Speciaal voor het Boeddhistisch Dagblad rapporteert een aantal medewerkers van zorginstellingen dit jaar over wat zich in die instituten afspeelt. Wat er goed gaat, wat fout. Het BD besteedt dit jaar extra veel aandacht aan de zorg in Nederland. Aan commerciële ziektekostenverzekeraars, aan de handelwijze van artsen en de behandeling van patiënten. Onze rapporteurs zijn het oog en oor van het BD, onze spionnen. Onze helden.
Een nieuwe werkdag is begonnen, de overdracht door de nachtdienst naar de dagdienst is geweest. Ik heb de agenda, email, rapporten en zo gelezen en ga mijn werkdag beginnen. Ik draai dagdienst, de nachtzuster is moe en blij dat zij naar huis kan. Zij loopt alleen op de afdeling. En als de sensoren, die in de slaapkamers geplaatst zijn bij bewoners die, zoals wij het noemen valgevaarlijk zijn, ’s nachts afgaan, dan loop je je soms een ongeluk om te kijken of er iemand op de vloer ligt. Als er tegelijkertijd meer van die meldingen zijn dan kan je niet ineens weglopen bij zo’n bewoner; soms zijn ongelukken dan ook niet te voorkomen.
Vandaag doen de artsen hun ronde, er staat een aantal bewoners op dit lijstje met wonden, open plekjes, benauwdheidsklachten en ga zo maar door. Bloeddruk moet worden gemeten, bloed geprikt, katheters geplaatst, benen zwachtelen, noem het allemaal maar op. De dagelijkse werkzaamheden. Dus ik moet proberen om op tijd klaar te zijn zodat de mensen gegeten hebben en verzorgd zijn als de arts komt. Het luistert heel nauw, de dag is niet van elastiek. Ik zou deze handelingen op kunnen schuiven naar een later tijdstip, maar dan kom ik niet uit met de tijd. Want er moeten ook nog bedden en rollators gesopt worden, kamers opgeruimd, eten klaargemaakt en schoonmaakwerkzaamheden gedaan worden. Niet door werksters of ander personeel, maar door mij, Mien Zorgelijk . Opzij, opzij, opzij…
Medicijnronde
Deze week hoorde ik een verhaal van collega’s uit een ander verpleeghuis dat mij erg aan het denken heeft gezet. De hele week figureert minister van gezondheid Schippers al in de kranten en op tv, met haar zogenaamde plannen om de zorg beter te maken- lees goedkoper voor de overheid en zorgverzekeraars, maar wat is nou de praktijk. In dat verpleeghuis, hier niet zo gek ver vandaan, is de hele middenmoot aan goed opgeleide verzorgers ontslagen. Wegens bezuinigingen. Dat gat wordt niet opgevuld, net zoals bij ons mensen zijn ontslagen- ik noemde al koks en huishoudelijk personeel, maar de basis verzorgers moeten nu die werkzaamheden overnemen, erbij gaan doen. Ja, dat personeel is wel van elastiek, denken ze bij de directie. Maar mooi dat de bewoners van dat huis op een dag hun medicijnen niet kregen van de ‘basis’, die het waarschijnlijk te druk had met het reinigen van plees of gewoon niet in hun mind hebben zitten dat er mensen in dat huis wonen die zonder medicatie het wel heel moeilijk krijgen. Dus ik denk als ik die VVD-politica Schippers zie: rot op met je mooie verhalen. Je weet dat je de hele zorg om zeep helpt. Cijfers en geld zijn belangrijker dan mensen voor deze politici.
Weinig privacy
Terug naar mijn eigen tehuis. De bewoners zijn nooit angstig voor de arts. Hij stelt zich altijd voor, is geduldig en neemt de tijd voor de mensen- ondanks de werkdruk die ook de artsen ervaren. Na het artsenbezoek moeten alle patiëntengegevens gerapporteerd worden. We maken vervolgafspraken en als die niet gelijk in de agenda worden gezet gaat het soms fout omdat er op de dag zoveel gebeurt dat zaken vergeten worden. Als een wondbehandeling veranderd wordt moet het behandelplan van de arts bijgewerkt worden en uitgeprint. Wij kunnen en mogen gewoon niets vergeten, dat is niet alleen schadelijk voor de cliënt maar ook voor ons. Want wij worden op het matje geroepen. Terwijl ik in de rapporten duik moet ik ook nog de bewoners in de gaten houden. Vanuit mijn ooghoek zie ik hoe mevrouw *Borgers meneer Vanderwiele een pets verkoopt. Ze hebben onenigheid. Ik erop af. Twee volwassen mensen, nu kinderen eigenlijk vanwege hun psychische gesteldheid, die ik uit mekaar moet halen. Hoe naar, want het gaat om niets. Sommige bewoners zijn snel aangebrand, ik denk, ook omdat ze zo dicht op elkaar leven, geleefd worden eigenlijk. In een strak ritme, met weinig privacy. En wij als pottenkijkers waarom ze niet gevraagd hebben.
