In de nasleep van de recente aardbeving die het Tibetaanse district Dingri trof, zijn alleen al in één dorp minstens 100 mensen om het leven gekomen. Dit doet twijfels rijzen over het dodental van 126 dat door de Chinese staatsmedia wordt gemeld, aldus Tibetaanse bronnen.
Verschillende dorpen in de gemeente Dramtso in de provincie Dingri, in het Chinees Tingri genoemd, waar de beving met een kracht van 7,1 bij de grens met Nepal plaatsvond, behoorden tot de zwaarst getroffen dorpen. Het district valt onder het bestuur van de stad Shigatse in de Tibetaanse Autonome Regio. Een Tibetaan die in India woont en contact kon leggen met familieleden in het dorp Guring, vertelde dat hun gemeenschap een van de zwaarst getroffen gebieden was. Chinese media meldden dat alleen al in Guring meer dan 30 mensen zijn omgekomen.
Ondertussen hebben de Chinese autoriteiten op vrijdag het aantal gewonden van de aardbeving bijna verdubbeld tot 337, maar zeiden dat het dodental op 126 stond, volgens hun eerste schatting van vorige week dinsdag. Maar Tibetaanse bronnen zeiden dat ze geloven dat het werkelijke aantal slachtoffers veel hoger is dan het cijfer dat door de Chinese regering wordt gerapporteerd, omdat alleen al de bevolking van het district Dingri meer dan 60.000 mensen telt en het district Lhatse, een ander door de aardbeving getroffen gebied, naar schatting 50.000 mensen telt.
Het bepalen van het exacte dodental is momenteel een grote uitdaging, aldus een Tibetaanse inwoner van Lhasa, de hoofdstad van de Tibetaanse Autonome Regio. ‘Iedereen is sceptisch over het officiële dodental, maar we hebben geen manier om de werkelijke cijfers te kennen.’
De Chinese regering heeft strenge beperkingen opgelegd, waardoor mensen niet naar de getroffen gebieden kunnen reizen om hulp te bieden. Tibetanen uit de hele regio die proberen te helpen, worden bij verschillende controleposten tegengehouden en de autoriteiten eisen een inreisvergunning.
