De maand september is voor de publieke omroepen in Hilversum per traditie het moment om na het zomerreces de draad weer op te pakken. De vooraankondigingen van mooie programma’s zijn niet van de lucht. Ook de Boeddhistische Omroep Stichting (BOS) maakt zich op voor een nieuw en waarschijnlijk inspirerend kijkseizoen. De omroep verhuisde enkele weken geleden naar het gebouw van de vrijzinnige VPRO. De BOS blijft, zo is het voornemen van de directie, op een onafhankelijke wijze programma’s maken.
Marja Timmer is voorzitter van de participatieraad (PAR), die de BOS-directie adviseert over het inhoudelijke aspect van de programmering. In de raad hebben belangrijke, al dan niet bij de Boeddhistische Unie Nederland (BUN) aangesloten, boeddhistische gemeenschappen zitting. Op uitnodiging kunnen individuele boeddhisten lid worden van de raad. De BOS vindt dat door de samenstelling van de participatieraad de omroep breed en sterk geworteld is in boeddhistisch Nederland.
Sommige kijkers hebben kritiek op de programma’s die de BOS-tv sinds 2001, het jaar van de eerste uitzendingen, uitzendt of produceert. Ze vinden ze niet boeddhistisch genoeg. Het BD sprak met Marja Timmer onder meer over die kritiek. En welke invloed de PAR uitoefent op de programmering van de BOS.
‘In de PAR vertegenwoordig ik het zencentrum Noorder Poort. Ongeveer 3,5 jaar geleden ben ik toegetreden tot de raad en driekwart jaar terug ben ik voorzitter geworden. Ik ben de opvolger van Dorothea Franck die sinds 2003 die functie bekleedde. Het werk in de raad spreekt mij erg aan. Twee keer per jaar komen de leden bijeen. De programmamakers geven ons dan een toelichting op hun productie. Ieder van ons is vrij om zich daar een mening over te vormen en die ook in te brengen. Wij beoordelen die producties als meer dan gemiddelde kijkers en luisteraars. Zo letten we erop dat alle stromingen binnen het boeddhisme aan bod komen. De programma’s worden natuurlijk ook inhoudelijk beoordeeld. Wij doen het op onze eigen wijze en onbelemmerd.
Zo vond een lid in de boeddhistische context het programma over Marten Toonder helemaal niks. Daar wordt dan flink over gediscussieerd. Maar het is uiteindelijk aan de BOS-directie om iets met die kritiek te doen. Vanuit de raad wordt er geen veto over uitgesproken. We willen niet op de stoel van de programmamaker gaan zitten. Deze moet zijn vrijheid behouden om naar eigen keus en inzicht zijn productie te maken. Ik heb sterk de indruk dat onze mening telt en er door de directie naar ons geluisterd wordt. In het verleden was er vanuit de raad kritiek op de programmering en die is toen bijgesteld.’
‘Hoe beoordelen we de programma’s die worden gepresenteerd? Mij gaat het niet om de techniek, de camerastandpunten en zo. Daar heb ik geen verstand van, ik let op de inhoud, de boodschap soms. En als beeldend kunstenaar misschien ook wel op de esthetiek van de programma’s. Ik kan daar wel of niet gecharmeerd van zijn, maar ook hier geldt dat het de smaak van de maker is. En er is natuurlijk niks mis mee als die aansluit bij die van het publiek. Ieder voor zich beoordelen de leden van de raad, waarvan ik vind dat die het boeddhisme in Nederland op een goede manier vertegenwoordigen, of die producties wel boeddhistisch genoeg zijn en aansluiten bij de boodschap en visie die de BOS wil uitdragen. De raad vindt naar mijn mening, ondanks de discussies die wij voeren over programmaonderdelen, dat dat op een goede en juiste wijze gebeurt. Ik merk ook dat de belangstelling vanuit de sangha’s om zitting te nemen in de PAR toeneemt. Ze zijn van harte welkom. Ook ongebonden boeddhisten, want wie bepaalt wat een sangha is. Zijn dat drie mensen? Of meer? Voor de BOS is het ook prettig om via dat kanaal meer meningen te horen.’