Voor nieuw voorgeschreven medicijnen moet ik naar een apotheek faxen zodat ze op tijd opgehaald kunnen worden. Vroeger had het huis zelf een apotheek en kon je snel en makkelijk even de medicijnen ophalen. De overheid heeft besloten dat dit niet meer mocht, vraag mij niet waarom.
Kleinschalig, minder personeel
In het huis waar ik werk, werken wij met een zorgleefplan waarin onder meer aandacht voor de woon- en leefomstandigheden, het deelnemen aan activiteiten in het huis, mentaal welbevinden en autonomie en het lichamelijk welbevinden en gezondheid. De bedoeling is dat in alle omstandigheden en fronten onze bewoners centraal staan in dat zogenoemde kleinschalige wonen. Ja, kleinschalig is het wel, er is steeds minder personeel.
De woon-en leefomstandigheden zijn bijna iedere dag hetzelfde. Wakker worden, ontbijten, Tv- kijken, weer eten, Tv-kijken, muziek luisteren en weer eten. Totdat je naar bed wordt gebracht. Een hazelworm zou er nog krankzinnig van worden. Een gedetineerde heeft meer afwisseling. Door de jaren heen heb ik geleerd dat dat de verschrikkelijke werkelijkheid is. Het nu. Voor die bewoners en voor ons, het personeel. Het totale zinloze niksdoen, alle dagen van de week, alle maanden van het jaar. Bewoners snakken soms naar de buitenlucht of vinden het leuk om even naar een winkel te gaan, of zomaar even iets anders te doen. Maar we kunnen ze niet in hun eentje naar buiten laten gaan zonder dat er problemen komen. Dus zijn ze afhankelijk van ons, de zorg. Soms komt het voor dat een zuster, die zich al drie slagen in de rondte werkt, nog iets menselijks, iets zinvols aan haar dag wil toevoegen. Zodat ze met een tevreden gevoel naar huis gaat. Dan kan het zomaar zijn dat de zuster het initiatief neemt om met zo’n bewoner iets te doen, om een interesse te bevredigen. We maken geen rare sprongen, alles wat wij ondernemen moet zo min mogelijk kosten. Er is geen geld, zegt de directie. Gelukkig is een ommetje maken en wat frisse lucht happen nog gratis.
Gedurende een aantal dagen in de week is er een dagdeel met een activiteit, zoals dat genoemd wordt. Dat geeft gelijk al aan dat dit bijzonder is, dat er de rest van de week geen activiteit is. Daar nemen bewoners aan deel die hier nog van kunnen genieten. Ze zingen collectief, schikken bloemen, doen mee met bingo, ja BINGO, 31, 53, 81, 42,16, BINGO en handenarbeid. Hiervoor zijn de collega’s van de activiteitenbegeleiding verantwoordelijk. Die zien de bewoners op een heel andere manier. Ontspannen en soms vrolijk, het is dan ook een plezier om naar te kijken.
In de zomermaanden gaan deze collega’s zo’n een à twee keer per week met wat bewoners naar buiten. Dat is qua planning altijd weer een hele klus omdat ook deze afdeling, die niet al te dik bemand is, het moet hebben van vrijwilligers. En omdat ook die steeds zeldzamer worden kunnen er niet al te veel bewoners mee met zo’n uitstapje. Eén onderdeel van de activiteiten begeleiding is het snoezelen . Bewoners die niet fysiek of geestelijk meer aan een activiteit mee kunnen doen, worden gedurende kortere of langere tijd in een ruimte gelegd, waar gedempt licht, zachte muziek, geuren en bijvoorbeeld een zitzak een kalmerende invloed hebben, ook een zachte massage wordt soms toegepast.
Boze partner
Bewoners die zelf nog een beetje mobiel zijn en nog enig inzicht in hun woonsituatie hebben, mogen en kunnen over de afdeling lopen. Als je geluk hebt en je familie is begaan met je, dan krijg je bezoek en neemt je partner/dochter/zus broer je mee naar buiten. En als je geestelijk het nog enigszins aankan mag je in je eentje van de afdeling en kan je het restaurant en het bijbehorend terras bezoeken. Dan zie je nog eens andere mensen. Het zijn weinigen die dit nog kunnen, helaas.
