‘Heeft een hond ook de boeddhanatuur?’ ‘Wu!’, zei meester Zhaozhou.
‘Wu’ (spreek uit ‘woe’) is Chinees voor ‘nee’ of ‘niet’ of ‘niet-hebben’ of ‘niet-zijn’. Misschien was het ook een klankwoord (onomatopee) voor woef, maar dat weet ik niet.
Toen ik het mijn hond Wu vroeg, keek ze me even treurig aan als altijd, maar blaffen, ho maar. ‘Waf-waf’ schijnt in hedendaags Mandarijn te klinken als ‘wang-wang’, maar grote honden zeggen ‘woef-woef’, dus dat bewijst niks.
Mijn huisbaas, Ho, een dwaas uit het oosten, antwoordde: ‘Teckel? Lekkel!’ Wu liet zijn tanden zien en gromde: ‘Heeft een Chinees de boeddhanatuur?’ Daar ben ik niet op ingegaan. Voor je het weet ben je zes jaar verder.
Volgens de overlevering had Wumen zes jaar nodig om de wu-koan te kraken, of beter, om zijn hersens te kraken en de koan onverteerd uit te braken. Dat gaf eindelijk verlichting, en niet zo’n beetje ook. De dichter dichtte zijn onvergetelijke verlichtingsgedicht: Wu wu wu / Wu wu wu wu / Wu wu wu wu wu. En de wolven huilden mee.
Japanners meenden er duizend jaar geleden goed aan te doen ‘wu’ te vertalen in ‘mu’ (spreek uit ‘moe’), dat eveneens ‘nee’, ‘niet’, ‘niet-hebben’ of ‘niet-zijn’ schijnt te betekenen. Niets op aan te merken dus, behalve dat het eventuele klanknabootsende effect van ‘wu’ in de vertaling verloren ging.
Ik heb tenminste nog nooit een hond gehoord wiens blaf ook maar enigszins leek op ‘mu’, ook niet in Japan. Behalve één keer, onder water (ik, niet de hond), toen ik achterna werd gezwommen door een zwerfhond die verliefd op me was – maar dat is een ander verhaal.
Honden blaffen met hun bek open en dan kun je onmogelijk een ‘m’ voortbrengen. Probeer maar eens.
Deze tekst maakt deel uit van de serie Niet om door te komen, de Poortloze Poort. Woord: Hans van Dam. Beeld: Lucienne van Dam. Alle teksten van deze serie. De Poortloze Poort op NietWeten.nl. Alle publicaties van Hans van Dam in het Boeddhistisch Dagblad.