In sommige scholen van het boeddhisme mediteren leerlingen en leraren met de ogen open en in andere blijven ze gesloten. Als de ogen geopend zijn, hangt het van de soort meditatie af waar je je blik op richt. In het algemeen kijk je naar beneden en wordt de blik verkort bij meditaties om te kalmeren en de geest te concentreren. De blik wordt verruimd als op openheid en ruimte gemediteerd wordt.
Een goede meditatieve aanpak om in een kalme staat te verblijven (shamatha) is om iets naar beneden te kijken en je te focussen op een afstand van ongeveer vijftien centimeter voor je neus. De blik is ontspannen en zacht, niet te strak, niet te los. Open ogen in meditatie zijn ook goed om los te komen van obstakels. Wanneer je geest onrustig is richt je je blik op korte afstand naar beneden. Wanneer je geest in rust is en kalm, richt je blik meer omhoog en zoek je de ruimte.