• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst

Boeddhistisch Dagblad

Ontwart en ontwikkelt

Header Rechts

Elfde jaargang

Zoek op deze site

  • Home
  • Agenda
    • Geef je activiteit door
  • Columns
    • Andre Baets
    • Dharmapelgrim
    • Bertjan Oosterbeek
    • Dick Verstegen
    • Edel Maex
    • Eelco van der Meulen
    • Emmaho
    • Goff Smeets
    • Hans van Dam
    • Joop Hoek
    • Jules Prast
    • Paul de Blot
    • Ramo de Boer
    • Rob van Boven en Luuk Mur
    • Ronald Hermsen
    • Theo Niessen
    • Xavier Vandeputte
    • Zeshin van der Plas
  • Nieuws
  • Contact
    • Steun het BD
    • Mailinglijst
  • Series
    • Boeddha in de Linie
    • De werkplaats
    • Recepten
    • De Linji Lu
    • De Poortloze Poort
    • Denkers en doeners
    • De Oude Cheng
    • Meester Tja en de Tao van Niet-Weten
    • Fabels door Goff
    • Cartoons van Ardan
    • Tekeningen Sodis Vita
    • De derwisj en de dwaas
  • Over ons
  • Privacy

Home » Achtergronden » De grondregels van zen

De grondregels van zen

17 mei 2022 door gastauteur

Dit artikel is gebaseerd op een voordracht van zenmeester Jiun roshi uit december 2021, gehouden tijdens de Rohatsu, de zeer intensieve sesshin die overal ter wereld plaatsvindt rond 8 december, volgens de overlevering de datum van de verlichting van de Boeddha.

In deze voordracht verwijst ze naar een aantal klassieke zenteksten, die vaak met hun Japanse namen worden aangeduid. De Dentoroku (Overdracht van de Lamp), De Hegikanroku (Verhalen van de Blauwe Rots) en de Mumonkan (de Poortloze Poort), zijn geschreven tussen de elfde en de dertiende eeuw en bevatten verhalen die als koan gebruikt worden: de meditatieoefening in de vorm van een vraag waarop het antwoord niet ontstaat uit kennis of redeneren. De Kegon-soetra is een tekst oorspronkelijk geschreven in het Sanskriet en toegeschreven aan de Boeddha, maar pas ver na zijn dood ontstaan. Voor de filosofische onderbouwing van zen geldt deze soetra als heel belangrijk.

Teisho door Jiun roshi

Goedemorgen!

Het is duidelijk dat de verlichting van Boeddha voor zen van het allergrootste belang is geweest. Zonder Boeddha’s verlichting zou er geen boeddhisme zijn geweest. Dit uitgangspunt heeft uiteraard invloed op de oefening, op wat we de zenweg noemen. Vanaf het ontstaan van zen tot de dag van vandaag is er steeds discussie geweest over wat belangrijker is: de ervaring van wat we de ware natuur noemen, of de bestudering van de soetra’s. Zoals met veel van dit soort vragen, denk ik dan: vraag niet of-of, maar zie de mogelijkheid van en-en: inzicht en studie zijn beide belangrijk.

Heel behulpzaam op de zenweg zijn de vier zogenaamde grondregels van zen, die al in de zevende eeuw zijn geformuleerd:

Overdracht buiten de geschriften om
Niet steunen op letters of woorden
Direct wijzen naar de eigen geest
Boeddhaschap verwezenlijken door de eigen ware natuur te zien
Overdracht buiten de geschriften om

Niet alleen zijn er vele, vele boeken over boeddhisme, er komen ook vrijwel dagelijks boeken bij over zen. Veel van de zenboeken die nu verschijnen, geven een sterk vereenvoudigd beeld van zen, deels onder invloed van de mindfulness-beweging, deels vanuit de behoefte de lezer te helpen met een voor het verstand begrijpelijke uitleg.

Gelukkig zijn er ook boeken waarvan je kunt voelen dat ze geschreven zijn door iemand die de ware natuur ook echt heeft gerealiseerd. In die boeken wordt de leer niet alleen uitgelegd, maar worden we ook aangemoedigd om zelf datgene te ontdekken en te ervaren wat niet in woorden uitgedrukt kan worden.

