Het was de laatste tijd redelijk rustig na een periode van meldingen over grensoverschrijdend gedrag door leraren in boeddhistische sangha’s, zoals Sogyal rinpoche, de Thaise leraar Mettavihari met leerlingen in de tempel in Waalwijk. Na het bekend worden daarvan wierp Frank U., leraar bij de Nederlandse tak van het Amerikaanse Against the stream (Tegen de stroom in) zich op als vertrouwenspersoon om de slachtoffers te begeleiden maar ruimde als leraar uiteindelijk zelf het veld toen studentes hem tijdens een buitenlandse retraite beschuldigden van grensoverschrijdend gedrag als leraar van de stroom en Tegen de stroom werd opgeheven.
Korte tijd later gevolgd door de oprichter en bekendste leraar van Against the stream, Noah Levine, op basis van een soortgelijke beschuldiging. De Nederlandse zenleraar Nico Tydeman trad terug nadat een studente hem beschuldigde van grensoverschrijdend, dus ongewenst gedrag, door met haar een buitenechtelijke relatie aan te gaan en daarover te zwijgen. En een paar jaar geleden meldde de Britse krant The Guardian dat het misbruik door de leraar Dennis Lingwood van leden van de organisatie Triratna groter was dan eerder aangenomen. Het is maar een greep in de archieven van het BD.
Goed die rust, zeker na het aanstellen van vertrouwenspersonen binnen boeddhistische organisaties?
In juni 2015 publiceerde het Boeddhistisch Dagblad een interview met psychotherapeut en boeddhist Sjoerd Windemuller. Tot zijn pensionering werkte Windemuller zesentwintig jaar als psychotherapeut in de kinder- en jeugdpsychiatrie. Windemuller: ‘Het misbruik in boeddhistische sangha’s is veel omvangrijker dan nu (2015) wordt aangenomen. Een aanzienlijk deel van de beoefenaars heeft negatieve ervaringen op seksueel gebied die als een vorm van grensoverschrijding valt te duiden. Mede naar aanleiding van het seksueel misbruik van (jong) volwassen leerlingen door de Thaise vipassanaleraar Mettavihari komt regelgeving binnen sangha’s en boeddhistische organisaties op gang. Zijn die maatregelen afdoende om leerlingen te beschermen? Hoe ernstig is het grensoverschrijdend gedrag in sangha’s?
Op grond van de statistiek, die overigens voor discussie vatbaar is, mag je verwachten dat een aanzienlijk deel van de leden en deelnemers van sangha’s, retraites en trainingen op enigerlei wijze een negatieve ervaring hebben op seksueel gebied, die als een vorm van grensoverschrijding valt te duiden. In de ernstiger gevallen maken meisjes en vrouwen daar eenenveertig en jongens en mannen naar gangbare inschattingen en onderzoek dertien procent van uit.
Er is geen reden om aan te nemen dat dit onder (beginnende) boeddhisten in Nederland anders ligt. Mogelijk zelfs wat hoger, omdat het vaak mensen betreft die vanwege hun levensgeschiedenis op zoek zijn gegaan naar antwoorden en zich vanwege dezelfde geschiedenis in een kwetsbaardere status bevinden. Met name de leraar-leerling-/volgelingdynamiek en de dominantie versus afhankelijkheidsdynamiek die daar mee gepaard gaat, grijpt makkelijk in op deze kwetsbaarheid en verleent de zogenoemde leraar snel status en autoriteit ten opzichte van de onzekere en zoekende mens.’
Wie controleert de leraar?
De Vlaamse psychiater en boeddhistisch mindfulnessleraar Edel Maex schreef in een van zijn columns: ‘Op twitter circuleert een zin uit mijn laatste boek: ‘Een leraar kan nooit meer macht hebben dan de leerlingen bereid zijn hem te geven.’ Inderdaad, maar als je de zin naakt en zonder context neerzet, lijkt het allemaal zo eenvoudig. In de context van het recente en zoveelste schandaal van grensoverschrijdend gedrag door een boeddhistische leraar, zou je een zin als deze zelfs kunnen misbruiken om de slachtoffers te culpabiliseren. Je had de dader dan maar niet die macht moeten geven. Zo eenvoudig is het helaas niet.
