Is het boeddhisme van de Boeddha niet te moeilijk gebleken voor de mensen? De stem van de twijfel zwelt in mij aan bij het lezen van een boek van Thanissaro Bhikku.
Ik heb het weer, dat knijpende gevoel van twijfel en onzekerheid.
Net als bij Confession of a Buddhist Atheist van Stephen Batchelor. Ook dat boek blies me helemaal omver.
Nu is het Right Mindfulness dat in mij de stem van de twijfel doet aanzwellen. Een boek dat Thanissaro Bhikku vorig jaar publiceerde. Thanissaro Bhikku is een Amerikaanse boeddhist in de Thaise bosmonnikentraditie.
In Right Mindfulness neemt hij de moderne meditatiepraktijk op de korrel. Hij moet niets hebben van zitten, niets doen en in het ‘nu’ je oorspronkelijke gelaat ervaren.
Fout is volgens Thanissaro Bhikku dit: “Mindfulness is the quality of mind that notices what is present, without judgment, without interference.” Hij noemt geen namen, maar met de hulp van Google ontdek je al gauw dat dit een citaat is van Joseph Goldstein uit 2002. Zo geeft Thanissaro Bikkhu nog meer voorbeelden die te herleiden zijn tot meer en minder bekende leraren.
Bij de Boeddha vind je geen steun voor de gedachte dat het kalmeren van de geest afdoende is voor bevrijding, zegt Thanissaro Bhikku met een beroep op vele teksten uit de Pali Canon. Meditatie is hard werken. Je hebt er je geest in actieve staat bij nodig om je waarneming te ontleden in factoren en deze te plaatsen in de context van de vier Edele Waarheden, het Achtvoudig Pad en het Voorwaardelijk Co-ontstaan.
In het ‘nu’ verwijlen is een dwaalleer. Wat het je ook brengt, niet de bevrijding die de Boeddha voor ogen had.
Wat Thanissaro Bhikku schrijft, resoneert bij deze zwalkende zenboeddhist.
Ik sla de Shobogenzo op van Eihei Dogen. In zijn leerrede ‘Bussho’, een beroemde verhandeling over boeddhanatuur, laat hij Shakyamuni Boeddha zelf zeggen: “Alle levende wezens zijn door en door boeddhanatuur, in hen verblijft de Tathagata zonder verandering.”
De Boeddha? De Boeddha van Dogen is niet de Boeddha van Thanissaro Bhikku.
De Boeddha van Dogen komt niet uit de Pali Canon, maar uit hoofdstuk 27 van de Nirvana Sutra, een lijvige mahayanatekst van veel latere datum. In die Nirvana Sutra (volledig: de Mahayana Mahaparinirvana Sutra) wordt de Boeddha sprekend opgevoerd om aan het document gezag te verlenen.
Dat mag op basis van de toen beschikbare teksten de opperste wijsheid zijn geweest in de tijd van Dogen, in het Japan van de dertiende eeuw. In de tegenwoordige tijd kom je daar echter niet meer mee weg, nu je kennis kunt nemen van alle bronnen.
Dogen is ook van het ‘nu’. Zitten is verlichting.
Thich Nhat Hanh is eveneens van het ‘nu’. Ik adem en ik kom thuis. Dit moment, heerlijk moment. Als je in aandacht leeft, dan kun je lijden transformeren tot geluk. Of, zoals Thich Nhat Hanh in Trouw zei voordat hij afgelopen zomer naar Nederland kwam, ‘geluk is een gewoonte’.
Thanissaro Bhikku zul je dit niet horen zeggen. Hij fronst er zijn wenkbrauwen bij. Zijn meditatiepraktijk is veel, veel ingewikkelder. En het is maar de vraag of je die praktijk in dit leven onder de knie krijgt. Maar daar maalt een theravada boeddhist niet om. Die heeft a priori een horizon van vele levens voor en na het huidige in het vizier.
Wat is er toch gebeurd met het boeddhisme na de Boeddha? Je kunt leraren die het ‘nu’ omarmen geen diepe religiositeit ontzeggen. Ook Dogen en Thich Nhat Hanh appelleren aan een laag in mij.
