Pre-closure
Enkele weken later heeft Menno in het kader van de docentenopleiding weer een sensitivitytraining. Dit keer strak geleid door twee zeer ervaren lieden. Ze verblijven in het gasthuis van het Maarssens nonnenklooster. “Zo kan het dus ook,” denkt hij, maar vrolijk wordt hij daar niet van. Hier is hij verreweg het jongste groepslid. Hij hoeft zich geen illusies te maken over zijn plaats in het groepsproces. Sommige vrouwen hebben dezelfde leeftijd als zijn moeder. Andere zijn altijd nog minstens tien jaar ouder dan hij. Ze zijn allemaal vriendelijk, doch beslist: “Terug in je hok.” Menno voelt zich hier op een andere manier niet serieus genomen. Dat valt zuster Blöte op, één van de medewerkers van het Seminarium die met hun groep is meegegaan ter ondersteuning van de trainers. Menno kent haar. Zij is eerder docente geweest in het Stads– en Academisch Ziekenhuis van Utrecht, en zij kent zijn geschiedenis daar. Ze komt naar hem toe.
“Ik ben blij dat je je opleiding in de A hebt afgemaakt,” zegt ze. “Dat meen ik. Ze hebben je indertijd op een lelijke manier een oor aangenaaid, waar wij niets van afwisten tot je al weg was.”
“Dank u,” antwoordt Menno beleefd.
“Maar ik ben niet zo blij met de situatie waarin jij je nu hebt laten manoeuvreren,” vervolgt zuster Blöte, zacht sprekend. Niemand kan hen horen.
“Hoe bedoelt u … ?”
“Je denkt misschien dat je het goed voor elkaar hebt, met alles wat je inmiddels hebt bereikt, waar je allemaal mee bezig bent en met wat je allemaal nog van plan bent te gaan doen.
Over een paar weken doe je eindexamen B… maar wat heb je eigenlijk voor ervaring in de B opgedaan? Je geeft Yogalessen, maar je hart ligt veel meer bij de spirituele aspecten van de Yoga dan bij lichaamsoefeningen. Toch? Je zoekt en zoekt … zonder precies te weten waarnaar. Ondertussen ben je getrouwd, en heb je twee kinderen… “
“Drie…”
Zuster Blöte glimlacht vermoeid. “Drie? Dat lijkt heel volwassen allemaal, maar wees nou eens eerlijk naar jezelf… is het niet wat te snel gegaan allemaal? Herinner jij je wat we besproken hebben over ‘pre–closure’? Het te vroeg afsluiten van de jeugd door wat je als jongere in de zorg allemaal meemaakt? Dat gevaar bedreigt veel jonge verpleegsters en verplegers, maar het bedreigt jou niet meer. Het heeft je vol en met alle kracht getroffen. Jij hebt je jeugd veel te vroeg afgesloten. Ik begrijp hoe dat heeft kunnen gebeuren. Maar het spijt me voor je. Ik hoop dat jij er later zelf geen last mee krijgt. Ik raad je aan jezelf in acht te nemen. Loop jezelf niet voorbij.” Ze legt haar hand op Menno’s schouder en knijpt er bemoedigend in. “Wees blij dat je hier de jongste bent. Geniet ervan. Durf de minste te zijn. Je wordt er beslist niet minder van”.
Ze zegt nog veel meer, maar het meeste ontgaat Menno volkomen, gegrepen als hij zich voelt door de kern van haar betoog: ‘wees nou eens eerlijk naar jezelf…’ Het duurt jaren voor hij begrijpt wat dat inhoudt.
Geef een reactie