Komend vanaf de Veluwe reed ik met mijn vriendin, de kleindochter van zeevisser Thijmen, gistermiddag op de A12 en de Utrechtse Heuvelrug. De zon scheen aarzelend, links was de lucht loodgrijs, vooruit kijkend waren felle bliksemflitsen te zien. Ik werd die richting uitgezogen om huiswaarts te geraken in de Kloosterbunker. Hoe dan ook.
Het begon te regenen, eigenlijk regende het al, eerst licht toen zo zwaar dat je maar tien meter vooruit kon kijken in de regenmist en het opspattend water. We, de medeweggebruikers, hielden een snelheid aan van ongeveer twintig kilometer zonder dat van een afstand bediende borden ons dat verordonneerden. Het was zo prachtig, het ogenschijnlijk onbeheersbare weer, niet te temmen.
Ik had dit in jaren niet mee gemaakt, die energie, de waterstroom dreef mij letterlijk voorwaarts, gekoppeld aan het motorvermogen van de oude auto. Ik voelde me zo blij en veilig. Een met de natuur.
Moedig voorwaarts!
BIJSLUITER: het lezen van deze columns kan leiden tot groot geestelijk ongemak, woedeaanvallen, depressies, onbeheerst gedrag, angstaanvallen, maagzuur, zweten, ongeloof, twijfel aan eenieder, straatvrees, lange tenen en het geloof in het eigen gelijk. Bij de lezers. Scheldpartijen en een onbedwingbare drang om te reageren zijn waargenomen. Sommigen willen mij corrigeren. Of bedanken. Of prijzen. De drang om in verzet te komen is waargenomen, het abonnement op te zeggen. Sommigen besluiten de krant niet meer te lezen, of te boycotten. Er kwaad over te spreken. Te janken of te vloeken. De straat op te gaan om te demonstreren maar niet weten waartegen. Het boeddhisme de rug toe te keren. Of aan de drugs te gaan. En zo gaat het maar door.
