Toen ik mijn eerste schreden zette op het pad naar plantaardig voedsel, was er nog niet zoveel plantaardigs te koop in de supermarkt. Natuurlijk wel alle groenten, fruit, graanproducten en peulvruchten, maar geen vegan alternatieven voor niet-plantaardige producten als roomijs, yoghurt, kaas, crème fraîche, slagroom enzovoort. Er waren nog geen plantaardige kipstukjes of smeerworst. Er was wat meer creativiteit nodig om recepten plantaardig te maken!
Tegenwoordig heb je voor bijna alles plantaardige alternatieven en daar ben ik erg blij mee. De transitie van dierlijk naar plantaardig voedsel is immers goed voor mens, dier en Moeder Aarde. En het word ons tegenwoordig erg makkelijk gemaakt.
Gelatine wordt gemaakt van (varkens)huiden en botten, ik gebruikte het vroeger in taarten en toetjes – maar nu is er een plantaardig alternatief in de supermarkt: vegatine, gemaakt van agar agar en johannesbroodpitmeel. In veel snoepjes is de gelatine al eerder vervangen, omdat moslims ook willen snoepen. Ja, gummibeertjes en winegums waren niet zo lang geleden niet vegetarisch maar bevatten slachtafval!
Als mijn (niet-vegetarische) dochter in april jarig wordt, maak ik altijd aardbeienkwaktaart, met een bodem van bijvoorbeeld Bastognekoeken. Bij dit soort gelegenheden is experimenteren niet handig, dus lange tijd gebruikte ik deze ene keer per jaar nog echte gelatine. Maar nu was mijn voorraad op en wilde ik overstappen op vegatine. Ik volgde de aanwijzingen op de verpakking, verwarmde het poeder met wat water tot het tegen de kook aan was, en mengde het daarna voorzichtig door mijn gepureerde aardbeien. Maar de vegatine klonterde meteen toen het in aanraking kwam met de koudere aardbeienpuree en nu had ik dus klontjes in mijn taartvulling.
Als de gelatine of vegatine niet goed oplost in je taartvulling dan heb je dubbel pech. Je hebt klontjes in je taart (niet lekker) en de vloeistof stijft niet of onvoldoende op. Over dubbel pech gesproken: er bestaat een grappig liedje met de titel “dubbel pech” van Johan Hoogeboom. Mijn zoon had als kind een vriendje met een zwembad in de tuin, die moest altijd erg lachen om het zinnetje “als je barbecue in je zwembad valt, dan heb je dubbel pech”. Maar dat terzijde. Het komt als ik erover nadenk best vaak voor, dubbel pech.
Wat nu? Ik probeerde eerst mijn kom met het mengsel van aardbeien, kwark, suiker en vegatineklonten au bain-marie te verwarmen in een pan met kokend water. Maar hoe hard ik ook roerde, de klonten bleven, en helemaal aan de kook brengen leek me niet bevorderlijk voor de smaak van de aardbeien. Plan B was om met een staafmixer de klontjes te pureren. Het resultaat was een taart die niet voldoende was opgestijfd. Er waren weliswaar geen waarneembare klonten meer, maar de vegatine was ook weer niet zo goed opgelost dat het zijn werk deed. Maar enkel pech is nog altijd beter dan dubbel pech, en de taart was toch lekker, al was deze blubber niet goed te snijden of te serveren.
Ik heb nog geen tijd gehad om de taart over te maken, maar ik geef alvast tips hoe zo’n dubbel pech situatie te voorkomen is.
Ingrediënten aardbeienkwarktaart (grote springvorm)
Voor de bodem:
- 260 gram (plantaardige) koekjes, bijvoorbeeld kandijkoeken
- 90 gram (plantaardige) boter
Voor de vulling:
- 300-400 gram rijpe aardbeien, op kamertemperatuur
- 100-150 gram suiker
- 250 gram (plantaardige) kwark (niet te koud)
- 250 gram (plantaardige) slagroom
- 2 hele pakjes vegatine
- 250 ml water of aardbeiensap
Bekleed een springvorm met bakpapier (of vet goed in). Hak de koekjes in een keukenmachine tot kruimels. Smelt de (plantaardige) boter in een pannetje. Roer de koekkruimels door de gesmolten boter en stort dit mengsel in de bakvorm. Verspreid gelijkmatig en druk aan. Laat de bodem afkoelen in de koelkast.
Zorg dat alle ingrediënten op kamertemperatuur zijn, of in ieder geval niet ijskoud. Houd wat aardbeien apart voor de garnering. Pureer de rest van de aardbeien met de suiker. Los in een pannetje de vegatine op in water of sap en breng aan de kook. Nu wordt het spannend. Als je de vegatine bij de aardbeien doet en het temperatuurverschil is te groot, dan stolt de vegatine onmiddellijk. Ik denk dat het beter is om het aardbeienmengsel beetje bij beetje door het vegatinemengsel te roeren dan andersom zoals ik deed. Roer er vervolgens de (plantaardige) kwark doorheen. Klop de (plantaardige) slagroom half stijf en roer door het aardbeienkwarkmengsel. Stort dit mengsel in de springvorm op de afgekoelde koekkruimels, maak de bovenkant glad en zet enkele uren in de koelkast om op te stijven. Garneer de taart met de aardbeien.
Geef een reactie