“Ik ben slechts de getuige, niet de doener.”
“Waarvan?”
“Van het hele… gedoe, zou ik zeggen.”
“Ook van het getuige zijn?”
“Wat?”
“Of behoort dat soms niet tot het hele gedoe?”
“Nou je het zegt.”
“Waar is die getuige dan nog voor nodig?”
“Tja…”
“Waar is die doener dan nog voor nodig?”
“Hè?”
Deze tekst maakt deel uit van de Perongelukexpress, een serie over de vrije wil.