Laatst kwam er een boze partner van een bewoner naar mij toe. Er werd mij gevraagd waarom ik die bewoner die dag niet had gedoucht. Ik heb geprobeerd uit te leggen dat er zieke collega’s waren en dat het er daarom bij was ingeschoten. Dat betekent dat ik me de benen uit m’n lijf loop omdat ik in een andere huiskamer ook mensen moet wassen en hun medicijnen en ontbijt moet verzorgen. Dan komt er ook nog een arts en moet ik bewoners naar een andere ruimte brengen voor een activiteit, ja, dan schiet het douchen er wel eens bij in. Ik vind het ook een nare situatie, maar kan er niets aan doen. Bezuinigingen, weet u wel. Zulke dingen zijn eigenlijk niet uit te leggen.
In de oude situatie die ik ook in de zorg heb meegemaakt, voordat het kleinschalig wonen is ontstaan, en wij nog met meer personeel werkten werd iedereen die gedoucht wilde worden ook gedoucht. Wij deden uitstapjes met de mensen, een spelletje, praatje maken, krantje lezen of gewoon lekker met mooi weer in het zonnetje zitten. Dat is voorbij. Wim Sonneveld zingt daarover in Het Dorp. Voorgoed voorbij. Ik begrijp best dat familieleden van onze bewoners, de bewoners natuurlijk zelf ook, het beste willen. Het zijn geen dingen die bij en met ons wonen, maar levende mensen, die na een lang leven bij ons te gast zijn. Steeds stel ik me de vraag: Hoe zou ik het vinden als mensen waar ik veel van hou zo zouden eindigen. Nog belangrijker is: hoe kunnen wij de situatie veranderen, weer van mensen gaan houden, ze zien als uniek, die recht hebben op het beste wat we ze kunnen bieden, mevrouw Schippers. Er moet veel meer personeel komen. En u mag wel vertrekken.
(namen zijn gefingeerd om de privacy te waarborgen)
Marja Baars zegt
Goed stuk.
Liep 15 jaar geleden stage in een verpleeghuis. Toen vond ik de situatie al schrijnend!
Ook werd er toen al op deze groep bespaart, vooral de handen aan het bed en alles eromheen.
Nu wordt ik er helemaal stil van. En verdrietig.
Wat moet de politiek en het hogere management zich toch gaan schamen!
Kees Moerbeek zegt
‘Wat moet de politiek en het hogere management zich toch gaan schamen!’
We moeten ons allemaal schamen, Marja! Het kiezersvolk en de belastingbetalers hebben dit allemaal toegelaten en al meer dan 20 jaar.
Het was Bert Keizer, denk ik, maar andere verpleeghuisartsen zeggen het hem na en dat is dat is er maar een ding goedkoper is dan een verpleeghuisbed. Dat is de dood.
Je kunt maar beter in de cel zitten als crimineel, dat een hoogbejaarde hulpbehoevende zijn.
Marja Baars zegt
Beste Kees,
Als verpleegkundige aan het bed, die full time werkt, hoef ik mij helemaal niet te schamen!
Ik werk mij namelijk dagelijks 3 slagen in de rondte om kwaliteit van zorg en persoonlijke zorg te leveren!
Alleen weet ik, dat in een verpleeghuissetting de situatie nog schrijnender is, en met de voor dit jaar aangekondigde bezuinigingen en sluiting van verpleeghuisbedden/ huizen.
En wellicht moet jij je schamen omdat je weg kijkt, geen idee. Ik benoem dit feit al jaren, en ben jaren weggezet als een zwartkijker. Ik zie het hogere management en de politiek, niet onbelangrijk; de medische stand en de farmaceutische industrie toch echt als de aanwijsbare “schuldigen” in klakkeloze zelfverrijking en graai en bonus cultuur. Laten we de zorgverzekeraars er ook eens bij slepen (ook weer politiek).
Alles ten koste van de zorg aan mensen.
O en ik stem al meer dan 15 jaar SP, en mis de inbreng van Agnes Kant nog steeds!
Kees Moerbeek zegt
Ik heb jaren in de ouderenzorg gewerkt en werk nu in een ziekenhuis, niet als verpleegkundige of arts, maar weet heus uit eigen ervaring wat er gebeurt. Zelfs als ik zou willen wegkijken, zou ik dat niet kunnen.
