het heeft verschillende betekenissen, maar het komt neer op: weergave van wat (er) werkelijk is.
E
Edele achtvoudige pad – Het boeddhistische pad naar verlichting. In acht onderdelen wordt uiteen gezet hoe de mens de onrust van geest en het lijden kan overwinnen. In de Dhammacakkappavattana Sutta wordt de eerste uitleg van het Achtvoudige Pad beschreven. In het kort bestaat dit uit:
1 juist begrip / juiste inzicht (pali: samma ditthi)
2 juiste gedachten / juiste intenties / juiste bedoelingen (pali: samma sankappa)
3 juist spreken (pali: samma vaca).
4 juist handelen (pali: samma kammanta)
5 juiste wijze van levensonderhoud (pali: samma ajiva)
6 juiste inspanning (pali: samma vayama)
7 juiste indachtigheid / juiste meditatie (aandacht, bewustzijn, concentratie, pali: samma sati)
8 juiste concentratie (pali: samma samadhi)
F
–
G
Ganesha – Het pantheon van het hindoeïsme de deva met het olifantenhoofd. Hij is de god van kennis en wijsheid, neemt hindernissen weg en is de beschermheilige van reizigers. Een klasse god die je ook terug ziet komen in het boeddhisme.
Guanyin – De Chinese interpretatie van de bodhisattva Avalokiteśvara (de godin van troost en genade). In het taoïsme wordt ze gezien als een onsterfelijke. Het is de godin van mededogen en de zee. Guanyin behoort ook tot de drie heiligen uit het westelijke paradijs.
H
–
I –
J
–
K
Kalachakra – Een term binnen het Vajrayana Boeddhisme en betekent “wiel van de tijd”. Het refereert zowel aan de tantrische meditatieboeddha (Tib. yidam) en de filosofieën en meditaties in de Kalachakra Tantra.
Karma – Een begrip uit het hindoeïsme en het boeddhisme, dat letterlijk vertaald wordt als ‘handeling’, ‘actie’ of ‘daad’. De fysieke en mentale acties die gevolgen hebben voor het leven en volgende levens. Strikt genomen verwijst karma alleen maar naar het verrichten van daden, niet naar de gevolgen van die daden. Het gevolg van een daad wordt ‘vipāka’ genoemd. Maar vele onder ons kennen het als het principe van wederkerigheid.
L Levenswiel – Een leer uit het Tibetaans boeddhisme. Het is een visuele weergave van de belangrijkste leerstellingen van het boeddhisme.
M
Maha Brahma – Een godheid die dacht dat hij de schepper van de wereld was, terwijl dit in werkelijkheid niet zo was. Hij vertoont gelijkenissen met het concept van God van de diverse monotheïstische godsdiensten. In het boeddhisme worden echter verscheidene goden onderscheiden. Goden, welke hoger en krachtiger zijn dan Maha Brahma en waar hijzelf het bestaan niet van kent. Dit komt omdat Maha Brahma de hoogste god is in de wereld van de brahma-kayika devas. Hier worden wezens geboren die de eerste jhana kunnen bereiken tijdens meditatie. Dit is slechts te eerste wereld van vele. Omdat Maha Brahma hier als eerste was en in zijn perceptie na wensen om gezelschap andere mensen in deze wereld tegenkwam, denkt hij de schepper te zijn.
Mahakala – Dit heeft verschillende betekenissen. In Theravada is Mahakala een van de koningen van de Nagas, een devoot volger van Boeddha. Mahakala kende de vier laatste boeddhas (inclusief Gautama Boeddha) persoonlijk. In Vairayana betekent Mahakala Darmabeschermer. Het is een toornige emanatie, maar ondanks zijn schrikwekkend uiterlijk mag men niet denken dat het hier om een “slechte” emanatie gaat. Mahakala manifesteert zich dan als een strenge maar liefdevolle ondersteuning.
Mahamudra – Het Grote Symbool of Het Grote Zegel van de waarheid. Wordt ook gebruikt in meditaties om tot ontwaakte toestand te komen.
Maitreya – De toekomstige Boeddha. Volgens sommige boeddhisten zal hij geboren worden op aarde en in zeven dagen verlichting bereiken, om vervolgens pure dhamma te onderwijzen.
Mandala – Staat voor cirkel. Het is een Hindoeïstische term die gebruikt wordt in Tibetaanse boeddhisme. Tijdens meditaties wordt de mandala gebruikt op de focus op te richten.
Marananussati – Mediatie over de dood. Dit wordt niet alleen door boeddhisten gebruikt, maar ook door christelijke monniken. Het doel is om spirituele urgentie te creeëren. Een besef dat het leven eindig is en elk moment kan eindigen. Dit maakt dat het helder wordt wat belangrijk is in het leven.
Metta – Een van de vier verheven toestanden; uit zich in haar meest pure vorm in onvoorwaardelijke liefde en de beste intenties en wensen voor alle wezens in het universum. Metta wordt gebruikt in mettameditaties. Hierbij cultiveer je gedachten van welwillendheid en vriendelijkheid voor alle wezens.
Majjhima patipada – de middenweg. De weg die leidt tot verlichting.
N
Naga – Een boventnatuurlijk wezen die de vorm van een slang of draak aanneemt. Naga’s nemen vaak de functie van bewaker op zich. Zo bewaken naga’s de poorten van heilige oorden in India. Op platforms rond Asvattha bomen wordt hun beeltenis gelegd; het zou de menselijke vruchtbaarheid bevorderen. Ze bewaken ook vaak heilige relikwieën van de Boeddha of zijn discipelen.
Nirwana – Ook wel Nirvana of Nibbana. Het is een belangrijk begrip in het boeddhisme. Het verwijst naar de hoogste staat die door de mens bereikt kan worden. Hierdoor wordt heiligheid behaald. De letterlijke vertaling van het woord is uitgeblust of onbeweeglijk. Dit verwijst naar het eind van begeerte, aversie en verwarring; het hoofddoel van het boeddhisme.
O
Om manipadmé hum – De meest gereciteerde mantra in het Tibetaans boeddhisme. Het is een invocatie, aanroeping van de bodhisattva Avalokitesvara, (De bezitter van) het Juweel-Lotus. In het mahayana-boeddhisme is Avalokiteśvara of Avalokiteshvara een bodhisattva die de compassie van alle boeddha’s belichaamt. Avalokitesvara is waarschijnlijk de bodhisattva die onder boeddhisten het breedst wordt gerespecteerd. In het vajrayana-boeddhisme staat Avalokitesvara ook bekend als Padmapani, de Houder van Lotus.
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z