Sommige bouwfirma’s leveren huizen ‘sleutel op de deur’. Andere hulpverleners begeleiden mensen bij verlies. Vanaf een bepaalde leeftijd is een ‘uiltje knappen’ gepermitteerd. Er bestaat iets zoals een ‘naamloze vennootschap’.
Scherven brengen geluk. Hoedje af …
Ik merk dat ik regelmatig mijn sleutels op de deur laat zitten, zelfs al zit ik lekker binnen verschanst, deur op slot. Soms ben ik dan nog iets in de auto vergeten en als ik het ga halen constateer ik op de terugweg dat er ‘iemand’ zijn sleutels heeft laten steken in de hoofdingang.
Sleutels durven nogal eens een eigen leven leiden en ontsnappingspogingen wagen, zélfs tot op een pechstrook …
Twintig kilometer verder merk ik in een controlereflex dat de sleutels niet meer op hun vaste plaats zitten, bij de aansteker en de neusspray.
Alle alarmsystemen gaan dan af! Hartslag stijgt en het angstzweet breekt uit.
Ik krijg het koud én warm tegelijk en probeer het hoofd ‘cool’ te houden.
Gelukkig is er een plannetje in mijn hoofd dat aangeeft waar men bij deze schattenjacht best eens gaat kijken (tot hiertoe met succes).
Helaas geen hulpverleners bij dit verlies, en moesten ze bestaan had ik ze nog niet nodig … alhoewel ik al een behoorlijke boel ‘verloren’ ben sinds mijn ongeval.
Maar dat is een andere verlieservaring én een rouwproces.
Door de opgelopen hersenschade heb ik een stevige portie extra slaap nodig. Ik schat die van een negentiger, of van een kindje van twee. Vermits uilen een beschermde diersoort zijn (en helaas ook door Harry Potter) hou ik het bij een virtuele soort. Ik slaap bij na een activiteit of ik kan zelfs vóórslapen. Om mij voor te bereiden op iets wat energie zal vragen.
Maar moesten er geen wekkers zijn (of een volle blaas) dan zou ik behoorlijk doorslapen. Er is nog geen test geweest hoe lang ik het zou uithouden, maar een dag is een peulschil. Ik word er ook niet moe van, hè!
Volgend defectje is het geheugen, of de gaten die er in zitten. Het is vermoedelijk zovéél gebruikt dat er sleet op zit of zwarte gaten. Euh … over wat had ik het weer? En kan ik mij daar voor verzekeren?
Vele mensen, die ik zeer goed ken, worden soms ‘naamloos’ ik kan er dan zelfs met wat mentaal hersengeweld geen naam op plakken. En je kan nu ook niet ‘dinges’ zeggen tegen iedereen. ‘Wat was ik nu aan het zoeken’ wordt hier ook veel gezegd terwijl ik ergens doelgericht heen ben gestapt en er dan aarzelend aankom … euh…
Ik laat al wel eens (regelmatig) een bord onhandig vallen en leg mijn lederen natte hoed ‘even’ te drogen op de verwarming … tot ik een hoed zie in een stadium van verschrompeling …te laat voor restauratie…
Mijn beroep? Professor in vér-strooidheid (de knecht van De Sint met andere woorden).
Of “hersenspecialist” (je moet al een specialist zijn om met mijn hersenen te kunnen werken!).
O ja, wie mij niet direct herkent, ik ben ergens 20 kg kwijt, en niet teruggevonden!
Fiets vlot van Lier tot Berchem, Merksem, Schoten. En zwem vervaarlijk veel baantjes.
En wat houdt mij bij elkaar? Steeds terugkeren naar mijn adem, gewaar zijn, liefdevolle vriendelijkheid, niet weten, (ik probeer vrolijk & humorvol) getuige te zijn van wat er is en te ageren en reageren vanuit beide voorgaande zaken. Zie je wel ‘professor’ kan simpele zaken ook moeilijk uitleggen! PRO fessor meestal, en heel soms CONTRA fessor.
Bron zen peacemakers lage landen