De laatste dagen word ik gemaand, zo ervaar ik dat, mee te delen of ik teksten van de corona ontkenner Willem Engel in het Boeddhistisch Dagblad zou publiceren. Engel noemt corona een griepje, negeert de door de regering afgekondigde corona maatregelen en roept mensen op de straat op te gaan en te demonstreren tegen corona en de regering. Iedereen die het nieuws volgt weet hoe hij denkt en doet. Tenminste dat denken we, mogelijk weet hij zelf ook dat hij gevaarlijke onzin verkoopt. Sommigen zien hem als sekteleider, een megamafklapper. Anderen vinden dat hij gelijk heeft.
In een column, een column is een met regelmaat verschijnend, kort stukje proza van een bepaalde auteur (de columnist), schreef ik deze week dat ik het opneem voor Engel als hij zijn gedachtengoed wil uiten. Niet omdat ik het met hem eens ben waar het gaat om corona, maar om het instituut vrije meningsuiting kracht bij te zetten. Dat schreef ik als journalist en uitgever.
Vrije meningsuiting vind ik een groot goed waar mensen voor hebben gestreden en dat wij als journalisten moeten bewaken. Dat betekent dus niet per se dat ik het eens ben met Willem Engel, ik weet dat wetenschappers zijn stellingen naar de prullenbak verwijzen als goedkope flauwekul. Zelf vind ik dat hij de levens van anderen bedreigt met zijn ideeën over corona. Maar hij blijft voor mij als journalist een nieuwswaardig fenomeen.
Een lezer vraagt of ik teksten van Engel in het BD zou plaatsen. Dat zal ik zeker doen als dat relevant is in het kader van nieuwsgaring, een van de maar ook belangrijkste taken van een krant. Vorig jaar al publiceerde het BD een nieuwsartikel over een kort geding van Viruswaanzin, de voorloper van Viruswaarheid. Kort geding tegen Nederlandse staat wegens ‘verwoesting economie’ – Boeddhistisch Dagblad
Zou ik Engel een podium geven? In de nieuwssfeer zeker als dat nieuwswaardig is, maar dat is geen podium. Zou ik op de opiniepagina door hem aangeboden tekst plaatsen zodat lezers kennis kunnen nemen van zijn gedachtengoed? Ik wijs dat niet bij voorbaat af. Het BD is een slijpsteen van de geest. Willem Engel is een fenomeen, maar ik deel zijn gedachtengoed niet. Het is aan een rechter te oordelen of ideeën strafbaar zijn, denk maar aan Wilders met zijn Marokkanen uitspraak.
In het verleden hebben we al genoeg vreemde of merkwaardige onderwerpen in het BD gepubliceerd, zoals het bestaan van Sinterklaas (hij bestaat niet maar is er wel) de afbeelding van de Boeddha op de maan, een net in de kamer vanwege G5 straling, wedergeboorte, reïncarnatie, zitten op een kussen om de geest in toom te houden? , een fantaserende Amerikaanse president. Blaartrekkende en koude hellen. Boeddha’s die door de lucht vliegen om mensen bij te staan. Omstreden boeddhistische organisaties, zoals de NKT, moord en doodslag in het boeddhisme, de Dalai Lama die na het raadplegen van een orakel! dat schuddend voor hem lag de beschermende geest Dorje Shugden in de ban deed waardoor kloosters sloten en monniken op straat stonden. Is een orakel vreemder dan Willem Engel?
Het zijn fenomenen, de moeite waard om in een krant als het BD te publiceren, te signaleren. Nieuwsgierig geworden door het in trance verkerende orakel en de Dalai Lama stapte ik in de auto en interviewde Meindert een aanhanger van Shugden ‘Dorje Shugden verboden, dan neem je toch een andere beschermer…’ – Boeddhistisch Dagblad
en ging in Drenthe op bezoek bij een vermoedelijke boeddhistische nepmonnik die duizenden ganzen van een vergassingsdood redde. Trizin Hof, rinpoche, of zelfbenoemde monnik? – Boeddhistisch Dagblad
Ja, vreemde zaken, uit het leven gegrepen. Het leven is vreemd en de waarheid bestaat niet.
Ik betwijfel of er een boeddhabeeld op de maan staat, weet niet of 5G ziekmakende straling veroorzaakt, maar we brengen het ter kennis aan onze lezers. Zoals ook het bestaan van Willem Engel en zijn recht om voor zijn mening uit te komen. Want daar ging het in mijn column over.
