Iedere drie maanden is het raak. Bloedprikken om te bepalen of de medicatie nog werkt en iedere zes maanden bloedprikken en een scan om te zien of er daadwerkelijk niet meer uitzaaiingen zijn bijgekomen.
Afgelopen woensdag was de uitslag van het bloedprikken; in juni is het weer tijd voor de volgende scan. De drie maanden tussen de onderzoeken in is het rustig. Omdat het me gelukkig goed gaat, en ik afgezien van vermoeidheid geen last heb van de bijwerkingen kan ik goed in het hier en nu zijn. Onrust komt een paar dagen voor een onderzoek en in de periode tussen het onderzoek en de uitslag. Ook dat is wennen. Waar ik vroeger zo snel mogelijk wilde weten hoe het ervoor stond is dat nu op de dag zelf, wanneer ik de afspraak met mijn specialist heb. Dat is een stuk rustiger.
Op deze manier kunnen omgaan met mijn kanker – ik geloof dat ik het eerder geschreven heb – vind ik een bijzonder pad om te gaan. Hoewel ik ongeneeslijk ziek ben en het volgens de specialist de vraag is hoe lang de hormoonkuur stand houdt voordat de kanker er aan gewend is en er weer meer uitzaaiingen kunnen komen ben ik een blij en dankbaar mens.
Zo ziek zijn geeft een bijzondere verdieping aan mijn leven.
Hoe anders moet dat zijn wanneer je van de ene op de andere dag hoort dat je zo ziek bent dat je zo snel mogelijk geopereerd moet worden en of dat al niet genoeg is, ook meteen chemotherapie of bestraling moet krijgen.
Hoewel ik een agressieve vorm schijn te hebben, maak ik stap voor stap beslissingen over welke behandeling ik wel of niet doe. Na de eerste diagnose meteen behandelen heb ik niet gedaan, bestralen heb ik niet gedaan, een agressievere medicatie die mijn levensduur mogelijk zou verlengen maar de kwaliteit van leven niet, heb ik niet gedaan. Wanneer er geen vrees voor de dood is, sta je daadwerkelijk anders in het leven. De kanker hoeft niet perse snel mijn lichaam uit. Ik heb geleerd er mee te leven. Kanker hoort op dit moment bij mij, is onderdeel van dit lichaam. Ik praat ermee, omarm het, uit mijn dankbaarheid er tegen omdat ik er zo ontzettend veel van leer en vraag het in het gesprek vriendelijk weer mijn lichaam te verlaten.
Een van de eerste boeken die ik las na mijn diagnose was Radicale remissie*, het gaat over mensen waarbij kanker weer uit hun lichaam is verdwenen met complementaire geneeskunde. Dus met minimaal gebruik van de reguliere geneeskunde waar veelal niet meer mogelijk is dan opereren, bestralen of chemotherapie. Het is bijzonder om te lezen hoe deze mensen dat hebben gedaan.
In het boek worden negen speerpunten aangedragen om tot radicale remissie te komen:
- Het radicaal veranderen van je voedingspatroon
- Het in eigen hand nemen van je gezondheid
- Het volgen van je intuïtie
- Het gebruiken van kruiden en supplementen
- Het loslaten van onderdrukte emoties
- Het versterken van positieve emoties
- Het omarmen van sociale ondersteuning
- Het verdiepen van je spirituele verbinding
- Het hebben van sterke redenen om te blijven leven
Met alle ben ik in aan de slag gegaan en het heeft me gebracht waar ik nu ben. De gemiddelde levensduur na diagnose van kanker is vijf jaar. Volgende maand is dat zo ver.
Ik voel me erg goed, energetisch, zelfs beter dan voor ik ziek werd. Ook de uitslag van mijn bloedonderzoek was goed. Een geweldige stimulans op de ingeslagen weg door te gaan.
Didier zegt
Leuk om te lezen dat het goed met je gaat, Jan. Opnieuw heel wat van opgestoken.
Waarvoor oprechte dank