Beste Hans,
Wat is precies het verschil tussen jouw niet-weten en het niet-weten van mystici, boeddhisten en non-dualisten zoals ik?
Beste Gemma,
Niet-weten is voor mij niet het onkenbare kennen of het bewustzijn dat aan alle kennen voorafgaat. Het is niet de non-dualiteit waarin alle tegenstellingen teloorgaan. Het is niet de onontwarbaarheid van verschijnselen die interdependentie of interpenetratie of interzijn of het net van Indra of afhankelijk bestaan of afhankelijk ontstaan of leegte heet.
Niet-weten is voor mij geen donkere nacht van de ziel in blijde verwachting van het hemelse licht. Het is geen onbegrijpelijke leegte waarin alle vormen verschijnen en verdwijnen. Het is geen innige verbinding met het ondoorgrondelijke wereldraadsel.
Niet-weten is voor mij geen waarheid voorbij de woorden of wijsheid voorbij alle wijsheid of kennis zonder leraar. Het is geen innerlijke goeroe of onnavolgbaar hart of zuivere intuïtie of goddelijke stilte.
Niet-weten is voor mij geen almanak vol met zaken waarvan ik voor eens en voor altijd heb vastgesteld dat je die niet kan weten en het is geen onomstotelijke beginsel waarmee je op voorhand ieder weten kan afwijzen.
Niet-weten is voor mij geen uitgangspunt, geen conclusie, geen dogma, geen maatstaf, geen bevrijdend inzicht, geen methode, geen weg en geen doel.
Gemma: Wat is niet-weten dan wel voor jou?
Hans: De simpele constatering dat ik iets nu niet weet. Dat er nu geen antwoord in me opkomt. Of teveel antwoorden waaruit ik nu niet kan kiezen.
Gemma: Voor jou is niet-weten altijd actueel.
Hans: Ik stel het ter plekke bij mezelf vast, live, telkens weer.
Gemma: Objectief.
Hans: Meedogenloos eerlijk.
Gemma: Nuchter als een wetenschapper.
Hans: Nuchter als een nietwetenschapper.
Gemma: Is dat alles?
Hans: Noem het dan maar verlossing.
Gemma: Ik dacht dat niet-weten iets heel moois was.
Hans: Gedachten doorprikken is het mooiste wat er is.
Gemma: Iets mystieks, bedoel ik. Iets diepzinigs. Iets eeuwigs.
Hans: BOEM!
Gemma: Het eeuwige is ook maar een gedachte, wou je zeggen.
Hans: BOEM!
Gemma: ‘Het eeuwige ook maar een gedachte’ is ook maar een gedachte, wou je zeggen.
Hans: BOEM!