Toen ik met zen begon waren de plekken waar zen gegeven werd op de vingers van één hand te tellen, ik ben dan ook na veel omzwervingen in Japan terecht gekomen. In Nederland kon ik toen toentertijd niets vinden wat aan mijn behoefte voldeed. Toen ik terug kwam is schoorvoetend in mijn bovenhuisje een sangha ontstaan die uitgroeide tot een heus zencentrum.
Ergens in de jaren negentig werd ik opgebeld door iemand van de ‘Boeddhistische Unie Nederland’ met de vraag of zij in onze tempel mocht vergaderen. Ik had nog nooit van deze organisatie gehoord en uit nieuwsgierigheid heb ik ze van harte uitgenodigd. Het bleek een soort raad van kerken die de boeddhistische dialoog met anderen wilde ontwikkelen, bijvoorbeeld met de overheid. Uit de vergadering bleek dat ze de meeste kosten zelf betaalden en dat er zeer dringend behoefte aan contanten was.
Ik bracht in dat wij als sangha nog nooit van hun gehoord hadden, dat de meeste sangha’s volgens mij niet van hun bestaan wisten, laat staan dat ze wisten wat hun doelstellingen inhielden. Om kort te gaan er werd besloten om een evenement op te zetten waar alle sangha’s van Nederland zich konden presenteren en waar de BUN haar doelstellingen uit de doeken zou doen. De dag was een groot succes, de BUN stond financieel weer positief en kreeg er veel leden bij. Mij was gevraagd om in het bestuur te komen zitten, maar een sangha runnen en in het bestuur van de BUN gaan zitten was mij wat te veel. Ik liet wel weten dat ze incidenteel een beroep op mij konden doen . De BUN groeide voorspoedig maar bleef armlastig, onze sangha steunde de BUN waar het kon, er was altijd iemand van ons op de ledenvergadering aanwezig, droeg ideeën en voorstellen aan ontwierp posters, logo’s enz. kortom de BUN kon op ons rekenen. Tot er besloten werd om een collectieve boeddhistische zorgverzekering in het leven te roepen. Op zich was dit geen bezwaar maar de BUN was met Achmea in zee gegaan, de BUN vroeg aan de sangha’s om een eenmalig het adressenbestand van hun leden beschikbaar te stellen. Deze werden doorgegeven aan Achmea waar een financiële vergoeding tegenover stond. Een win win situatie. Voor iedere boeddhist een goedkope zorgverzekering, de BUN geld en Achmea nieuwe klanten.
Ik begon mij wat ongemakkelijk te voelen toen op de ledenvergadering Achmea aan de bestuurstafel zat. Het agendapunt was boeddhisme en gezondheid. In het betoog werd het boeddhisme van religie omgebogen naar een gezonde levenswijze, boeddhisme, het middel tegen stress, obesitas, depressies en alle andere welvaartsziekten. Toen ik een brief van Achmea kreeg met het verzoek of ik meditatieles in het Lifestyle trainingscentrum van Achmea wilde komen geven heeft onze sangha het lidmaatschap van de BUN opgezegd.
U vraagt zich misschien af vanwaar dit betoog? Vandaag ging ik medicijnen ophalen bij de apotheek. Die is gevestigd in een medisch collectief, er zitten een paar huisartsen een psycholoog, een fysiotherapeut, en sinds kort een mindfulness therapeute. Op zich prima, maar misschien kan de lezer mij uit de droom helpen, is mindfulness een therapie die in de gezondheidszorg thuis hoort, of is mindfulness boeddhisme? Volgens de folder word er gemediteerd, en is dat dan boeddhistisch gerelateerde meditatie, of is het ontspanningsmeditatie? In het verleden heeft mijn dokter mij wel eens geadviseerd om aan yoga te gaan doen, hij vond mij wat onrustig. Toen ik hem vertelde dat ik niets met het Hindoeïsme had keek hij mij glazig aan.