Toen de monniken na het mediteren bijeen kwamen voor een lezing, wees de meester naar de bamboe jaloezieën. Twee monniken begonnen ze op te rollen. De meester riep: ‘Ho.’ De monniken bevroren. De meester zei: ‘Is er wat?’ ‘U riep toch ho?’
‘Kan een mens nou ook al geen ho meer roepen?’ ‘Waarom wees u dan naar de blinden?’ ‘Kan een mens nou ook al niet meer naar de blinden wijzen?’ Ze keken hem met open mond aan. ‘Ga door’, zei de meester, maar de monniken bleven als versteend staan. De meester zei: ‘Kan een mens nou ook al geen bevelen meer geven?’
Deze tekst maakt deel uit van de serie Niet om door te komen, de Poortloze Poort. Woord: Hans van Dam. Beeld: Lucienne van Dam. Alle teksten van deze serie. De Poortloze Poort op NietWeten.nl. Alle publicaties van Hans van Dam in het Boeddhistisch Dagblad.