In de Dentoroku (Overdracht van de Lamp) staat de volgende dialoog:

Een geleerde monnik, die bekendstond als een goede uitlegger van de soetra’s, kwam op een dag bij meester Enkan. Enkan vroeg aan de bezoeker: ‘Welke soetra’s zou je voor mij willen uitleggen?’ ‘Ik wil een lezing geven over de Kegon-soetra’, antwoordde de monnik. Enkan vroeg hem: ‘Hoeveel dharmawerelden worden er in de soetra genoemd?’ De monnik antwoordde trots: ‘De Kegon-soetra noemt vier soorten dharmawerelden!’ En hij begon een heel betoog over de Kegon-filosofie. Enkan luisterde zonder iets te zeggen. Toen de monnik klaar was met zijn betoog, hield Enkan een waaier omhoog en vroeg: ‘Tot welke dharmawereld behoort deze waaier?’ De geleerde monnik kon die vraag niet beantwoorden. Enkan zei: ‘Je geleerdheid is van geen enkel nut, vind je ook niet? Het is als een kleine lamp, waarvan het licht totaal onzichtbaar is onder de stralende zon.’

Nog een ander verhaal, dit keer uit de Hegikanroku:

Ooit leefde in China een keizer met de naam Bu-Tei, die een toegewijde volgeling was van Boeddha. Hij had een beroemde zenmeester, Fudaishi, uitgenodigd om in het paleis een Dharmavoordracht te komen houden over de Diamant-soetra. De keizer en andere belangrijke hovelingen zaten in de zaal op de lezing van Fudaishi te wachten. Fudaishi ging rustig op de teisho-stoel zitten (de hoge stoel van waaraf een zenmeester de leer verkondigt). Met een stok die hij in zijn hand had, gaf hij vervolgens een klap op de tafel die voor hem stond, waarna hij wegliep zonder een woord te zeggen. De keizer en de rest van het gehoor waren zeer verontwaardigd. De lezing was voorbij.

Geen uitleg, geen woorden, geen begrippen, en toch had meester Fudaishi de hoogste werkelijkheid weergegeven. In de zenoefening wordt dat ons steeds weer getoond: tegenover écht begrip vallen alle concepten weg, hoe goed ze ook zijn, als sneeuwvlokken die in een vuur terechtkomen.

Dat is ook zo als we met een koan oefenen. Je antwoord moet geen begrip tonen, geen uitleg zijn, geen ding dat je aan me geeft. Je antwoord moet een overdracht zijn buiten de woorden om.

Daarom is de tweede grondregel van zen: Niet steunen op letters en woorden.

Shibayama roshi (1894-1974) schreef een boek met de titel A flower does not talk. Een bloem zegt niet: ik ben een bloem en ik bloei, een vogel zegt niet: ik zing heel mooi! Maar wij mensen verwarren steeds weer wat we hebben ervaren met de uitleg ervan in woorden. We hebben de neiging te denken dat de ervaring zelf in die woorden vervat is.

Nog een mooi voorbeeld uit de Dentoroku:

In de achtste eeuw was er een zenmeester Sekito, waar veel monniken naar toe kwamen. Maar Sekito gaf helemaal geen teisho of andere voordrachten. Op een dag verloren de monniken hun geduld en dwongen de meester zo ongeveer om toch een toespraak te houden. Sekito ging er uiteindelijk mee akkoord, en alle monniken kwamen hoopvol naar de zaal. De meester besteeg kalm de teisho-stoel en zei: ‘Er zijn geleerden om de soetra’s uit te leggen, er zijn filosofen om filosofische verhandelingen te houden. Maar ik ben een zenmeester, en dat moeten jullie niet vergeten.’ Na die woorden kwam hij van de teisho-stoel af en ging terug naar zijn kamer.

Jullie kunnen je waarschijnlijk wel voorstellen dat ik het langzamerhand behoorlijk warm krijg hier. Wat doe ik op deze stoel?!

Meester Sekito wist precies wat zijn leerlingen van hem wilden. En als hij dat had gewild, zou hij ongetwijfeld een prachtige voordracht hebben kunnen houden over de boeddhistische leer, over de werkelijkheid en de boeddhanatuur. Maar hij was ervan overtuigd dat zo’n voordracht geen nut had.