We nemen gemakkelijk woorden in de mond als misbruik, grensoverschrijdend gedrag, seksueel of psychisch geweld. Maar het is niet steeds even duidelijk wat we met die woorden bedoelen. Welke grens wordt overschreden, vroeg iemand zich af, die van de wet, die van een gedragscode? Codes en wetten zijn zeker nodig. Seksueel contact met een kind is altijd een misdrijf, wat ook de omstandigheden. Als een arts een relatie aangaat met een patiënt is dat een inbreuk op de deontologische code. Maar met wetten en codes kun je niet meer dan het topje van de ijsberg vatten. Veel blijft verborgen.
En waarom wordt er enkel over seksueel misbruik gesproken? Soms krijg je de indruk dat we meer op sensatie belust zijn dan dat we begaan zijn met de slachtoffers. Ik heb ooit aan een leraar proberen uit te leggen dat als ik als arts met mijn patiënten zou omgaan zoals hij met zijn leerlingen, dat ik dan een groot probleem zou krijgen met de tuchtcommissie. Het ging daarbij niet over seksueel contact maar over hulp in het huishouden, klussen, babysitten. De leraar zag daar geen graten in. In zijn traditie was dit soort dienstbaarheid inherent aan het leerling zijn. Ik heb daar grote moeite mee. Voor een arts of psychotherapeut zou het een ernstige grensoverschrijding zijn. Mag een boeddhistische leraar dan alles behalve seks?
Grensoverschrijdend gedrag gaat veel verder dan wetten en regels. De grens is die van de persoonlijke integriteit van de ander. Ik ken geen sluitende definities van geweld of misbruik. De pragmatische definitie die ik voor mezelf hanteer is: het geen bestaansrecht toekennen aan het perspectief van de ander. Kort door de bocht betekent dit: ‘het kan mij geen bal schelen of jij het niet leuk vindt of niet, ik wil het omdat ik het leuk vind.’
Er zijn twee manieren om met iemands kwetsbaarheid om te gaan. In een relatie van misbruik is de kwetsbaarheid van de ander de plek waar je moet zijn. Daar kun je hem raken. Daar kun je zijn grens overschrijden. In een respectvolle relatie is de kwetsbaarheid van de ander de plek waar je halt houdt, waar je zo nodig de ander gaat beschermen.
Grensoverschrijdend gedrag kan heel duidelijk zijn, maar ook heel subtiel. Seks afdwingen onder dreiging van een wapen is heel duidelijk. Maar als iemands kwetsbare plek zijn of haar onzekerheid is en je gaat op iemand inpraten van: ‘Je bent zo een bijzonder iemand, je hebt zo een diepe ziel …’ Tot je iemand zo gek krijgt dat ze op al je avances ja zegt. Dan is er helemaal geen wet die overschreden wordt, dan is er strikt genomen sprake van wederzijdse toestemming, maar uiteindelijk is het nog steeds misbruik. En de ander zal zich, zodra de roes voorbij is, ook misbruikt voelen, en beschaamd, want voor onze emotionele kwetsbaarheid schamen we ons. Die schaamte maakt ons nog kwetsbaarder.
Niemand voelt zich beschaamd dat zijn huid niet kogelvrij is. Niemand ziet er graten in dat de politie kogelvrije vesten draagt. Als we de vraag stellen hoe een slachtoffer van seksueel of psychisch geweld zich had kunnen beschermen, riskeren we het verwijt dat we de verantwoordelijkheid bij het slachtoffer leggen in plaats van bij de dader. Maar we zeggen toch ook niet tegen onze kinderen: ga maar mee met iedere volwassene, het is niet jouw verantwoordelijkheid als hij je misbruikt. Het is belangrijk om onze kwetsbaarheid onder ogen te zien en ernstig te nemen.
Waar zit onze kwetsbaarheid als leerling tegenover een boeddhistische leraar? In de eerste plaats in het misverstand van te denken dat we het niet goed doen, dat we het allemaal nog niet begrepen hebben, en het daarbij horende misverstand dat de leraar het wel allemaal begrepen heeft en wel goed bezig is.
