Ik kreeg het verzoek om, vanuit onze traditie, iets over anatman te schrijven. Vanuit onze traditie is dat niet mogelijk zen staat er om bekend dat het buiten de geschriften om gaat en direct tot het hart spreekt. Dus dat is wat ik kan doen, direct vanuit het hart.
Anatman is goed te vertalen met ‘zelfloosheid’ wat weer te interpreteren is als los van een zelf, of geen zelf. Vraag je eens af wat je met ‘zelf’ bedoelt. Ik zie het als een toevoeging aan het (mijn) bestaan. Iedereen die dit leest bestaat maar dat bestaan is geen zelf, het is iets wat we aan ons leven toevoegen. Waar is het bewustzijn over ons zelf als we slapen? Wie ademt er, is er een zelf die dat doet? Toen ik uitlegde dat ultieme zentraining een totaal niets doen was stak iemand zijn vinger op en vroeg: ‘Moet ik dan stoppen met ademen?’ Mijn antwoord was: ‘Dat is je er mee bemoeien jij besluit te stoppen met ademen, je moet ademen, noch niet ademen.’ Vrij vertaalt zowel wel, als niet ademen’.
Dat klinkt als een koan maar het betekent bemoei je er niet mee laat jezelf buiten beschouwing. Wie controleert je ademhaling als je slaapt? Die gaat ‘van zelf’. Wij hebben iets vastgegrepen dat wil controleren, bestendigen en wilt vasthouden als was het de grootste schat in het universum, een illusionair zelf. Het heeft zich verankerd in ons bewustzijn, onderbewustzijn, tot in onze genen aan toe. Het werkt als een soort filter waardoor we de wereld bekijken en ons belet de wereld te zien zo als zij is. We zijn zo bang om alles op zijn beloop te laten, elk moment wat zich aandient is perfect zo als het is, maar we kunnen er niet met onze vingers vanaf blijven. We accepteren niet dat zaken niet zo gaan als we willen.
Maar,…er komt altijd een maar om de hoek kijken: het zelf is net als kauwgom, als je het van je hand wilt vegen zitten allebei je handen onder. Dan krijg je jeuk aan je neus, dan op je hoofd en dan zit je met je handen in je haar. Ja maar, als je kind zonder te kijken wilt oversteken dan grijp je toch in. Ja natuurlijk, maar wie grijpt er in? Denk je er over na hoe je het beste kunt ingrijpen, nee toch, je grijpt in zonder toevoegingen. Helderheid van geest, alert, doen zonder toevoeging. Er zijn een paar bewustzijnsgebiedend in ons dagelijks leven. 1, je rijdt op je fiets en wordt wakker in het ziekenhuis. 2. Je rijdt op je fiets en ziet op tijd die auto van rechts komen je kunt nog net op tijd remmen. 3. Je rijdt op je fiets en hoort, ruikt, voelt, en proeft een auto van rechts komen, je remt rustig en op tijd. Het zelf eist al onze aandacht op daardoor lopen we altijd achter de feiten aan. En natuurlijk moet je soms ingrijpen, mijn leraar heeft zijn hele leven geroepen ‘only doing’. Alleen maar doen zonder toevoegingen, zonder bedenkingen zonder zelf. Dat is de eerste stap naar een helder en bewust leven. Van daar uit is het mogelijk om de realiteit tegemoet te treden je in verwondering afvragen: ‘Waar komt dit alles vandaan, waar wandel ik in rond? Wie beziet dit alles? Is dit de werkelijkheid? Ziet mijn buurvrouw het zelfde wat ik zie? Als ik mijn ogen sluit waar is de wereld dan, met gesloten ogen zie ik alleen maar duisternis. Waar is de wereld als ik slaap? Ik droom dingen die niet kunnen, vliegen, weg lopen zonder vooruit te komen, onder water lopen zonder te verdrinken. Dan heb je ook nog lucide dromen waarin je soms jezelf ziet liggen. Maar ja, als je jezelf ziet liggen wie kijkt er dan? kan een oog zichzelf zien?
Als je dit onder ogen ziet en stappen durft te nemen dan komt je hele wereld op losse schroeven te staan. Maar, die komt ook op losse schroeven te staan als je trouw aan je illusionaire zelf blijft, of dacht je dat je eeuwig blijft leven? Je weet toch beter, iedereen weet dat het leven eindigt, alles wat een begin heeft kent een eind. Maar ik kan je verzekeren dat je niet die 1,75 m hoge homp vlees bent. Om daar een antwoord, of eigenlijk vrede van geest te vinden, hoef je alleen te zien hoe je gezicht er uitzag voor er dinosaurussen op de aarde waren. Misschien ben je ontevreden met wat ik geschreven heb en verwacht je een beschrijving over de illusie van alles, dat wat je ziet, proeft, voelt, hoort en ruikt een illusie is. Ik kan daar wel een beschrijving van geven maar die illusie is dan nog steeds de enige waarheid die we hebben omdat ook mijn beschrijving illusionair is.
Jij zult die oplossing moeten vinden, aan mijn oplossing heb je niks, ik kan niet voor je plassen, eten, pijn hebben, lachen, huilen, bidden, vloeken, en houden van, dat zul je allemaal zelf moeten doen. Ik kan je wel vertellen en voordoen hoe ik er mee om ga, welke methode ik gebruik om tot inzicht te komen en dat heeft met een kussentje te maken.