Maar is dit het boeddhisme van de Boeddha?
Doet dit er iets toe?
Nee. Ik wil het niet!
Ja, toch wel eigenlijk.
Stephen Batchelor suggereerde onlangs in Tricycle dat iedere traditie zijn volgelingen als het ware socialiseert in een voor die traditie specifieke ervaring van bevrijding.
Ik kan mediteren op ‘dit moment, heerlijk moment’. Op Dogen.
Maar soms ook is het alsof ik een jhana-achtige ervaring heb. Gelaagdheid in mijn meditatie.
Wat is nu de dwaalleer, die gelaagdheid of het heerlijke moment?
Is het boeddhisme van de Boeddha niet te moeilijk gebleken voor de mensen? Is veel mahayana niet een poging het boeddhisme om te vormen naar de menselijke maat? Het is bijna als homeopathie: het middel is zo verdund dat er van de oorspronkelijke werking niets meer over is.
Geen wonder dat de Boeddha na zijn verlichting aarzelde of hij zijn leer wel moest openbaren. Die kende de mens en zijn/haar streken.
De Boeddha preekte voor zijn orde. Dogen preekte voor zijn orde, hoog in de bergen, in afzondering. Wie zijn wij eigenlijk om ons hun teksten toe te rekenen? Wat is ‘af en toe zitten’ in het dagelijks leven eigenlijk in vergelijking met wat zij voor ogen hadden?
Wat is er toch met het boeddhisme dat je zo’n beetje op eigen kracht expert moet worden in de exegese van een berg van 2500 jaar teksten en tradities?
Ik weet het even niet meer. Ik laat de stem van de twijfel maar even zijn. Hoort twijfel cultiveren niet ook bij de weg?
Misschien is de boeddhaweg wel de middenweg tussen theravada en zen. En nog veel meer tradities? Wie zegt er dat theravada het bij het rechte eind heeft? Dat is ook maar een reliek dat bij toeval de geschiedenis heeft overleefd.
Buiten de lijnen zwemmen in de wilde zee, op eigen risico.
Knijp, knijp, knijp.
Een nieuwe koan vormt zich als een gloeiende kanonskogel in mijn onderbuik: ‘Niet oud, niet nieuw. Zeg mij wie hij is’.
Wordt vervolgd?
Meer lezen:
‘What does mindfulness really mean? A canonical perspective’ door Bhikku Bodhi (link)
Rob Hogendoorn zegt
Pssssst, Jules, niet verder vertellen, maar je verraadt zonder erg een goed bewaard geheim.
‘Het’ boeddhisme is niet ‘leuk’ en ‘fijn’.
Boeddhisme is verontrustend, veeleisend en, bovenal, saai.
Niet om je twijfel en onzekerheid te vergroten, maar heb je je al eens een voorstelling proberen te maken van een samenleving die uit louter arhats bestaat?
Daar lig ík nu wakker van!
Ujukarin zegt
Het is altijd relatief makkelijk om delen van teksten van leraren
a) Inderdaad zelfstandig te interpreteren en als enige oefening te gebruiken, en daar kun je twijfels bij hebben. Maar dat geldt dan voor een minderheid van de studenten van die leraar/res en eigenlijk niet als die studenten samen een sangha vormen en elkaar scherp houden.
b) Zelfstandig op de korrel te nemen, en dat is wat deze bhikshu doet. Als ie het bedoelt om misbruik zoals a) te vermijden: prima. Als ie het bedoelt om de andere tradities, waaronder de IMS van Goldstein c.s. die wel degelijk sterke Theravada-banden heeft, als minderwaardig te betitelen: erg jammer. Van zowel Goldstein c.s. als van TNH zijn vele, vele andere teksten op te duiken die veel verder gaan dan alleen maar in-het-nu-zijn en “mindfulness”. Ze vormen in mijn ogen dus even volwaardige tradities als de meer Abidhamma-gedreven aanpak van Thanissaro. Welke traditie het beste bij een boeddhist-op-diens-pad past: Ehipassiko, probeer uit en ervaar zelf…
With folded palms,
Edel zegt
dat knijpende gevoel van twijfel en onzekerheid …
houden Jules, houden zo
:-)
Michael Hoek zegt
Edel: dat knijpende gevoel van twijfel en onzekerheid …
houden Jules, houden zo
:-)
Michael Hoek: Twijfel is een hindernis.
