De bekendste vorm hiervan is de vraag naar de waarheid of onwaarheid van religieuze uitspraken. Bestaat god of meer goden tegelijk of is het een antwoord van niets, hooguit van het ongerijmde? Sinds de opkomst van de kritische filosofie in verschillende gedaanten, van Spinoza, Kant Hegel, Marx en anderen, overheerst het idee dat de mens niet in staat is een betrouwbaar antwoord op dat soort grote vragen te geven. Sommige filosofen, denk aan Marx of Feuerbach, gaan een stap verder en vinden dat je onbeantwoorde theoretische vragen het beste maar kunt ‘bestrijden’, omdat deze ook een correct antwoord op praktische vragen bemoeilijken.