Het volksverzet in Hong Kong van de laatste maanden tegen de bemoeienis van China met de keus van kandidaten voor de bestuursverkiezingen van de stadstaat- demonstranten noemen het een schijnvertoning, heeft niet alleen consequenties voor de politieke leiding en de inwoners van Hong Kong, maar kan ook de positie van de Chinese president Xi Jinping en de partijbazen in Peking aantasten.
Als Xi er niet in slaagt om controle te houden op een gecentraliseerd politiek systeem, wacht hem, zo is de angst van de leiding van de Chinese communistische partij, eenzelfde lot als de voormalige Russische president Michail Gorbatsjov die roemloos van het politieke toneel verdween. Zo zegt Larry Diamond, analist verbonden aan het Hoover Instituut en directeur van het Stanford Center voor het ontwikkelen van democratie binnen de rechtsstaat.
Wat er gebeurt in Hong Kong- met zeven miljoen inwoners, waar tienduizenden mensen de straat op zijn gegaan en democratische hervormingen eisen en invloed op de keuze van het bestuur, is, zo zegt Diamond, een strijd over de toekomst van China zelf. Want volgens hem kan-ondanks dreigende taal, Peking niet onderhandelen noch de massademonstraties onderdrukken. China kan gewoon niet omgaan met democratie.
Xi Jinping is in eigen partij en land bezig om economische hervormingen door te voeren en een eind te maken aan schaamteloze corruptie in China en binnen de communistische partij, en daarmee ook zijn rivalen uit te schakelen. Maar politieke hervormingen worden uitgesloten. En zelfs de discussie daarover op sociale media over een onafhankelijk rechtssysteem bijvoorbeeld is ongewenst.
De tot nu toe door jongeren geleide vreedzame massale protesten in Hong Kong- demonstranten die zich met een paraplu wapenen tegen het traangas van de politie, is voor de demonstranten de meest serieuze uitdaging om zich teweer te stellen tegen het gezag van de Chinese Communistische Partij, sinds het bloedbad op het Tiananmenplein 25 jaar geleden. Alleen de Chinese communistische leiders hebben schuld aan de politieke crisis in Hong Kong. Sinds 1997, toen Groot Brittannië de kolonie teruggaf aan China, heeft Hong Kong een grote mate van zelfstandigheid en burgerlijke vrijheid onder het principe van “een land, twee systemen”. Met hun protesten willen de demonstranten kracht bij zetten aan hun eis voor werkelijk vrije verkiezingen voor een nieuw bestuur. Dat wordt volgens hen wel tijd na zeventien jaar wachten daarop na de aanstelling van een door China aangewezen zetbaas.
De recente uitbarsting van volkswoede is ingegeven door het besluit van Peking om vrije verkiezingen uit te stellen, waardoor een eind lijkt te komen aan de doom van democratisch zelfbestuur in Hong Kong. China’s heersers hanteren nu een Iraans-achtige interpretatie van “algemeen kiesrecht”: iedereen kan stemmen, maar alleen voor kandidaten die de echte heersers goedgekeurd hebben. Waardoor een welvarend Hong Kong steeds meer wordt geconfronteerd met een toenemende concentratie van economische macht, beperkingen van de media en de academische vrijheid. De inwoners van Hong Kong die lange tijd in het Britse democratisch systeem grote vrijheid hebben ervaren willen daar niet aan tegemoet komen. De wereld en ook veel mensen in China zelf kijken over de schouders van de communistische partijbazen mee en wachten in spanning af. Worden het tanks of (een beperkte) vorm van democratie?
Bron BNN.