Ik sluit niet uit. In de geschiedenis van het BD heb ik in de loop der tijd drie journalistieke medewerkers de toegang ontzegd. Niet omdat hun teksten mij niet bevielen, maar omdat ze afspraken niet nakwamen of ruziënd over de redactievloer rollebolden en het productieproces in gevaar brachten. Ik plaats ook teksten waarvan ik het met de inhoud niet eens ben. Soms krullen mijn tenen van de inhoud. Ja, Joop, zeg ik dan, je pleit toch altijd voor het recht op vrije meningsuiting, vooruit met die geit.
En ik vermoed dat ik slechts vijf keer sinds het voorjaar van 2012 een aangeboden tekst heb geweigerd en teruggestuurd naar de auteur omdat ze geen toegevoegde waarde had voor mijn krant. De vrije meningsuiting is mij heilig en daar wil ik in het BD uiting aan geven. We doen niet aan boekverbrandingen.
Samenvattend, het is de taak van een dagblad, de journalistiek, om te signaleren, zodat lezers zich zelf een oordeel kunnen vormen. In deze weken voor de verkiezingen doen de media niet anders en komen ook politici aan het woord op wie ik nooit zou stemmen vanwege hun soms mala fide ideeën, vind ik, anderen denken daar anders over.
Objectief
Uit de redactieformule: Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk geëngageerd journalistiek web magazine. De samenstellers vergaren en duiden op een betrokken en frisse manier nieuws en achtergrond over boeddhistische thema’s en inzichten. De uitgever wil daarover een breed publiek informeren.
Nieuwsberichten zijn objectief en geven geen eigen mening weer. Deze artikelen worden als zodanig herkenbaar gepresenteerd. De bron of naam van de maker staat bovenaan het artikel.
Eigen reportages, opiniërende artikelen, rubrieken, geven de mening en belevenis van de schrijver weer. De naam en foto van de maker staat bovenaan het artikel.
Opinieverhalen geven de mening van de schrijver weer, maar hebben niet de intentie kwetsend of beledigend te zijn.
De uitgever en medewerkers van het Boeddhistisch Dagblad © werken volgens journalistieke principes. Zoals het duiden van situaties en het toepassen van hoor- en wederhoor.
Uitgever en medewerkers besteden veel zorg en aandacht aan de inhoud en de juistheid van hun journalistieke productie. Weergegeven op een voor een ieder heldere en begrijpelijke wijze.
Het werk van de medewerkers aan het dagblad wordt beschermd door het Nederlands en Europees recht.
Bron Wikipedia.
G.J. Smeets zegt
“Vrije meningsuiting vind ik een groot goed waar mensen voor hebben gestreden en dat wij als journalisten moeten bewaken.”
Daar hoef jij als journalist niet voor te waken en dat is je taak ook niet. De NL wet heeft daarin volop voorzien. Heb je je collega’s van Vk en NRC wel eens geraadpleegd waarom ze aan de roemruchte drs. Hans Labohm (10 jaar lang klimaatontkenner en complotdenker) geen aandacht meer besteden? Je hoeft het journalistieke wiel niet opnieuw uit te vinden. Toch?
Joop Ha Hoek zegt
Journalisten zijn de hoeders van de democratie. En wat andere journalisten doen is hun zaak. Ik heb in mijn artikel uitgelegd wat de taak is van een journalist en krant en stop er nu mee. Ik heb meer te doen.
Giel Geldof zegt
Dankjewel, Joop, voor je gratis college. Of het nu Willem Engel is of iemand anders: Controversiële types zijn altijd reuze interessant om naar voren te halen Ook, of juist, in het BD. Niet om een platform te bieden om iemand met zijn roeptoeter los te laten, maar om journalistiek vakwerk af te leveren aan ons, als lezers. In deze tijden waarin teveel mensen teveel schreeuwen en vooringenomenheid ten toon spreiden op betrekkingsniveau, komt luisteren in de verdrukking. Van mij mag iedereen die iets te melden heeft in het publieke debat, hier in het BD langs de Boeddhistische meetlat.
Henk van Kalken zegt
Het punt was – en is – duidelijk. Niettemin blijf ik met de kennelijk onbeantwoorde vraag zitten of het recht op vrije meningsuiting ook – gelet op de signatuur van het BD – ook betekent dat je dat uit naam der vrije nieuwsgaring ook altijd zou moeten doen.
Ik bedoel, het reformatorisch Dagblad zal niet snel podium geven aan voorvechters van euthanasie en abortus en/of atheïsten. De Telegraaf zal niet snel ruimte geven aan linkse milieuactivisten. Ik zal nooit tornen aan het redactionele recht om nieuws te garen. Ik vroeg en vraag me af wat er de meerwaarde van is om lezers van het BD erop te wijzen dat Willem Engel het recht van vrije meningsuiting heeft. Dat weet iedereen met enig onderschneidingsvermogen ook wel.
