De Tibetaanse gemeenschap in New Delhi, India, heeft vandaag – een dag voor de G20-top – geprotesteerd tegen de Chinese regering vanwege haar onderdrukkende beleid in Tibet. De demonstranten protesteerden met posters en teksten met de tekst ‘Free Tibet’. Het protest was georganiseerd door het Tibetaans Jeugdcongres.
Volgens het Tibetaans Jeugdcongres was de protestactie bedoeld om de aandacht te vestigen op China’s harde, onderdrukkende beleid in Tibet en om de bredere geopolitieke bezorgdheid over China’s expansionistische activiteiten te veroordelen, die niet alleen een bedreiging vormen voor India maar ook voor de omliggende landen. Met het oog op het protest werd door de politie zware beveiliging ingezet in de buurt van Majnu Ka Tilla.
Eerder op donderdag liet Gonpo Dhundup, voorzitter van het Tibetaans Jeugdcongres, weten dat het protest alle 19 landen van de G20 eraan zal herinneren dat China niet te vertrouwen is.
‘We willen de wereldgemeenschap laten weten dat China niet te vertrouwen is. Voor de veiligheid van India is de onafhankelijkheid van Tibet noodzakelijk. De Chinese CCP is een bedreiging voor de wereld. Het expansionistische beleid van China creëert disharmonie en geweld in de hele wereld. We moeten wereldwijd samenwerken om China ter verantwoording te roepen. De Chinese president heeft geen lef om naar India te komen, geen moed om zijn gezicht te laten zien in een vrije natie,’ zei hij.
Delhi maakt zich op voor de 18e G20-top. Het zal een hoogtepunt zijn van alle G20-processen en -bijeenkomsten die het hele jaar door zijn gehouden tussen ministers, hoge ambtenaren en maatschappelijke organisaties.
De Volksrepubliek China beweert dat Tibet al sinds de door Mongolen geleide Yuan-dynastie deel uitmaakt van China. In 1951 werden de Tibetaanse leiders gedwongen om een door China gedicteerd verdrag te ondertekenen. Het verdrag, dat bekend staat als het “Zeventien Punten Akkoord”, beweert de autonomie van Tibet te garanderen en de boeddhistische religie te respecteren, maar staat ook de vestiging van het Chinese civiele en militaire hoofdkwartier in Lhasa (de hoofdstad van Tibet) toe.
Het Tibetaanse volk – met inbegrip van de Dalai Lama – is echter van mening dat het ongeldig is en onder dwang is ondertekend. Dit is door het Tibetaanse volk vaak beschreven als een culturele genocide. In 1959, na de Tibetaanse opstand, vluchtten de Dalai Lama (spiritueel leider van het Tibetaanse volk) en veel van zijn volgelingen naar India.