‘De mens is in leven zacht en lenig, bij zijn dood is hij star en stijf,’ is te lezen in de Daodejing. ‘Dao” (‘Tao’, 道 ) wordt vertaald met ‘weg’, ‘baan’, ‘pad’, maar ook met ‘leer’ en ‘beginsel’ Zenners zijn volgers van de Weg, maar in zazen lijken ze totaal niet ‘zacht en lenig’. Taijiquan is een beweeglijke vorm van meditatie met wortels in het Taoïsme. Ik interviewde Ben de Roo en Maarten Taal, die allebei lessen taijiquan geven in Wijkcentrum de Wiekslag in Loosduinen (Den Haag).
Toen de 11-jarige Ben de Roo (35) op een Scheveningse sportschool de vechtsport taekwondo ging beoefenen, was hij een iel mannetje, behept met allerlei kwalen, die op straat geregeld ‘in elkaar gemept’ werd. Tijdens de warming-up kreeg hij keer op keer astma-aanvallen en zijn taekwondoleraar Gerard Pronk, die ook yogaleraar was, raadde hem aan yoga te doen. Ook bracht hij hem in contact met taijiquan en shiatsu. Dankzij taekwondo en yoga verdween de astma, schoolresultaten werden steeds beteren met Ben’s zelfvertrouwen ging het snel bergopwaarts. ‘Met taijiquan kwam ik in aanraking toen ik een jaar 0f zeven tien oud was. Op mijn negentiende begon ik met de opleiding voor yogaleerkracht en kwam later terecht bij grootmeester Kong Mien Ho in Amsterdam voor privélessen taijiquan en qigong. Op een bepaald moment was ik goed genoeg om zelf lessen te geven. Taekwondo heb ik zeventien jaar lang beoefend en yoga en taijiquan doe ik nog steeds.’
Wu-wei
Taijiquan zijn bewegingsoefeningen, die voortkomen uit de Chinese gevechtskunst wushu, legt hij uit. ‘Vroeger werd taijiquan beoefend om de vechtvaardigheden te ontwikkelen en tegenwoordig, gezondheid en meditatie. De bewegingen zijn ontspannen en langzaam. Dankzij concentratieoefeningen tijdens de bewegingen richt je je geest. Vooral aarden en het bewegen vanuit je centrum, wat de Japanners hara noemen, is belangrijk.’ Voor sommigen is het een sport. Voor anderen is het manier van leven. Bij het Taoïsme gaat het om het verkrijgen van een lang, gezond en gelukkig leven waarbij je in harmonie leeft met jezelf en je omgeving en daarbij is ‘wuwei’ de kunst van het doen door niet-doen. Kortom, het loslaten van je ‘ik’. Zo is het mogelijk om van allerlei lichamelijke en geestelijke klachten af te komen. ‘Ik zeg altijd: “Het lichaam is het klankbord van je innerlijk zijn.” Wat zich in je innerlijk zijn afspeelt, weerspiegelt zich in het lichaam. Wat in het lichaam gebeurt, werkt door in de geest. Lichaam en geest vormen een twee-eenheid.’
Qi
Of taijiquan iets met meditatie te maken heeft, hangt maar net af van wat onder meditatie verstaan wordt. ‘Gezien vanuit yoga heeft het niets te maken met meditatie te maken, want het gaat niet om het bereiken van bewustzijnslagen,’ legt Ben uit. Bij Taoïstische meditatie gaat het erom de ‘qi’ (= levensenergie en transformeert in bewustzijn ‘shen’ in het Chinees) in goede banen te leiden. Taijiquan versterkt en schoont je qi, vermeerdert het als er een tekort aan is, vermindert het als er een teveel van is en laat het stromen, daar waar het is geblokkeerd. Je krijgt een helder bewustzijn en je waarneming is scherp. Het lijkt erop dat alles automatisch beweegt, terwijl je als toeschouwer in stilte en innerlijke rust alles ervaart en gade slaat. ‘Het is een dynamische manier van mediteren, waardoor iemand in contact kan komen met het Al. Maar omdat het om beleving gaat, is dit moeilijk te verwoorden.’ Alhoewel het de meeste beoefenaars om ontstressen gaat, zal er een aantal van hen met dit soort ervaringen in aanraking komen, is Ben’s ervaring.
Praten over verlichting over taijiquan is lastig, ‘bij taijiquan gaat het om loslaten van je hoofd en van je ego. Als je in je hoofd zit, zit je niet in je lijf. Op een gegeven moment is iemand in staat tot bedaren te brengen en dan…?’
Hij (de Wijze) doet door niet-doen.
En niets is ongedaan.*
Als fervent sportfietser van wielerrondes en klassiekers zocht Maarten Taal (44) naar een vorm van ‘meditatie’. Een vriend die taijiquan beoefende ‘deed iets voor wat ik zo sierlijk en esthetisch vond, dat ik me bij Ben de Roo inschreef voor een introductiecursus.’ In het begin ging het hem niet gemakkelijk af, maar hij kreeg de taijiquan-principes van ontspanning, concentratie, meditatie, harmonie en ademhaling onder de knie, waardoor de beoefening steeds interessanter werd. ‘Ik doe het vooral om mijn gezondheid en lichaamshouding te verbeteren, en om de bewegingen van geest, lichaam en qi met elkaar in evenwicht te brengen. Als dit lukt zijn volgens de Chinezen lichaam, ziel en geest één, bestaat er harmonie met het universum en kan de heilzame werking van taijiquan beginnen.’
Zazen
De uitgangspunten van taijiquan zijn van toepassing op alle aspecten van het leven: “De ontspanning en stabiliteit die je kunt verwerven, helpen me om mijn geest te openen voor het leven in en om me heen.’ Taijiquan en zenmeditatie hebben veel gemeen: het bewust ondergaan van het leven zoals het werkelijk is, met alles wat je in het dagelijks leven doet en het werpen van een constante blik op je ware aard. “Geen werk, geen geld, geen eten en met aandacht handelen, is voor mij dé zengedachte. Ik heb een paar jaar bij Kees van de Bunt “gezeten” en als ik bij hem uit de zendo stapte, dacht ik bij mezelf: “Nu begint het écht!” Overigens doe ik dit zonder op zoek te zijn naar een staat van verlichting, satori, of het nirvana. Met deze begrippen kan ik weinig.’
Religieuzen die zen beoefenen, beweren weleens dat het een manier is om dichter tot God te komen: ‘Daar ben ik het helemaal mee eens,’ zegt Maarten ten slotte, ‘zitten is niet slechts een manier om tot een fatsoenlijke wijze van leven met jezelf en je omgeving te komen. Tijdens zazen ben ik niet uitsluitend bezig met het hier en nu, maar heb ik hele gesprekken met God!’
Met dank aan Ben de Roo en Maarten Taal.
Dit Tulpen boeddhisme artikel verscheen voor het eerst in De Lotusvijver, lente 2004.