Ook naar meester Tokusan kwam een monnik met een vraag. Hij boog diep voor de meester voor hij zijn vraag stelde. Maar nog voor hij klaar was met buigen, gaf Tokusan hem een stokslag. De monnik begreep er niets van en zei: ‘Ik boog alleen maar voor u en heb nog helemaal niets gevraagd. Waarom sloeg u mij?’ Tokusan antwoordde: ‘Het heeft geen zin om te wachten tot je begint te praten.’

We gaan naar de volgende grondregel.

Direct wijzen naar de eigen Geest betekent dat als we de waarheid willen ervaren, we een weg moeten vinden uit het dualistische, menselijke denken. Het pad van dat denken is als een doodlopende weg: het gaat nergens heen.

Met de eigen Geest wordt de boeddhageest of de absolute geest bedoeld. De volkomen onbegrensde geest die niet voortdurend beperkt wordt door gedachten en emoties. Direct wijzen naar de boeddhageest betekent: één zijn met dat wat ís, zodat er niets tussen zit: heel rechtstreeks, zonder er iets voor te zetten.

Boeddhaschap verwezenlijken door de eigen ware natuur te zien.

Als er al een doel is in zen, dan zou het dit kunnen zijn: Boeddhaschap verwezenlijken door de eigen ware natuur te zien. We hadden het net over onze eigen geest, en nu over onze eigen natuur. Als we het woord “eigen” vervangen door “boeddha”, dan wordt het meteen duidelijk: de boeddhageest en de boeddhanatuur, onverbrekelijk met elkaar verbonden.

Boeddhanatuur is de wortel van ons wezen. Het is niet iets dat we door de jaren heen ontwikkelen, het is niet iets dat we kunnen bereiken. Het is de absolute natuur. De zenoefening gaat om direct kijken in die eigen natuur. Dus we zeggen niet dat je je ware natuur moet begrijpen. In plaats van kijken in zeg ik meestal: realiseren van.

De eigen ware natuur zien wordt in het Japans kensho genoemd, en een kensho wordt beschouwd als een spirituele ervaring. Dus deze vierde grondregel zegt ons dat we boeddhaschap kunnen verwezenlijken door bepaalde spirituele ervaringen. Het woord boeddha heeft hier de oorspronkelijke betekenis van het Sanskriet: verlicht, of ontwaakt. Het verwijst dus niet naar een almachtig, absoluut wezen buiten onszelf. Het verwijst juist volledig naar ons mens-zijn.

Als we nu de laatste twee grondregels samen nemen, zien we wat zen ons leert:

het dualistische onderscheid van ons bewustzijn te overstijgen,
werkelijk en direct in de boeddhageest één te zijn met dat wat is en
zo onze ware natuur te verwezenlijken.

We openen onze spirituele ogen voor een nieuw zicht en ontwaken als een nieuw zelf. Toen Prabhasa Dharma roshi zei: sterf nu, leef later, verwees ze daarnaar. Het zelf dat gebonden is aan het idee van ik-en-ander sterft, en een nieuw, alomvattend zelf wordt geboren, steeds weer, van moment tot moment.

Dat betekent natuurlijk niet, dat we in zen dualistisch denken en begrip volledig afwijzen. Maar in zen is het belangrijkste niet om ons intellect te ontwikkelen of nog meer te gaan begrijpen, maar om te zien wat daarvóór ligt. Wat is het vóór we ja of nee zeggen. Wat is het vóór we het groot of klein noemen?

Daarom zei meester Sosan: als je niet kiest, als je verschillen niet cultiveert, dan is de weg van de Boeddha helemaal niet moeilijk, dan is het realiseren van de boeddhanatuur helemaal niet moeilijk. Deze boeddhanatuur is nooit van ons gescheiden geweest, hij is er altijd. Verlichting is deel van ons wezen en daarom zijn alle mensen in aanleg Boeddha. In de Diamant-soetra staat: ik ben verlicht en ben dat altijd geweest, tegelijk met het begin van het universum. Geen verschillen cultiveren betekent zo volledig stil worden dat niets meer beweegt, dat je rechtstreeks ervaart, zonder dat er een dualiteit van subject en object ontstaat.

