De Russische president Vladimir Poetin heeft tijdens een bezoek vandaag aan de republiek Boerjatië toegezegd de boeddhistische samenleving in Rusland voor honderd procent te steunen in zijn ontwikkeling. Ongeveer twintig procent van de bevolking van deze republiek is boeddhist.
Lama Damba Ayusheyev, hoofd van de boeddhistische sangha van Rusland, sprak Poetin aan op het feit dat studenten aan boeddhistische universiteiten vaak geen vrijstelling hebben van militaire dienstplicht. Onder de Russische wet zijn fulltime studenten vrijgesteld van militaire dienst voor de duur van hun studies. De president stelde voor de dienstplicht dan te laten vervullen in de zomertijd, als studenten vrij zijn van school, zoals rectoren van andere universiteiten hebben voorgesteld. Lama Ayusheyev noemde dit een acceptabel voorstel.
Poetin: ‘Boeddhisme speelt een belangrijke rol in Rusland…Het is altijd zo geweest. Het is bekend dat boeddhisten ons in beide wereldoorlogen geholpen hebben.’ Poetin omschreef het boeddhisme als een ‘vriendelijke, humanistische religie, gebaseerd op liefde voor anderen en het land’. Een groepering die altijd kan rekenen op de federale overheid en plaatselijke autoriteiten. Naar schatting leven er tussen de zevenhonderdduizend en anderhalf miljoen boeddhisten in Rusland, vooral in de republieken van Boerjatië, Tuva en Kalmukkië.
De Russische president sprak zich al eerder lovend uit over het boeddhisme in zijn land. Die lof staat haaks op een besluit van de Russische stad St. Petersburg dat, in verband met een bezoek van een Chinese politieke delegatie aan die stad, de organisatoren van een Tibetaans filmfestival ‘A different Tibet’ heeft verzocht het festival niet door te laten gaan. De organisatoren hebben dat ‘verzoek’ ingewilligd omdat ze niet uit zijn op een conflict en ook geen andere mogelijkheid zagen.
*De Boerjaten ontstonden door een vermenging van inheemse sjamanistische bevolkingsgroepen en nomadische mongolen in de negende en tiende en ontwikkelden een eigen cultuur en een vorm van sjamanisme met Tibetaans boeddhistische invloeden. In de twaalfde eeuw werden ze onderworpen door Dzjengis Khan en bleven vervolgens drie eeuwen onder invloed staan van zijn rijk. Toen de Mongolen in het zuiden en oosten zich moesten onderwerpen aan de Mantsjoes, beëindigden de Boerjaten hun vriendschappelijke band met hun zuidelijke broedervolken. Hierdoor raakten ze echter geïsoleerd tegenover het verband van Mongolen en Mantsjoes en besloten een alliantie aan te gaan met het steeds verder naar het oosten oprukkende Rusland. De Russen kwamen in de 17e eeuw naar het gebied op zoek naar rijkdom, goud en bont en stichtten in 1666 het fort bij Oelan-Oede, van waaruit de Russische kolonisatie begon.
Bron RIA Novosti en Wikipedia.