Slachtoffers van seksueel misbruik door boeddhistische leraren en monniken hebben bij het kantoor van de Dalai Lama een verzoek ingediend om hem komend weekeinde, wanneer de Tibetaanse spirituele leider in Nederland is, te mogen ontmoeten om hem gebundelde verklaringen aan te bieden met de ervaringen van twaalf slachtoffers over seksueel en ander geweld, hen aangedaan door vijf boeddhistische leraren. De slachtoffers willen de Dalai Lama ook een onlangs gestarte # metoo petitie aanbieden die gericht is tegen dit misbruik.
Een van de slachtoffers die het gesprek heeft aangevraagd is de Nederlandse Cecile, die daar gisteravond in het NOS-Journaal melding van maakte. Zij vindt dat de Dalai Lama onvoldoende beseft hoe boeddhistische leraren hem gebruiken om een imago van betrouwbaarheid op te bouwen, alleen al door zijn aanwezigheid bij die leraren. Zij vindt dat de Dalai Lama zich daarvan bewust moet worden en dat hij zijn invloed juist ten goede gaat aanwenden.
Cecile zegt dat haar Tibetaanse boeddhistische leraar haar heeft geslagen. Hij vernederde haar in het openbaar in zijn centrum in Zwitserland. En zou haar tot drie maal toe seksueel in de periode tussen 2007 en 2013 misbruikt hebben. Ze kreeg er ernstige mentale problemen door, die ze volgens eigen zeggen met professionele hulp inmiddels heeft overwonnen. Cecile zegt dat ze door het zien van een foto van haar leraar Namkha rinpoche met de Dalai Lama op het verkeerde been is gezet, haar vertrouwen was gewekt en toen met Namkha bij het boeddhisme is gekomen.
Kritisch vermogen
Daarmee raakt ze het probleem tot in de kern. De Dalai Lama onderwijst al vele jaren dat (potentiele) studenten en volgelingen van een boeddhistische leraar hun kritisch vermogen en gezond verstand moeten gebruiken alvorens zich te binden aan een leraar en/of sangha. Als ze daar geen goed gevoel bij hebben is het wegwezen geblazen.
De twaalf slachtoffers van het misbruik zoeken steun bij de Dalai Lama en willen dat hij zich kritischer opstelt in zijn relaties met boeddhistische leraren. Dat betekent dat hij zich met geen enkele boeddhistische leraar meer in het openbaar kan vertonen, omdat van de ene op de andere dag een tot dan van onbesproken gedrag leraar in de fout kan gaan als de hormonen door het lijf gieren en het duiveltje van de macht tot misbruik aanzet. Het is -vermoedelijk- helaas pas achteraf dat de Dalai Lama kennis draagt van de aantijgingen en zich van zo’n leraar kan distantiëren, zoals hij deed bij Sogyal Lakar, ook bekend als Sogyal rinpoche, die beschuldigd werd van seksueel wangedrag, lichamelijk geweld en machtsmisbruik. Hij had zich eerder moeten distantiëren van Sogyal toen hij signalen kreeg van misbruik.
Sogyal heeft de aantijgingen nooit toegegeven of ontkend.
Het Boeddhistisch Dagblad publiceerde daar de afgelopen dagen over, naar aanleiding van een rapport van onderzoeker Karen Baxter. Daaruit bleek dat al op 13 oktober 1992 een ingewijde bij Rigpa, die sprak met enkele slachtoffers van Sogyal rinpoche, een kopie van een brief aan Sogyal naar de Dalai Lama stuurde, waarin hij zijn zorgen over het gedrag van Sogyal uitsprak. Voor zover bekend ondernam de Dalai Lama daarop geen actie maar bleef de goede betrekkingen met Sogyal onderhouden. (Deze passage is als update na publicatie van deze tekst aan de tekst toegevoegd).
Eerder publiceerde het BD over het wangedrag binnen Shambhala International door Sakyong Mipham. De bundel getuigenissen van de twaalf slachtoffers zijn daar een trieste aanvulling op. De gierput wordt steeds voller.
Het is goed als de Dalai Lama de slachtoffers van misbruik zou ontvangen om een statement te maken dat hij seksueel wangedrag en misbruik door boeddhistische leraren veroordeelt. Zoals hij al heeft gedaan in eerdere verklaringen. Maar de Dalai Lama kan dat misbruik niet voorkomen, al zou hij zich met geen enkele boeddhistische leraar meer in het openbaar vertonen. Het ontstaat in de krochten van de geest van zo’n leraar en tot uiting gebracht in misbruik. Daarom is het verzoek om een ontmoeting met de Dalai Lama te hebben ook alleen maar van symbolische waarde. Te vergelijken met dat van paus Franciscus die zich in Ierland met slachtoffers van misbruik door rooms katholieke priesters verstond.
