Extremistische boeddhisten in Sri Lanka worden steeds machtiger in het tot zwijgen brengen van critici van het boeddhisme. De bekroonde Srilankaanse auteur Shakthika Sathkumara werd op 1 april door de politie gearresteerd en is na een uitspraak van een magistraat in Polgahawela in voorlopige hechtenis genomen tot 23 april.
Sathkumara werd door de politie aangehouden naar aanleiding van klachten van boeddhistische extremistische groepen die beweerden dat hij het boeddhisme- in een kort verhaal op zijn Facebook-pagina, had belasterd. Zijn arrestatie is volgens juristen een flagrante aanval op de democratische rechten en de vrijheid van meningsuiting. Het boeddhistische establishment, dat de volledige steun geniet van de heersende elite van het land en zijn partijen, probeert voortdurend zijn dominantie over alle aspecten van de Srilankaanse samenleving op te leggen, zeggen critici van het beleid van de regering in deze kwesties.
De Socialist Equality Party en de Youth and Students for Social Equality veroordelen de arrestatie van Sathkumara en zijn gevangenhouding, die volgens hen deel uitmaakt van een escalerende aanval op de democratische rechten. Zij dringen er bij werknemers, jongeren en progressieve intellectuelen op aan om zijn onmiddellijke vrijlating te eisen.
Twee boeddhistische organisaties nabij Colombo hebben bij de politie klachten ingediend over het laatste korte verhaal van Sathkumara, dat het boeddhisme in diskrediet zou brengen en zou belasteren. Het verhaal bevatte indirecte verwijzingen naar homoseksualiteit binnen de boeddhistische geestelijkheid. Op 25 februari schreef het boeddhistische Informatiecentrum een brief aan de Srilankaanse inspecteur-generaal van de politie waarin werd opgeroepen tot actie tegen Sathkumara.
De directeur van het informatiecentrum, een monnik genaamd Agulugalle Siri Jinananda, beweerde dat de auteur het wetboek van strafrecht van het land, ingesteld tijdens de Britse koloniale overheersing, en het door de VN gesponsorde Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (ICCPR) overtrad. De politie gebruikte beide wetten om Sathkumara te arresteren.
De ‘boeddhistische chauvinisten’ en de politie hebben deze specifieke wet gekozen om Sathkumara aan extreme straffen te onderwerpen, stellen de socialisten en de partij voor de jongeren. Als hij schuldig wordt bevonden, kan hij worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van tien jaar. Het VN-verdrag, dat geacht wordt de mensenrechten te beschermen, is in 2007 in Sri Lanka met tegenzin aangenomen, decennia nadat het in andere landen wettelijk was vastgelegd.
Toen Sathkumara’s zaak op 9 april door het gerechtshof werd gehoord, organiseerden verschillende boeddhistische monniken een demonstratie bij het gebouw. De magistraat verlangde het voorarrest tot 23 April, nadat de politie meer tijd eiste om de klachten te onderzoeken. Critici zeggen dat de ‘antidemocratische aanval’ op Sathkumara op grond van het “belasteren” van het boeddhisme geen op zichzelf staand incident is.
Vorig jaar augustus gaf het ministerie van Boeddhistische Zaken van de regering opdracht tot het verbieden van Kanata Paharak (Earful of Visuals), een serie radiodrama’s van de bekende filmmaker, beeldend kunstenaar en radioscriptschrijver Malaka Devapriya, op grond van de valse bewering dat de serie het boeddhisme zou beledigen. Devapriya vertelde Daily Mirror vorige maand, dat de politie aanklachten tegen hem heeft ingediend na klachten van boeddhistische extremistische groepen.