Ik hoop dat jouw ‘Ik stop er nu mee’ niet betekent dat het recht op vrije meningsuiting van lezers en medewerkers van het BD via de mogelijkheid tot reageren wordt ingeperkt.
Joop Ha Hoek zegt
In mijn column over het bewaken van de vrijheid van meningsuiting noemde ik Willem Engel omdat deze man in het nieuws was. Maar ik verdedig als journalist ook het recht op vrije meningsuiting van anderen, ook Wilders en Baudet of die van jou. Dat wil niet zeggen dat deze mensen altijd de kolommen van het BD (of andere kranten) halen, hun gedragingen moeten nieuwswaardig zijn. Voldoen aan journalistieke normen. Of ik het als uitgever met hen eens ben is niet belangrijk. Het is aan de journalistiek te signaleren (in de nieuwskolommen).
‘Dat weet iedereen met enig onderscheidingsvermogen ook wel’. Was het maar zo, Henk, de roep om deze mensen, jij kan daar ook toe behoren als jouw columns hen niet welgezind zijn, het zwijgen op te leggen is groot. De hoofdredacteur van het Algemeen Dagblad moest zich laatst in een hoofdredactioneel commentaar aan lezers verantwoorden over het plaatsen van tekst en foto van en over Willem Engel. De samenleving is wij en zij.
Journalisten worden op straat in elkaar geslagen, met stenen bekogeld, ze moeten rennen voor hun leven. De NOS rijdt in onopvallende auto’s om niet te worden aangevallen. Dat heeft te maken met persvrijheid, een broertje van de vrijheid van meningsuiting. De terreur van de straat regeert.
Ik moet de laatste dagen vaak aan het gedicht van Henk van Randwijk denken, een dichter en verzetsheld uit de Tweede Wereldoorlog. In Amsterdam staat op een muur te lezen: “een volk dat voor tirannen zwicht, zal meer dan lijf en goed verliezen, dan dooft het licht”. Laten we alsjeblieft in een maatschappij blijven leven waarin we ons kunnen uitspreken en de media daar verslag van kunnen doen.
De lezers van het BD kunnen blijven reageren.
G.J. Smeets zegt
“Het is aan de journalistiek te signaleren.”
Tja, het is maar wat je signaleert, Joop. Willem Engel liegt over covid19 en Baudet liegt over klimaatverandering. Met vrijheid van meningsuitingheeft het allemaal niet te maken. Het heeft te maken met liegen. Zou toch jouw aandachtspunt als onderzoeksjournalist moeten zijn. Toch?
Joop Ha Hoek zegt
Je maakt een enorme denkfout, Goff. Journalisten signaleren juist dat mensen liegen door uitspraken naast elkaar te leggen en te onderzoeken. En dat kunnen journalisten alleen maar signaleren door die vrijheid van meningsuiting waar jij nu ook gebruik van maakt. Want dat is in de kern waar mijn column overging. Het zijn de media die hun wat jij noemt leugens aantoonden. Je blijft maar zoeken naar gaten in mijn betoog voor het recht op vrije meningsuiting. Dat jij hier op deze plaats reageert is ook vrije meningsuiting.
G.J. Smeets zegt
Joop, in je reactie op Henk zeg je “…de roep om deze mensen […] het zwijgen op te leggen is groot.”
Dat is een drogredenering, Joop. Die mensen wordt immers door niemand het zwijgen opgelegd. In tegendeel ze hebben ruim baan op Twitter, Facebook, websites en blogs. Het journalistieke punt is dat *indien* BD aandacht besteed aan leugenaars gewoon moet zeggen dat het leugenaars zijn.
In je reactie op mij zeg je “Het zijn de media die hun wat jij noemt leugens aantoonden.”
Ook dat is een drogredenering. Het zijn toch echt ter zake doende experts die de leugens inzake covid19 en klimaatverandering hebben aangetoond en NIET de journalistiek. Jij als BD uitgever annex BD hoofdredacteur annex BD columnist weet dat allemaal ook. Waarom er dan omheen gedraaid met drogredeneringen?
Joop Ha Hoek zegt
Gisteren (vrijdag 27 februari 2021) besteedde Nieuwsuur in een gesprek met Baudet uitgebreid aandacht aan zijn standpunten en FvD. Vrijheid van meningsuiting. Daar ging het in mijn column om. Niet meer, niet minder.