Zo’n 2500 jaar geleden was er een prins die geconfronteerd werd met ziekte, ouderdom en dood en in die tijd was het geen pretje om te sterven. De pijn van een stervende waar je mee geconfronteerd werd was hartverscheurend. De toekomstige Boeddha vroeg zich af: ’Wat is de zin van het leven als we telkens weer geconfronteerd worden met ziekte, ouderdom en dood’, hij werd er depressief van. Nu is het algemeen bekend dat depressieve mensen de wereld objectiever zien dan positieve mensen. Maar een positieve kijk draagt je beter en verder door het leven dan een depressieve beschouwing.
In het boeddhisme wordt de wereld als ‘samsara’ beschreven, in het christendom als ‘aards tranendal’. De voedselkringloop, daar word je ook niet vrolijker van. Laatst kwam mijn kat voor de honderdste keer weer met een muis aan zetten, mijn kat is gek op muizen. Met veel gekraak was de muis in een paar happen weg en kwam de poes voldaan spinnend op mijn schoot zitten. Ik weet nog steeds niet hoe ik hier mee om moet gaan. Misschien zeg je: ’dat is de natuur’, ga dan onmiddellijk je mond met zeep spoelen. Een leeuw die een gazelle oppeuzelt is de natuur, maar een leeuw die een mens oppeuzelt, daar wordt onmiddellijk jacht op gemaakt.
Ja, een positieve kijk geeft een veel beter houvast dan een depressieve kijk, maar een positieve kijk ligt mijlen van de waarheid. We steken graag onze kop in het zand, werken hard aan een vreedzame wereld. Maar alle wereldverbeteraars ten spijt het is nog niemand gelukt om een vreedzame wereld waar te maken. Zelfs de grootste optimist raakt een keer boos of op zijn minst teleurgesteld. En hoe lovenswaardig het ook is van die boeddhistische monnik Bhante Buddharakkhita die met mindful meditatie de criminaliteit in Jamaica wil beteugelen, ik ben bang dat dit geen vreedzame wereld zal opleveren. Het is zo iets als de splinter en de balk, als er sprake van schuld zou zijn dan ben jij de schuldige.
Waarom?
Vertel me: ’Wie beziet de wereld?’ jij toch, waar was die wereld voor je geboorte?
Jij was er niet, tenminste als je er vanuit gaat dat je de wereld vreedzaam kunt maken.
Als jij er niet bent is er niemand om deze wereld te ervaren, waar zou dan de oplossing liggen- bij jou toch? Als jij er niet bent is er ook geen wereld, met andere woorden ‘buiten jou, jezelf, is er niets te vinden’. Zolang je een oplossing in de buitenwereld zoekt blijf je achter een illusie aan hollen, de oplossing ligt in jou.
Ik ben vorige week naar de nieuwste film van ‘Beertje Paddington’ geweest met 2 kleine meisjes en hun vader. Ik kan je de film van harte aanbevelen, hij is echt geweldig. Maar waar heb ik naar zitten kijken, wat flakkeringen van licht op een wit doek. Ik kon het niet vastgrijpen, af en toe zat er een kindje te snikken omdat het heel zielig was dat beertje Paddington onschuldig naar de gevangenis moest. Waar zit de lach in de film, het sentiment, de ontroering. Waar hebben we naar gekeken?
De Hartsutra begint met:
‘Toen de Boddhisatva Avalokitesvara in diepe meditatie was zag hij duidelijk dat de vijf condities van onze zintuigen van nature leeg zijn. Door dit inzicht werd hij verlost van alle rampspoed en pijn’.
Volgens de legende heeft Boeddha 6 jaar onder een boom gezeten, Boddhidharma negen jaar met zijn gezicht naar de muur om door deze illusie door te breken. De illusie (film) van ziekte, ouderdom en dood.
Net als een film projecteren we onze ideeën over leven en dood, goden en duivels op de eeuwigheid, zonder het maar in twijfel te trekken nemen we onze projectie voor werkelijk aan.
Oké, we zitten in de bioscoop en de film draait, je weet toch dat de film straks afgelopen is?
Iedereen weet dat de film binnenkort afgelopen is maar we blijven als motten om het flakkerende licht van onze projectie dansen. We verzinnen van alles om de realiteit voor ons uit te schuiven.
De film wordt totale werkelijkheid voor ons, wat een ramp als zij afgelopen is.
‘Toen de Boddhisatva Avalokitesvara in diepe meditatie was zag hij duidelijk dat de vijf condities van onze zintuigen van nature leeg zijn. Door dit inzicht werd hij verlost van alle rampspoed en pijn’.
Er is geen tijd van komen
er is geen tijd van gaan
Tijd is een droom
gevangen in een waan
Van geboorte en dood
heb je makkelijk praten
tot je er voor komt te staan
Alles wat je ziet
overal waar je bent
alles is een droom
waar ieder het zijne in herkent
het is makkelijk gezegd
als je de pijn van een ander
niet werkelijk kent
Alles is illusie
en in de spiegel van de ziel
klimt het tijdloze
onverbiddelijk omhoog
samsara dooft
waar nirwana binnenviel