Anneke Roozendaal is vanaf haar twintigste bezig met kalligrafie en sinds vijftien jaar met de Japanse en Chinese kalligrafie. De laatste twee jaar werkt zij professioneel als kalligraaf. Anneke is verbonden aan het International Zen Center Noorderpoort, zij voelt zich zen boeddhist, voor haar een levensweg. ‘De stilte die ik ervaar bij het kalligraferen , doet mij scheppen en creëren.’
Kalligrafie is een spiegel van het hart
Anneke: ‘Kalligrafie belichaamt voor mij een vorm van schoonheid, dat alleen kan ontstaan vanuit verstilling van lichaam en geest, zeer essentieel voor de wijze waarop de inkt, geconcentreerd en vrij, vloeit op het rijstpapier. Hierdoor ontstaat mijn werk vanuit Chi, trouw blijvend aan een gedegen basis en dagelijkse oefening van de Kanji karakters en de verschillende stijlen die daaruit voortvloeien.
Mijn weg in het kalligraferen begon toen ik twintig jaar was met het beoefenen van diverse westerse stijlen. Ook maakte ik deel uit van een groep die vertaalde filosofische teksten van Plato en Ficino kalligrafeerde. De laatste vijftien jaar kalligrafeer ik in de Japanse en Chinese stijl. De lessen en inspiratie ontving ik van een Japanse lerares en een Chinese meester. Met name mijn interesse voor het zenboeddhisme is altijd van sterke invloed geweest. Het kalligraferen kan alleen maar ontstaan vanuit een staat van ”No Mind.’
Een stille ruimte, ik leg mijn vilt op de grond of tafel, een vel rijstpapier, een wrijfsteen met een staaf zwarte inkt of bij groter werk een fles inkt … ik druppel een paar druppels water in de holte van de wrijfsteen en wrijf met de inktsteen totdat de inkt zwart is … is de inkt zwart, dan ga ik zitten bij het papier, ik kijk eerst in alle rust naar het witte vel voor enkele momenten, neem de penseel , laat deze zweven in de lucht boven het papier … haal diep adem en zet de eerste streep als een dans op het papier. Zo ontstaat mijn werk, na veel voorbereiding van het werk vooraf, veel oefenen, bestuderen en reflecteren.
Schrifttekens kunnen langzaam en precies geschreven worden of spontaan en snel, al naar gelang je stemming en techniek, maar vooral brengt de penseelvoering de ziel van de kalligraaf tot uitdrukking, wat de schrifttekens ook betekenen, de manier waarop ze geschreven zijn, toont het karakter van de kalligraaf.
Kalligrafie kan nooit onoprecht zijn, er zal altijd een licht haperen van de kwast zijn, waarin het ware wezen van de schrijver onthuld wordt. Het gaat om schoonheid en expressiviteit, boven leesbaarheid. De penseelstreek kan dik en breed zijn, of diepzwart en gesloten, of dun en fijn, of licht en doorschijnend, als de kwast bijna droog is.
Ik heb me verdiept in alle stijlen van kalligrafie, volgens een eeuwenoude traditie, oude meesters bestudeerd. Het normaalschrift, Kaishu (Chinees) of Kaisho (Japans), zijn vereenvoudigde schrifttekens, veelal gebruikt in boeken en kranten. Het cursief schrift, Xingshu (Chinees) of Gyosho (Japans) is een sterk individueel bepaald handschrift. De penseelstreken van de afzonderlijke schrifttekens gaan vaak in elkaar over, wat ten koste kan gaan van de leesbaarheid. Het grasschrift, Caoshu (Chinees) of Sohsho (Japans) is een schrift met vereenvoudigde schrifttekens, waarbij de uit vele streken bestaande componenten van de schrifttekens door een krul worden vervangen.
Ondanks de grote ‘vrijheid’ die je hebt als kalligraaf in de schrijftypes is de volgorde van de streken waaruit het karakter bestaat een vaststaande regel.
De karakters bevatten een duizenden jaren oude beschaving, elk kalligrafisch werk heeft een eigen leven, ziel en verstilling … voorkomend in gedichten, geschriften of als toevoeging op een schilderij.
Mijn kalligrafisch werk wordt gemaakt of ontstaat in een enkele seconde, vanuit die basis, die bezieling door de studie van die eeuwenoude kunstvorm, waaraan maandenlange voorbereiding vooraf is gegaan. Het oefenen van de karakters klein en groot … vervolgens de eigen expressiviteit zoeken van binnenuit. Ik denk dan niet, reflecteer niet, er is niets anders dan de kwast, het papier, het moment van zijn en daartussen niets, of eigenlijk alles.
In Azië wordt al het kalligrafie werk ‘geplakt’. Dit houdt in dat er zelf lijm geprepareerd wordt op een speciale manier, vervolgens wordt het kalligrafiewerk na maanden drogen, bewerkt met de lijm en geplakt met meerdere lagen vellen rijstpapier, en te drogen gehangen op een speciaal gemaakt frame. Een intensief proces en spannend of het werk goed strak trekt. Het plakken is belangrijk om het papier, dat erg dun en kwetsbaar is, te conserveren.
Het is een uitermate zorgvuldig en tijdrovend proces, immers het rijstpapier dat door de lijm nat wordt, is uiterst kwetsbaar. Eigenlijk is het een vak apart en zeker in Azië zijn er mensen die daarvoor zijn opgeleid. Hier probeer ik dit ook grotendeels zelf te doen, al laat ik het soms over aan meer geoefende mensen. Is het kalligrafie werk zo geplakt met meerdere lagen, dan is er de keuze om het werk nog verder te bewerken met zijde voor het maken van een scroll. In dat geval wordt de zijde ook geplakt met rijstpapier, gedroogd op een frame en vervolgens uitgesneden op maat volgens vaststaande verhoudingen. Het hele werk met zijde wordt dan ook weer als geheel geplakt met rijstpapier en dan verwerkt tot scroll. Ook kan ervoor gekozen worden het werk in te lijsten, dan kan volstaan worden met het werk dat een aantal malen geplakt is met rijstpapier.
Een stempel completeert het werk, je naam, ateliernaam of gedicht gekerfd uit speksteen, om je werk te voltooien of te signeren. In China is geen enkel werk zonder stempel, soms zie je veel stempels op een werk. Dan gebruiken de oude meesters stempels met familienaam, ateliernaam, maar ook kan iemand uit respect of erkenning zijn eigen stempel op jouw werk zetten. De kunst van het stempel maken stamt uit de derde of vierde eeuw. (Chuan – Shu)
De materialen kunnen zijn speksteen, marmer of jade. De stempel is vaak een kunstvorm en kan een naam bevatten, gedicht of spreuk.