In Nepal zijn gisteren alle openbare feesten ter ere van de 84ste verjaardag van de Dalai Lama geannuleerd nadat de regering toestemming wegens mogelijke verstoring van de openbare orde en veiligheid in het land had geweigerd. Het is een teken van een groeiende invloed van China dat al voor 60 miljoen dollar geïnvesteerd heeft in dat land. In Nepal wonen ongeveer 20.000 Tibetanen in ballingschap, maar onder druk van Peking heeft de huidige communistische regering een steeds hardere houding aangenomen ten aanzien van hun activiteiten.
Zaterdag was er al meer veiligheidspersoneel aanwezig in gebieden met Tibetaanse gemeenschappen – ook in de buurt van een klooster waar een viering van de verjaardag van de Dalai Lama gepland was. Duizenden Tibetaanse vluchtelingen vluchtten over de grens naar Nepal na de opstand tegen de Chinese overheersing op 10 maart 1959, die de Dalai Lama naar India deed vluchten. Ooit was Nepal een veilige haven voor Tibetanen, maar de toegenomen repressie door de politie heeft de protesten en activiteiten van de gemeenschap ontmoedigd. Nepal heeft herhaaldelijk gezegd dat het zich inzet voor het één-China-beleid.
In juni werd een Amerikaanse staatsburger van Tibetaanse afkomst bij aankomst op een Nepalese luchthaven verward met een Tibetaanse ambtenaar en werd hem de toegang tot het land ontzegd. Drie journalisten van het nationale nieuwsagentschap van Nepal zijn in mei in het verdachtenbankje gezet voor het vertalen en verspreiden van een bericht over het ontslag van de Dalai Lama uit een ziekenhuis.