‘Sommigen hebben kritiek op de BOS dat die bij het maken, aankopen van producties en uitzenden niet boeddhistisch genoeg zou zijn. Dat is een lastig punt. Zelf kan ik me er in vinden als deze omroep het boeddhisme breder ziet dan alleen de dharma, maar ook het effect van de leer belicht op mensen, op de samenleving. Dan trek je het naar mijn idee veel breder en komen ook aardse zaken aan de orde, zoals rijkdom en armoede. De BOS wil zowel geïnteresseerden in het boeddhisme maar ook de gevorderde en in het boeddhisme ervaren kijker mooie programma’s bieden. Ik vind dat die twee redelijk in balans zijn.
In vergelijking met andere kleine omroepen, zoals de Joodse, doen wij het in de breedte uitstekend en maakt de BOS programma’s die ook voor een breder publiek interessant zijn. Daarmee voldoet zij ook aan haar opdracht. Overhet algemeen vind ik de kwaliteit van de BOS-programma’s goed. Het enkele weken geleden uitgezonden programma over Leonard Cohen vond ik prachtig. Daar zaten veel mooie elementen in, ook boeddhistische. Van sommige documentaires kan je je afvragen of er genoeg elementen in belicht worden, het goed is uitgediept. Persoonlijk vond ik de twee documentaires over de jarenlange retraites, mensen die afscheid namen van hun familie en de buitenwereld, indrukwekkend. Ik wist niet wat ik zag. Anderen vonden dat de beleving van de deelnemers niet goed was uitgediept. Het blijft altijd een kwestie van smaak en hoe ver je zelf al op het boeddhistische pad bent.’
‘Wat zijn boeddhistische programma’s, wie kan daar nou een definitie voor geven. Veel programmamakers zijn overtuigd boeddhist. Maar hoe breed trek je het, wat is boeddhistisch? Bestaat daar een blauwdruk voor? Weet jij het? Ben je boeddhist als je toevlucht hebt genomen? Of lid bent van een sangha? En hoe zit het dan met ongebonden boeddhisten? Ben je boeddhist als je twee boeddhistische boeken in je kast hebt staan? Iedereen heeft toch zijn eigen beleving over wie een en wat een boeddhist is. De BOS slaagt er naar mijn mening goed in om dat in de programmering tot uiting te brengen en ook aan het boeddhisme gerelateerde onderwerpen te behandelen. Dat is ook de opdracht, programma’s maken voor een breed publiek. Je blik op de wereld richten.
Voor mij zijn kijkcijfers niet belangrijk, binnen de raad wordt er wel eens over gesproken als een programma goed is bekeken. Maar ze zijn niet bepalend. Wat veel mensen wel eens vergeten wordt is dat de BOS uniek is in de wereld. Er is geen ander land dat een boeddhistische omroep heeft. Daar mogen we best wel gelukkig mee zijn. Ik zou wel eens met de critici in gesprek willen gaan. En luisteren naar hun feitelijke argumenten waarop zij baseren dat de BOS niet boeddhistisch genoeg zou zijn en de PAR geen gezag of invloed zou hebben. Ik ben er wel tevreden over hoe de raad functioneert en er naar ons wordt geluisterd.‘
‘Als PAR-voorzitter ben ik ook lid van het algemeen bestuur. Dat houdt toezicht op het financieel beleid van de BOS en op het reilen en zeilen van de organisatie. Ik ben me nog aan het inwerken maar heb al wel het gevoel voldoende informatie uit de organisatie te krijgen om als bestuurder goed te kunnen functioneren. De BOS is een kleine organisatie en enkele mensen daarin ken ik beter. Als er iets aan de hand zou zijn, schromen ze niet om de telefoon te pakken en mij als bestuurder te informeren. Ook het bestuur is klein, op dit moment telt het drie mensen. Ik hoop op een snelle uitbreiding met nog eens twee leden.’
Chris zegt
In de reactie van Marja Timmer staat te veel “ik” en “wij”.
Het gaat alleen maar over wat zij vindt van de BOS en de programma’s en dat is blijkbaar boven elke kritiek verheven. Dat geeft weinig hoop op verbetering
Joop Hoek zegt
Chris, het is een interview met Marja Timmer. Het gaat om haar beleving dus praat zij als voorzitter van de PAR over ik en wij.