Uithalen, doorhakken of in de knoop zitten?
Denkknopen in het dagelijks leven
Een denkknoop is een hardnekkig raadsel dat de denker hoofdpijn bezorgt en tot wanhoop drijft. Een ander woord voor denkknoop is paradox of aporie.
Denkknopen bereiken in het abstracte denken hun duidelijkste vorm, maar het gewone leven zit er vol mee. Levende wezens worden hun hele leven verscheurd door tegenstrijdige reflexen, instincten, impulsen, gevoelens, verlangens, voorkeuren, oordelen, gedachten, situaties.
Een bacterie die naar het licht toe wil maar van het zout weg, dat is de protozoïsche variant van Hamlet’s ’to be or not to be’, wat rijmt op, maar niet per se met, euthanasie.
Een koolmees die haar jongen wil voeden maar haar nestplaats niet wil verraden aan Hans die daar net even in het zonnetje zit en nu moet kiezen of hij zijn eigen gemoedsrust hoger aanslaat dan die van de koolmees, het leven van de mezenkuikentjes hoger dan de rupsjes die hen tot voedsel dienen, een bruine huid hoger dan het risico op huidkanker.
Als je het gezocht vindt om bij bacteriën en koolmezen van denkknopen te spreken, moet je je definitie van denken wat oprekken. Dat is meteen een goede oefening: voor niet-weten heb je hypermobiele hersens nodig, anders krijg je die knopen nooit uitgehaald.
Denkknopen in de theologie en de filosofie
Een voorbeeld van een theologische denkknoop is de vraag of God machtig genoeg is om zichzelf van zijn almacht te beroven, en zo ja, of hij het daarna nog ongedaan weet te maken.
Ook afkomstig uit religieuze kringen is de vraag (waar we het al eerder over hebben gehad) wie de Schepper heeft geschapen, wat de Eerste Beweger in beweging heeft gezet, waardoor de Eerste Oorzaak is veroorzaakt.
Een voorbeeld van een filosofische denkknoop is de vraag of de stof voortkomt uit de geest of de geest uit de stof.
Nog eentje: hebben we een vrije wil of zijn we een speelbal van natuurkundige krachten? Anders gezegd: als ik mijn wil niet kan beïnvloeden, wie is er dan de baas? Als paradox geformuleerd: is mijn wil vrij dan kan niets hem beïnvloeden, kan niets hem beïnvloeden dan ben ik niet vrij.
Denkknopen in de wiskunde
Een voorbeeld van een logische denkknoop is de leugenaarsparadox: ‘Deze zin is gelogen.’ Is hij waar dan is hij onwaar, is hij onwaar dan is hij waar.
Een voorbeeld van een wiskundige denkknoop is de verzameling van alle elementen die geen lid zijn van een verzameling. Hij is bedacht, of liever ontdekt, aanvankelijk zeer tegen zijn zin, door Bertrand Russell terwijl hij aan de Principia Mathematica* werkte.
* De Principia Mathematica is een onvoltooid, driedelig werk waarin Bertrand Russell samen met Alfred Whitehead probeerde de wiskunde op de logica te baseren. Het werk inspireerde Kurt Gödel tot zijn befaamde onvolledigheidsstelling.
Russel goot zijn verzameling in de vorm van de paradox die nu zijn naam draagt: als een barbier iedereen scheert die niet zichzelf scheert, scheert hij dan zichzelf? Beetje gedateerd voorbeeld, zeg dat wel, zeker sinds bekend werd dat, zeer tegen de zin van de echte mannen onder ons, niet alle mensen mannen zijn, laat staan echte.
Wat als de barbier een vrouw is? Wat als haar klanten mannen zonder baardgroei zijn of mensen zonder geslacht? Gelukkig zijn er ook vrouwen met baardgroei, meer dan je denkt, want die scheren allemaal zichzelf, maar zelden in het openbaar.
Hier heb je een moderne variant van de antinomie van Russel: als je iedereen belt die nooit zichzelf belt, bel je dan jezelf? Deze versie doet het altijd, want wie heeft er nou geen telefoon.
Nog moderner: als je iedereen liket die nooit zichzelf liket, like je dan jezelf? Deze versie doet het nooit, want iedereen liket zichzelf of doet alsof.
Denkknopen in zen
Aporieën in zen heten koans. Je kunt erop broeden tot je kussen uitkomt. Vier voorbeelden:
Toen hij een portret zag van Bodhidharma met baard zei meester Huoan: ‘Waarom heeft die vent geen baard?’ (Poortloze Poort, koan 4)
Meester Yuean zei: ‘Xizongh, de wielmeester, maakte een kar waarvan de wielen wel honderd spaken hadden. Wat blijft er over als je alle onderdelen verwijdert?’ (Poortloze Poort, koan 8)
Wuzu zei: ‘Kom je op de weg een verlichte tegen dan is spreken net zo ongepast als zwijgen. Hoe zou jij hem begroeten?’ (Poortloze Poort, koan 36)
Linji vroeg: ‘Wat is een witte stier op een kale vlakte?’ (Linji Lu, koan 27)
Zelf ben ik voorgoed uitgebroed. Mijn zafu kan m’n kont kussen.
Denkknopen in de Agnosereeks
Mijn boekenserie over agnose staat vol denkknopen, vaak in de vorm van oxymorons en paradoxen. Zeven voorbeelden:
Zelfs niet weten van niet-weten.
Zelfs niet doen aan niet-doen.
Alles loslaten, ook het loslaten.
Je gedachten niet geloven, deze ook niet.
Zoeken tot je het niet-vinden hebt gevonden.
Het denken doorzien door het denken.
Vrede sluiten met je onvrede.
De weg naar verlichting is bezaaid met denkknopen, waarvan de grootste wel de weg en verlichting zijn.
Want de weg leidt weg van de weg en verlichting is het einde van verlichting.
Lekker in de knoop zitten
Natuurlijk kun je proberen alle denkknopen die je in je leven tegenkomt op te lossen.
Ik wens je veel succes.
Je kunt ook, in navolging van Alexander de Grote, proberen alle denkknopen die je in je leven tegenkomt door te hakken.
Ik wens je veel succes.
Je kunt ook proberen alle denkknopen die je in je leven tegenkomt te ontkennen.
Ik wens je veel succes.
Je kunt ook proberen alle denkknopen die je in je leven tegenkomt te negeren.
Ik wens je veel succes.
Of doe als ik: ga gewoon lekker in de knoop zitten.
Ik wens je veel plezier.