Jules Prast zegt
Dank voor jullie reacties!
Sven zegt
Mooie bijdrage Jules ! Nog meer van dat alsjeblief…
Thanissaro Bhikku’s standpunt over de gangbare opvattingen over mindfulness is eens een andere klok.
Ronald de Goede zegt
Vreemd, maar het wil me de laatste tijd maar moeilijk lukken om ‘de’ waarheid over wat dan ook te …, ‘formuleren’, ‘denken’, ‘zeggen’, te ‘verklanken’ … Ja, is er iets ‘waar’, of ’tijdelijk’ waar? Absoluut of relatief? Zou graag daarover met anderen een dialoog beginnen. Socratisch, boeddhistisch, of anderszins …
Ronald de Goede zegt
En ja, dan daag ik graag de prominente woordvoerders op deze blog uit om hun mening te geven. Mogelijk hebben zij een ‘helder’ beeld van dit fenomeen?
Ik laat het voorlopig hierbij. Al teveel ‘woorden’ en wellicht al teveel ‘impliciete’ (voor)oordelen gebruikt!
Rob Hogendoorn zegt
Ik voel me niet aangesproken, maar ik wil er best iets over zeggen:
Dat je niets met zekerheid kunt vaststellen, wil niet zeggen dat met gedegen, deugdelijk onderzoek geen vooruitgang te boeken valt.
Wie dat betwijfelt moet zich maar eens goed in de wetenschap(sfilosofie) verdiepen. Of zo af en toe eens naar ‘De Wereld Leert Door’ kijken.
Je kunt het ook zo zien: Dat niemand met zekerheid kan bewijzen -of weerleggen- dat God (of ‘wedergeboorte’ of ‘verlichting’ of enz.) bestaat betekent niet dat de kans daarop fifty-fifty is.
Een échte prominent, boeddholoog Richard Gombrich, directeur van het Oxford Centre for Buddhist Studies, zegt er in ‘How Buddhism Began’ dit over:
“The more I study, the more vividly aware I become aware of my literally infinite ignorance, and indeed the more I dislike appearing in a role in which I am supposed, at least according to some, to impress by my learning. I only draw consolation from the epistemology of Karl Popper: that knowledge is inevitably provisional, and that progress is most likely to be made by exposing one’s ideas to criticism, preferably of a constructive kind. (…) Karl Popper has also warned against essentialism. He has shown that knowledge and understanding do not advance through asking for definitions of what things are, but through asking why they occur and how they work. (…) A certain definition may serve certain purposes, and hence be justified in that context, but there is no reason why others with different purposes should adopt it.” (p.1-2)
Zo bezien moet je je hoeden voor personen die willen verhinderen dat je op onderzoek uitgaat, óf hun definities dwingend opleggen. Vraag jezelf eens af: Welk belang hebben zij daarbij?
Dick Verstegen schreef eerder:
“Waarom toch die wil om te weten wat ‘het’ boeddhisme is? In elk stukje tekst over dat onderwerp lees ik de onuitgesproken wens om te weten of uit te leggen wat het ware boeddhisme is. Hou toch op. Ik snap de behoefte achter de bijdragen en ze zijn niet zelden hoogstaand geformuleerd. Maar ze gaan niet echt ergens over. Ze gaan over een schijnprobleem. Als je wilt weten wat boeddhisme is, richt je dan zeker niet op doctrines en dogma’s, zoals bepaalde opvattingen over karma en wedergeboorte.”
Volgens mij slaat Dick met dit commentaar de plank mis.
Onderzoek naar en discussie over ‘het’ boeddhisme zijn inderdaad tot mislukken gedoemd.