Koan-oefening helpt ons om die niet-dualiteit te verwerkelijken.

Daarnaar verwijst bijvoorbeeld nummer 11 uit de Mumonkan:

Meester Joshu kwam bij een kluizenaar en vroeg: ‘Ben je thuis? Ben je thuis?’ De kluizenaar liet zijn vuist zien. Joshu zei: ‘Het water is te ondiep voor een schip om zijn anker uit te gooien.’ En hij ging weg. Toen kwam hij bij een andere kluizenaar en riep: ‘Ben je thuis? Ben je thuis?’ Deze kluizenaar liet ook zijn vuist zien. Joshu zei: ‘Je bent vrij om te geven of te nemen, te doden of leven te geven’, en hij boog voor hem.

Het commentaar van meester Mumon is:

Beiden lieten hun vuist zien. Waarom keurde meester Joshu de ene goed en de andere af? Zeg me, waar zit het probleem?

Als je daar een sleutelwoord over kan zeggen, dan zal je zien dat Joshu spontaan zegt wat hij wil zeggen en dat hij volledig vrij is om de ene te prijzen en de andere af te keuren.

Trouwens, weet je dat het juist de twee kluizenaars waren die de ware natuur van Joshu zagen?

Als je zegt dat de ene kluizenaar beter was dan de andere, dan heb je nog niet het echte zen-oog. Maar ook als je zegt dat er geen verschil is tussen die twee, heb je nog steeds niet het echte zen-oog.

Alleen als we ons hebben bevrijd van zulke verschillen als tussen ja en nee, tussen Boeddha’s en niet-Boeddha’s, alleen dan zijn we in staat om dit ja en nee, dit zijn en niet-zijn, vrijelijk te gebruiken.

Vrijelijk keurde meester Joshu de ene kluizenaar af en prees de andere. Je hebt je zen-oog nodig om te zien dat meester Joshu in zijn verwerpen en prijzen volledig vrij was van enige dualiteit.

Oefen vlijtig; de tijd gaat snel!

Bron: ZenLeven, een halfjaarlijkse uitgave van zencentrum de Noorder Poort.

Delen is rijkdom:

  • Twitter
  • LinkedIn
  • E-mail

Categorie: Achtergronden, Boeddhisme, Geluk, Onderwijs, Zen Tags: De grondregels van zen, Jiun roshi, Noorder Poort

Lees ook:

  1. Jiun roshi – over meesters en leerlingen
  2. Leven met Roshi Prabhasa Dharma
  3. Afscheid van Ardan
  4. Naar huis gaan in tijden van verandering

Elke dag het BD in je mailbox?

Elke dag sturen we je een overzicht van de nieuwste berichten op het Boeddhistisch Dagblad. Gratis.

Wanneer wil je het overzicht ontvangen?

Primaire Sidebar

Door:

gastauteur

diverse schrijvers 
Alle artikelen »

Ochtend- of avondeditie

Ochtend- of avondeditie ontvangen

Abonneer je

Elke dag gratis een overzicht van de berichten op het Boeddhistisch Dagblad in je mailbox.
Inschrijven »

Agenda

  • 4 juli 2022
    Open Les Kum Nye Yoga en Meditatie | Live op ma-di-wo
  • 4 juli 2022
    Online course The Twelve Links of Interdependent Origination
  • 5 juli 2022
    Open Les Kum Nye Yoga en Meditatie | Live op ma-di-wo
  • 5 juli 2022
    Boeddhisme en meditatie
  • 6 juli 2022
    Open Les Kum Nye Yoga en Meditatie | Live op ma-di-wo
  • bekijk de agenda

De werkplaats

De werkplaats.

Boeddhistische kunstenaars

Artikelen en beschrijvingen van en over het werk van boeddhistische kunstenaars. Lezers/kunstenaars kunnen zich ook aanmelden met hun eigen werk.
lees meer »

Pakhuis van Verlangen

In het Boeddhistisch pakhuis van verlangen blijven sommige teksten nog een tijdje op de leestafel liggen.