Hoeveel hedendaagse boeddhistische literatuur praat ons niet het gevoel aan dat we het niet goed doen? We hebben te veel ego, we zitten nog vast aan onze gehechtheden. Als je de oudste boeddhistische teksten leest zie je de Boeddha nooit die toon aanslaan. De Boeddha spreekt altijd heel feitelijk. ‘Door het ontstaan van dit, ontstaat dat.’ Hij antwoordt op vragen, of hij geeft heldere instructie. De Boeddha zit nooit met een opgeheven vingertje te zwaaien dat we het allemaal niet goed doen.
We vinden ook dat misbruik sneller gemeld had moeten worden, door het slachtoffer, door andere betrokkenen en verantwoordelijken. ‘Ík zou niet met mezelf kunnen leven als ik gezwegen had’ zegt een advocaat. Zoals gewoonlijk staan de beste stuurlui aan wal. De realiteit is dat er ondertussen nogal wat mensen verder te leven hebben met zichzelf en met het feit dat ze gezwegen hebben, of dat ze gesproken hebben en niet gehoord zijn, of gesproken en met de grond gelijk gemaakt zijn.
Gaan we dit oplossen met regelgeving en gedragscodes? Het boeddhisme heeft een 2500 jaar oude gedragscode die aan duidelijkheid niets te wensen overlaat. Dat heeft helaas niet voorkomen wat er allemaal gebeurd is. Naast codes hebben we behoefte aan transparantie. ‘Een leraar kan nooit meer macht hebben dan de leerlingen bereid zijn hem te geven.’ Daarvoor is nodig wat nu gebeurt: dat mensen durven spreken, dat aan het licht komt wat al die tijd verborgen is gebleven, dat de mechanismen blootgelegd worden. Die transparantie lijkt mij de beste preventie.’
Juridische categorieën
Seksueel misbruik of seksueel grensoverschrijdend gedrag zijn geen juridische categorieën. In de Nederlandse strafwet spreekt men onder meer over ‘aanranding van de eerbaarheid’, ‘verkrachting’, ‘openbare schennis van de goede zeden’ en ‘bederf van de jeugd’. Vorig jaar werd de Belgische tv-maker Bart De Pauw voor belaging van vijf vrouwen door een Belgische rechtbank veroordeeld, hetgeen bij de slachtoffers tot opluchting en erkenning leidde. Advocate Christine Mussche in een reactie op de uitspraak: ‘Dit vonnis is van groot maatschappelijk belang. Het toont aan dat grensoverschrijdend gedrag niet onbestraft blijft, zelfs al is de dader een geliefd, succesvol en machtig televisiefiguur.’
Vaak stappen slachtoffers van grensoverschrijdend gedrag niet naar buiten, of doen dat vele jaren na het gebeurde. Onlangs kwam aan het licht dat binnen het Vlaamse boeddhistisch centrum Ehipassiko grensoverschrijdend gedrag had plaats gevonden tussen een studente en de leraar Paul Van hooydonck, zo meldt de Boeddhistische Unie België (BUB). Er waren volgens de unie soortgelijke meldingen tegen Van hooydonck.
De vrouw beklaagde zich daarover (in 2016) en de BUB adviseerde haar zich onder behandeling te stellen van een psycholoog. Het misbruik werd niet naar buiten gebracht, Van hooydonck trad af als voorzitter van Ehipassiko en later ook als leraar, hij vertrok naar het buitenland, nadat hij zich in België op advies van de BUB had aangemeld bij VAGGA, een instelling die daders van grensoverschrijdend gedrag begeleidt, waar hij een aantal sessies zou hebben ondergaan. Voor de BUB was daarmee de kous af.
Tot Van hooydonck zich weer beschikbaar stelde als leraar bij/van Ehipassiko en vier ex-leden van het centrum begin dit jaar een klacht indienden bij de BUB over het gebrek aan transparantie binnen Ehipassiko over het gebeurde. De BUB accepteerde die klacht en stelt de aangesloten leden in een vergadering op 30 januari voor Ehipassiko het lidmaatschap te ontnemen. Het bestuur van het centrum heeft inmiddels het lidmaatschap zelf opgezegd omdat het mening is dat het vonnis al geveld is en barbertje moet hangen.
