Hoe je een diamantboeddha wordt en of dat leuk is.
De brand erin
De Diamantsoetra is een vooral in zen-kringen populaire, korte, iconoclastische soetra. Hij maakt deel uit van de prajnaparamitaliteratuur van het mahayana-boeddhisme.
Prajnaparamita is Sanskriet voor de perfectie van de wijsheid, het einde van de wijsheid, de wijsheid zonder wijsheid, de wijsheid voorbij alle wijsheid. Zelf noem ik prajnaparamita de weidsheid voorbij alle wijsheid – de immense mentale ruimte waarin je jezelf terugvindt als je eindelijk alle mensenwijsheid achter je hebt gelaten.
Niemand weet precies hoe oud de Diamantsoetra is, maar waarschijnlijk is hij ontstaan in de eerste helft van het eerste millennium van onze jaartelling.
De Diamantsoetra is de soetra die alle soetra’s overbodig maakt, ook zichzelf. Na bestudering kan je met een gerust hart je aantekeningen in de fik steken. Zoals die monnik in koan 28 van de Poortloze Poort:
Deshan trad naar voren met een stapel commentaren op de Diamantsoetra, wees ernaar met zijn fakkel en zei: ‘Zelfs de meest omvattende doctrines zijn nog geen haartje in het heelal. De grootste geheimen van de leer zijn nog geen druppel op een gloeiende plaat.’ Daarop verbrandde hij al zijn aantekeningen, maakte een buiging voor zijn leraar en vertrok.
Waarom hij alleen zijn aantekeningen aanstak en niet de Diamantsoetra zelf, blijft onverklaard.
Geen diamant maar een diamantbeitel
De Diamantsoetra wordt ook wel de Diamantsnijdersoetra genoemd omdat er in deze onnavolgbaar geest-dodende (en, toegegeven, geestdodende) soetra geen diamant wordt aangeboden, maar een diamantbeitel. Een kapmes om alle boeddhistische wortels door te hakken.
De Diamantsoetra kan je anachronistisch duiden als een postmoderne deconstructie van het boeddhisme. Omgekeerd kan je de postmoderne deconstructiemethode anachronistisch duiden als een wijsgerige upaya. Het is maar net waar je wortels liggen.
Wel lijdt de Diamantsoetra aan hetzelfde euvel als alle beeldenbrekende boeddhistische literatuur die ik ken, waaronder de Hartsoetra, de Vimalakirtisoetra, de Poortloze Poort en de Linji Lu: hij is volstrekt dharmacentrisch. Dat komt zo.
Eerst begraven boeddhisten zich onder lagen jargon tot ze stikken in hun eigen dikke woorden. Als ze zich levens later eindelijk uitgegraven hebben, zijn ze zo opgelucht dat ze zich in nirwana wanen.
Wie de Diamantsoetra heeft doorgeworsteld is hopelijk van zijn boeddhisme en van de Diamantsoetra verlost maar verder geen steek opgeschoten. Tenzij hij gaandeweg allergisch is geworden voor leerstelsels en grootspraak.
De Diamantsoetra van de Weidsheid voorbij alle Wijsheid
De overgeleverde Diamantsoetra bestaat uit twee bijna identieke helften en heeft in totaal 32 hoofdstukken, vaak zonder duidelijk thema, die sterk variëren van lengte, vaak zonder duidelijke reden. Alsof een spast met een bot zwaard een onverteerbare tekst in hapklare brokken heeft willen hakken.
Mijn deconstructie bestaat uit 40 julienne gesneden hoofdstukjes waarin Subhuti een vraag stelt en de Boeddha antwoord geeft. Ik had er met mijn tweesnijdende zwaard ook 20 hoofdstukjes van kunnen maken, of 60, maar 40 is toevallig het aantal dagen dat Jezus in de woestijn doorbracht.
Heb je één dag in de woestijn gezeten dan heb je alle dagen in de woestijn gezeten. Heb je alle dagen in de woestijn gezeten dan heb je de woestijn gezien.
Heb je één hoofdstukje van de Diamantsoetra gelezen dan heb je ze allemaal gelezen. Heb je ze allemaal gelezen dan heb je de leegte gezien.
Heb je de leegte gezien dan heb je de leegte doorzien. Heb je de leegte doorzien dan heb de Diamantsoetra doorzien, je aantekeningen doorzien, de Boeddha doorzien en het boeddhisme doorzien. Dan kan je je hele boeddhaboedel verbranden. Dan mag je jezelf een diamantboeddha noemen.
Een wat?
Een diamantboeddha
Een diamantboeddha is iemand die geen behoefte meer heeft aan een diamantmes. Hij stopt zijn diamanten gewoon in zijn oren.
Een diamantboeddha heeft ook geen behoefte meer om een boeddha genoemd te worden. Het zegt hem niets, het is maar een woord, zo leeg als het woord leegte.
Hooguit hebben anderen behoefte om hem een boeddha te noemen. Of, Boeddha verhoede, een diamantboeddha. Geen probleem, hij hoort het toch niet. Hoeft hij ook zijn diamantmes niet te trekken.
Bron
Voor de Diamantsoetra van de Weidsheid voorbij alle Wijsheid heb ik me gebaseerd op De Diamantsoetra: de wereld opnieuw begrijpen (Mu Soeng, 2002) omdat die toevallig voorhanden was in de Openbare Bibliotheek Amsterdam.
Mocht dat boek nog eens uitgegeven worden, dan graag als De Diamantsoetra: waarom de wereld zich niet laat grijpen.