‘Humor onttroont elke grootinquisiteur’

Kees Moerbeek - 3 juli 2022

Blasfemie kan een uiting van macht zijn, omdat hij die kwetst macht heeft over diegene (datgene) die wordt gekwetst. Hierbij komt superioriteit om de hoek kijken. De gekwetste gelovige is de enige die echter de macht van de blasfemist over hem kan opheffen door diens spot simpelweg te negeren.

Boekbespreking – Michael Bakoenin, God, de Staat en andere vormen van dictatuur

Erik Hoogcarspel - 30 juni 2022

Nog steeds, ook op de klimaatdemonstratie van 19 juni jl., ziet men groepen in het zwart geklede jongeren mee demonstreren die zich presenteren als vertegenwoordigers van het anarchisme. Deze groepen kunnen in het buitenland erg agressief optreden en zelfs banden onderhouden met extreemrechts. Vele oppassende burgers zien het anarchisme aan voor een uiting van jeugdige overmoed, die vanzelf wel zal overgaan. Hoe kun je immers een staat besturen zonder regering? Was het anarchisme niet een soort extreem communisme en hebben we niet gezien dat het communisme gewoon een slecht systeem is?

Boekbespreking – Renée Girard, de romantische leugen en de romaneske waarheid

Erik Hoogcarspel - 14 juni 2022

Volgens de literatuurwetenschapper René Girard (1923 – 2015) worden we juist niet als een uniek zelf geboren. Dit is volgens hem een romantische leugen waarmee we onszelf voor de gek houden. We ontwikkelen ons niet eens tot een uniek zelf, want in de regel worden onze keuzes niet gemotiveerd door een eigen unieke behoefte. We willen meestal graag hebben wat anderen al hebben, juist omdat die anderen dit willen hebben.

Hein Thijssen – ‘God was gewoon een implantaat’

Joop Ha Hoek - 9 juni 2022

‘Wanneer precies weet ik niet meer, maar op een bepaald punt in mijn leven brak mijn kritische geest open. Ik kan me ook niet meer herinneren hoe en op grond waarvan, maar er brak een periode aan waarbij ik me serieus begon af te vragen: hoe kom ik aan het begrip god’? God zat in mijn hoofd als een vage, vormloze massa. Ik moest toen heel nuchter vaststellen dat het begrip ´god´ geen weten was, geen ervaring, maar mij door mensen in  mijn omgeving was aangepraat, in mijn geest was geplant. God was gewoon een implantaat.´

Hein Thijssen – ´Het leven is een schijtende merel´

Joop Ha Hoek - 9 juni 2022

‘Alleen voor een ontwaakte is het achtvoudige pad een natuurlijke zaak’

Meer onder 'pakhuis van verlangen'

Footer

Boeddhistisch Dagblad

over ons

Recente berichten

  • Verlichting is de kous op je kop
  • ‘Humor onttroont elke grootinquisiteur’
  • Guy – Het begrijpen van de ware aard van de dingen
  • Ludo – Zijn
  • Taigu – De lijn en de cirkel

Reageren

We vinden het geweldig om reacties op berichten te krijgen en op die manier in contact te komen met lezers, maar wat staan we wel en niet toe op de site?

Over het BD

Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten.
Lees ons colofon.

Zie ook

  • Contact
  • Over ons
  • Columns
  • Reageren op de krantensite

Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten. Lees ons colofon.

 

Op deze website gebruiken we cookies voor het bijhouden van bezoekersstatistieken.  Via de instellingen kun je bepalen wat je wel of niet toestaat: bekijk je instellingen.

 

Privacy en cookies

Op deze website gebruiken we cookies voor het bijhouden van bezoekersstatistieken en als je reageert: je naam en mailadres.

Zo houden we bij hoe de site gebruikt wordt en hoe vaak.

Hier kun je instellen welke cookies je wel of niet toestaat.

Noodzakelijke cookies

Met deze cookies slaan we je voorkeuren in het gebruik van deze website op.

If you disable this cookie, we will not be able to save your preferences. This means that every time you visit this website you will need to enable or disable cookies again.

Privacy

Bekijk wat we wel of niet doen met je gegevens