Er is een zengezegde dat stelt dat zo lang als we de schuld bij anderen leggen, hebben we het niet begrepen. Volgens mij was het Shunryu Suzuki.
Met vingerwijzen en zeggen; “Hullie zijn fout.” komen we niet ver.
Beter is het gewoon ons werk te doen, het goede voorbeeld geven en onze mening delen. Jij doet je werk als verpleegkundige en ik als ambtelijk secretaris van een OR van een zeer groot ziekenhuis in de Randstad. Meer dan dat kunnen we niet doen.
Als de SP geloof in Agnes Kant had gehad, zou ze niet opgestapt zijn.
Marja Baars zegt
Beste Kees,
O ja de OR….
Beschuldigingen van vingerwijzen….
Zen erbij
En hup weer iemand die het beter weet.
Het goede voorbeeld? Ik werk aan het bed.
Agnes viel niet goed bij het electoraat, waarom? niet duidelijk. De exacte werkwijze van de SP? Weet ik niet valt buiten dit thema. Agnes was wel een echte zorgdeskundige.
Wat mij betreft: einde discussie, heb een hekel aan beterweters.
Nic Schrijver zegt
Gewaardeerde Kees,
‘Je kunt maar beter in de cel zitten als crimineel, dan een hoogbejaarde hulpbehoevende zijn.’
Ik vind die opmerking zuur.
Ik denk niet dat het beter is in de cel zitten als crimineel.
Betere zorg voor hulpbehoevende hoogbejaarden is wat je wilt, toch ?
Dan lijkt me deze vergelijking overbodig en volgens mij motiveert het niet extra om wat aan de zorg voor hulpbehoevende hoogbejaarden te doen.
Dit alles staat in het teken van bewust taalgebruik.
Dat mooie lijstje wat je weleens plaatst.
Je weet wel. ;-)
Hartelijke groet,
Nic
Kees Moerbeek zegt
Ha die Nic!
Fijn dat je me aan het lijstje herinnert, Nic. Maar ik ken het uitentreuren. Goed dat je vol compassie reageert :-)
In materieel opzicht hebben criminelen het inderdaad beter dan ouderen in een verpleeghuis. Dat is een feit.
De beschaving van een land lees je af aan de manier waarop gevangenen en ouderen (gehandicapten….) behandeld worden. En en dus.
Voor hoogbejaarden is terugkeer in de samenleving geen optie, Zo cynisch zijn we met z’n allen toch niet?
We weten het samen wel, Nic.
Met lege handen op de marktplaats,
Kees
Kees Moerbeek zegt
Ach ja, Marja, een verschil van mening van 2 millimeter erop nahouden is betweter zijn :-)
Je hebt niks op met ondernemingsraden en invloed van medewerkers op beleid, ach ja.
C Cornelisse zegt
Tsja het draait vandaag de dag maar om 1 ding: geld.
Hoe minder iets kost, hoe beter het gevonden wordt.
We zijn geen mensen meer, we zijn consumensen geworden.
Kees Moerbeek zegt
JE SUIS KEES
Erger misschien nog, C. Cornelisse.
Ik denk wel eens dat we in de ogen van de politiek en de bestuurderenden met zijn allen een last zijn voor deze samenleving.
Willen wij nog enig nut hebben, zo lijkt het, dan moeten we onze spaarcenten uitgeven om de economie er bovenop te krijgen.
Ook moeten we productief zijn totdat we er dood bij neervallen. Maar erbij neervallen is a-sociaal, want dat kost. Dat alles niet alleen, we moeten ook verantwoordelijke burgers zijn, participeren aan deze samenleving (zijn we allemaal kluizenaars?) en verantwoordelijke ouders zijn.
Op het relationele persoonlijke vlak moeten we con amore therapeut(e), vriend(in), maatje, passievolle mina(a)r(es) en pispaal zijn voor de nukken van onze partner. En niet claimen, want een relatie is maar een zakelijke overeenkomst met beperkte houdbaarheidsdatum. Dat is ook weer niet waar want de romantiek viert hoogtij.
‘Je suis Kees’ en ‘Ich bin ein Kees’. U ook?: https://www.youtube.com/watch?v=GLVc1PLcD_o
C Cornelisse zegt
“Je Suis C Cornelisse”.
Andre zegt
Een ander geluid, deze week in De Groene Amsterdammer:
http://www.groene.nl/artikel/beter-oudewijvenkoek-dan-een-dietiste