Ik wil aanhaken op wat de Dalai Lama eerder zei: dat mensen zich kritisch moeten opstellen in het (eerste) contact met een boeddhistische leraar. En dat ‘eerste’ mag best jaren duren. Dat is ook de zienswijze van de Boeddha: geloof mij niet op mijn woord maar onderzoek de zaken en maak die tot de jouwe als je ze doorziet en er achter staat. Volgens mij is een leuke foto van de Dalai Lama met een leraar geen bewijs dat zo’n leraar ook deugt. Van dictators en moordenaars zijn ook leuke foto’s in omloop.
Blinde aanbidding
Ik heb decennia lang in de boeddhistische wereld de blinde devotie en aanbidding van leerlingen naar boeddhistische leraren gezien. Sommige leerlingen hadden eelt op de neus van het buigen en een waas voor de ogen. Ik vond het afschuwelijk. Er zijn verklaringen van kritische leerlingen die zeggen dat vrouwen bij de deur van een tempelruimte stonden en zich aan de leraar aanboden, met hem tussen de lakens wilden. Die dingen gebeuren ook. Maar het mag nooit een excuus zijn voor een dader zijn misdrijven te plegen.
Steeds vaker en meer komen slachtoffers van seksueel en ander misbruik naar buiten met hun ervaringen. Ze dachten in een boeddhistische hemel terecht te komen, zich te kunnen ontplooien, het goede te ontmoeten en kwamen in een hel terecht door wangedrag van leraren. In de verslagen over de gebeurtenissen met mannen en vrouwen binnen Rigpa en Shambhala en het centrum van Mettavihari komen ze aan het woord.
Een bezoek van de slachtoffers aan de Dalai Lama kan een middel zijn om aandacht te vragen voor het wereldwijde misbruik in de boeddhistische gemeenschap. Maar de Dalai Lama is geen kerkvorst, heeft geen centraal gezag. In het verleden stelde de bekende boeddhist Mathieu Ricard dat de Dalai Lama geen politieagent is. In China zijn er 240 miljoen mensen die zich op enigerlei wijze boeddhist noemen of het boeddhisme aanhangen. De invloed van de Dalai Lama op die boeddhisten is nul. Onlangs werd bekend dat in een tempel in Peking een abt nonnen seksueel zou hebben gemanipuleerd, tenminste, zo luiden de beschuldigingen. De officiële invloed van de Dalai Lama op zenbeoefenaars en theravada is nul. Hij is slechts de leider van het Tibetaans boeddhisme.
Aangiften
Duidelijk is dat er iets moet gebeuren om aan het verschrikkelijke misbruik in boeddhistische kringen- hoe beperkt ook in omvang als je dat afzet tegen de miljoenen beoefenaars, dat het een halt wordt toegeroepen. Elk slachtoffer is er een te veel. Wat ik echter mis bij de slachtoffers is de daadkracht om door te pakken, om van hun ervaringen met zo’n leraar aangifte te doen bij de politie en justitie, zodat de beschuldigingen op een objectieve wijze kunnen worden onderzocht en de dader bij schuldigverklaring berecht wordt. Slechts een enkele keer gebeurt dat. In het geval van de Amerikaanse Janice Doe, die Rigpa en Sogyal rinpoche beschuldigde van seksuele terreur, kwam het wel tot een formele aanklacht bij een rechtbank maar werd de zaak toch onderhands geschikt. De politie van Los Angeles onderzoekt momenteel de beschuldigingen van seksueel wangedrag tegen Noah Levine van Against the stream. Het is een uitzondering.
Zonder een officieel onderzoek door daartoe bevoegde opsporingsinstanties blijven de beschuldigingen van vrouwen en mannen tegen boeddhistische leraren hangen in sferen van aantijgingen, rapportages en een boekje. Onder de twaalf slachtoffers zijn drie Nederlanders, hebben ze aangifte gedaan van deze ernstige feiten en aangedrongen op vervolging? Alleen het vooruitzicht van een gevangenisstraf zal toekomstige daders afschrikken. Het begin van dat proces, dat onderzoek, hebben de slachtoffers zelf in de hand. Ook de verdachten zelf hebben daar recht op.
Henk van Kalken zegt
Ik ben het met je eens, Joop, dat het vooruitzicht van onvoorwaardelijke gevangenisstraf daders zal afschrikken.
Maar toen ik voor het eerst kennis nam van boeddhisme en de eerste glimlachende Lama ontmoette, die strooiend met prachtige metaforen en verlichte humor sangha’s om zich heen verzamelden dacht ik: het kan dus toch. Ik ben er wel diep in teleurgesteld dat de invloed van Boeddha’s leer niet veel meer dan het equivalent van misbruikende roomskatholieke priesters heeft opgeleverd, zonder hiermee iets over serieuze beoefenaren te zeggen. En dan heb ik het nog niet eens over moordende theravadistische boeddhisten in Myanmar.