Vanavond laat zendt de boeddhistische radio een interview uit met een opmerkelijk man. Theo Miltenburg werkte na een studie als sociaal werker en sociaal verpleegkundige drie jaar in India aan een project voor staatkinderen in Hyderabad. Vervolgens ging hij voor Cordaid Memisa naar Congo waar hij onder meer deel uitmaakte van het Ruanda Genocide Emergency Team dat vluchtelingen uit Ruanda opving.
Terug in Nederland werkte hij als sociaal werker met vluchtelingen en coördineerde hij een project voor Alleenstaande Minderjarige Asielzoekers. Hij leidde het project Vice Versa, dat vluchtelingen ondersteunt bij de vrijwillige terugkeer naar hun land van herkomst en de laatste negen jaar zet hij zich in voor de Stichting ROS, het Rotterdams Steunpunt voor Ongedocumenteerden.
Als kind droomde hij ervan missionaris te worden, maar besloot dat een celibatair leven voor hem geen toekomst was. Hij raakte wel geïnspireerd door de bevrijdingstheologie die in de jaren ’70 in Latijns-Amerika opkwam en de problematiek van de armen in de samenleving als uitgangspunt nam. Vervolgens kwam hij via de trappisten in contact met broeder en zenmeester Jeroen Witkam. Inmiddels omarmt hij zowel het katholicisme als het boeddhisme en tot voor kort was hij voorzitter van Zen Centrum Rotterdam.
Zijn andere inspiratiebron is de Zen Peacemakers organisatie van Bernie Glassman, die in Nederland en Vlaanderen geleid wordt door Frank de Waele, en bij wie hij in Brussel een straatretraite volgde. Met Marlous Lazal praat hij over zijn inspiratie, de uitvoerbaarheid van de nieuwe Bed, Bad en Brood-regeling en hoe het doen van een straatretraite hem heftig confronteerde met de dagelijkse realiteit van vluchtelingen.