De wijze kent geen liefde, al loopt hij ervan over. Hij kent geen woede, al komt de rook uit zijn oren.
gemoedsrust
Meester Tja 50 – De wijze aanvaardt zijn weigering
Waarom wij nooit tot volledige aanvaarding van de tienduizend dingen kunnen komen.
Meester Tja 23 – Gelukkig is mijn ongeluk
en vredig mijn onvrede
Meester Tja 13 – De wijze blijft rustig onder zijn onrust
De wijze blijft rustig onder zijn onrust. Bij wijze van wijsheid aanvaardt hij zijn dwaasheid. Hij surft op elk getij en weet van kip noch ei.
De rust van de Boeddha
Het was onmogelijk om niet onder de indruk te zijn en geen respect te hebben voor de majestueuze beelden. Niemand waagde het om over het lage hekje op de tatamimatten te stappen, Boeddha zelf was de suppoost.