Maar, dat betekent niet dat íeder onderzoek of íedere discussie over boeddhisme door boeddhisten een ‘schijnprobleem’ betreft.
In feite valt Dick met dit argument zelf ten prooi aan essentialisme.
Ook onderzoek en discussie kunnen ertoe bijdragen “onszelf en de wereld te bevrijden”.
De tegenstelling die Dick suggereert verraadt een stilzwijgende (maar o zo betwistbare) aanname.
Ronald de Goede zegt
Dank voor je reactie Rob. Ga dit even herkauwen. De link naar Batchelor kan zeker helpen om een scherper beeld te vormen.
Edel zegt
Thanissaro Bhikkhu over twijfel:
The problem is learning how to bring the right kinds of doubt. Inquisitive doubt is the kind that leads you to learn because it’s open to new things. But there are other kinds of doubt, though, that actually get in the way. There’s nihilistic doubt, which is not really doubt at all. It’s just a different kind of belief…
Rob Hogendoorn zegt
Zo is het maar net. Ook twijfel valt niet simpel te verklaren.
Ik vond zojuist ‘Great Doubt, Great Confidence, Great Courage’, een uitvoerig interview met Stephen Batchelor (auteur van ‘The Faith To Doubt’).
Het onderwerp is twijfel, in het bijzonder het cultiveren van ‘de grote twijfel’ binnen de Koreaanse Rinzai Zen traditie:
http://www.soundstrue.com/podcast/transcripts/stephen-batchelor.php?camefromhome=camefromhome
Bart zegt
Ik zou Dogen er nog wel even op nalezen trouwens. De beste man zou vermoedelijk in zijn graf omdraaien mocht hij te horen krijgen samen met TNK neergezet te worden als vertegenwoordiger van het lustig verwijlen en consumeren van ‘het heerlijke nu’. Niet elk zitten is verlichting. Het hangt er nogal van af wie of wat daar zit te zitten.
guido zegt
Vreemd inderdaad dat Jules Prast zijn eigen traditie blijkbaar zo slecht kent dat hij het weet te reduceren tot plat hier en nu ‘gedoe’. Maar wellicht niet minder vreemd dan dat de mindfulness hype vnl. zijn basis heeft in het Theravada, wat ook een grove versimpeling is van die traditie. Blijkbaar kun je alles reduceren tot iets plats, dus het hangt van jou af. Imho!
Jules Prast zegt
Beste Bart en Guido, ik roep jullie graag op nog eens een poging te wagen recht te doen aan de tekst in zijn geheel door deze te lezen met de geest van de Grote Twijfel van waaruit deze is geschreven. En proberen iemand op te sluiten in een traditie is als strepen trekken in de open lucht; de Dharma kent geen grenzen.
guido zegt
Beste Jules,
Mijn reactie was niet op jouw stuk in zijn geheel, slechts op onderdelen daarvan. Met name het noemen van Dogen en TNH als vertegenwoordigers van de ‘wees hier en nu en alles komt goed’ filosofie kan ik zeker in het geval van Dogen(en in het verlengde daarvan de Mahayana en dus ook zen)niet zo goed volgen. TNH ken ik niet zo goed.
Verder lijkt me de grote twijfel waar je over spreekt eerder een twijfel of je wel op het goede spoor zit. Ook nodig maar dat is, schat ik zo in, niet de grote twijfel m.b.t. de grote vragen over leven en dood.
Zoals Dogen boven de tempelpoort liet schilderen: ‘wie niet met de dood bezig is heeft hier niets te zoeken’.
Jules Prast zegt
Weten kwam bij Twijfel.
“Er kloppen dingen niet,” zei hij. “En ik heb de antwoorden.”
“Mooi,” sprak Twijfel. Hij verzonk in een diep stilzwijgen.
Na een tijdje keek hij op. Een glimlach vormde zich rond zijn lippen. Hij maakte een diepe buiging naar Weten. “Verder niets,” zei hij.
Bart zegt
Yep als in: zeer eens met wat Guido zegt.