Ombudsvrouw
Waarom richten de klagers zich in deze zaak uitsluitend tot de BUB om klacht te doen? Vlaanderen kent het fenomeen van een ombudsvrouw gender, in de persoon van Annelies D’Espallier. Na aanvang van de rechtszaak tegen televisiemaker Bart De Pauw zag zij een opvallende stijging in het aantal klachten over grensoverschrijdend gedrag.
Normaal komen er per jaar 25 tot 30 dossiers over mogelijk grensoverschrijdend gedrag terecht op haar bureau. Half oktober vorig jaar zit ze al ruim over die 30 en er zijn nog enkele maanden voor de boeg. De afgelopen dagen en weken alleen al werden er 8 nieuwe dossiers geopend.
Annelies D’Espallier: ‘Het is onze ervaring dat als zulke dingen gebeuren, we dan meer slachtoffers zien. Ik denk dat mensen zich dan meer de vraag stellen: is wat ik ooit meemaakte grensoverschrijdend gedrag? Ook de #MeToo-beweging die in 2017 startte, laat zeker z’n sporen na. ‘Mensen zijn veel sneller geneigd om een streep te trekken. En waar mensen vroeger dachten ‘ik heb het zelf uitgelokt’ of ‘het is mijn eigen schuld’, zijn mensen nu meer overtuigd dat hen helemaal geen schuld treft.’
‘Grensoverschrijdend gedrag gebeurt ook altijd en overal’, benadrukt ze. ‘Het is niet nodig dat alles met regels wordt vastgegoten.’ Maar, zo zegt ze ook, het is wel een feit dat er bepaalde plekken zijn waar er grotere risicofactoren zijn. ‘Denk maar aan de cultuur- of de mediasector. Vaak zijn de posities daar onzeker, komen jongere mensen tegenover wat oudere mensen die in een machtspositie zitten, moet je continu vechten voor je plaats. Dat maakt dat er constant op grenzen geduwd wordt.’
Wat gebeurt er wanneer de ombudsvrouw zo’n dossier in handen krijgt? ‘Het gaat zeker niet allemaal naar de rechtbank. Heel veel gebeurt in de grijze zone, waar geen strafwet bij komt kijken en waar zo’n proces niet gepast zou zijn.’
Als het geen strafzaak is, kunnen er twee dingen gebeuren. ‘Het hangt af van wat de mensen willen. Sommigen willen dat het gewoon ergens genoteerd wordt in de cijfers, dat ze erkenning krijgen en dat dan ergens kunnen parkeren. Soms wordt er ook bemiddeld. Dan kunnen we spreken met slachtoffers en plegers, of soms zelfs met een ruimere groep. Zo kunnen we bedrijven beter wapenen voor de toekomst. Vaak willen mensen ook graag een verontschuldiging horen. Dat hoort er hard bij, mensen kunnen er dan vrede mee nemen. Soms willen ze ook een psychologische behandeling.’
Mieke zegt
Is gedrag van de leraar beheersbaar door middel van wetgeving en gedragscodes?
Als een leraar bereid is af te stemmen op de leerling kan er duidelijkheid komen over waar grenzen zijn. Dat is een proces dat integriteit vraagt en tijd vraagt.
Elke leraar zou moeten beseffen dat hijzelf leerling blijft en op zoek moeten gaan naar iemand die hem bevraagd.
Thijs Huijs zegt
De BUN heeft ook een vertrouwenspersoon om mee in gesprek te gaan bij ongewenste omgangsvormen. Zie de website: https://boeddhisme.nl/organisatie/externe-vertrouwenspersoon/
Cassandra zegt
In al de verhalen van misbruik tussen leraar en leerling, zie ik één gemeenschappelijke deler: de leraren zijn mannen. De man die doorheen de geschiedenis de positie van autoriteit heeft meegekregen, hoeft niet per definitie autoritair te handelen. Om een juist leiderschap in te nemen, zou je in het reine moeten komen met 3 verhoudingen: die naar macht, geld en sex. En neem dat mee op je kussen of ga in psychoanalyse.
Cassandra