Geluk is zonder enige twijfel het belangrijkste nieuwe business buzzword van de afgelopen tijd. Na duurzaamheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid en betrokkenheid is het nu geluk wat de klok slaat. Geluk is het nieuwe groen en – dus – het nieuwe geld. Geluk wordt – zoals alles in ons huidige turbokapitalistische systeem – tot handelswaar gemaakt. Geluk verwordt tot iets dat je kunt produceren en consumeren; een commodity. Met geluk kun je je als organisatie onderscheiden. Het zegt iets – positiefs – over je bedrijf, en dus verwordt geluk tot een statussymbool. Aan geluk kun je geld verdienen en vertegenwoordigt steeds nadrukkelijker een monetaire waarde.
Het is zo bezien niets eens echt verwonderlijk dat – met de groeiende financiële belangen die het fenomeen geluk vertegenwoordigt – er steeds vaker een loopje wordt genomen met de inhoud achter het begrip geluk. Naar mijn mening wordt er enorm veel onzinnigs over geluk gezegd en geschreven. Ik pretendeer absoluut geen gelukexpert te zijn, maar wel een ervaringsdeskundige op gebied van lijden en iemand die al ruim 20 jaar de boeddhistisch leer – die in essentie niets anders is dan een methode om lijden te transformeren in geluk – bestudeert en beoefent. En in die hoedanigheid heb in die jaren wel het één en ander aan den lijve ondervonden wat geluk betreft. Ik wil in deze blog een aantal beweringen over geluk pareren met mijn eigen bevindingen:
Gelukkig is iets wat je kunt worden
Het leeuwendeel van de mensen heeft het altijd over gelukkig worden. Geluk wordt gezien en behandeld als een (eind)doel in de toekomst dat behaald moet worden. Het devies is: ik wil gelukkig worden, en daar moet dit en dit en dit nog voor gebeuren. Als ik dit en dat voor elkaar heb, dan zal ik gelukkig zijn. Je kunt echter helemaal niet gelukkig worden; je kunt alleen gelukkig zijn. Geluk is geen doel, geluk is een weg. Geluk bestaat bij gratie van radicale doelloosheid en/of verwachtingsloosheid. Shunryu Suzuki omschrijft het principe kort en bondig in Zen Mind, Beginner’s Mind: ‘Try not to achieve anything special… Just remain on your cushion without expecting anything’. De enige plek waar je geluk zult aantreffen en kunt aanraken is in het hier en nu. Mensen die geluk in het daar en dan zoeken, zullen het nooit vinden. De essentie van geluk zit in zijn. En daar zit ook het grootste probleem, want wij mensen zijn slechts zelden. Het overgrote deel van de tijd denken, voelen en vinden we. En elke keer als we denken, voelen en vinden zijn we niet écht gelukkig. Dat betekent niet dat je alleen maar gelukkig kunt zijn als je niet denkt, voelt of vindt, want gedachtes, gevoelens en gewoonten dienen zich onvermijdelijk aan bij elke gebeurtenis. Je kunt je denken, voelen, vinden niet uitzetten of zo. Je kunt er wel afstand van nemen en het loslaten. Je kunt je wel beseffen dat gedachten, gevoelens en gewoonten slechts een gekleurde versie van de realiteit zijn. Gelukkig zijn is opgaan in de realiteit zoals die zich aandient; de werkelijkheid waarderen wát die ook is. Geluk is dus welzijn, of nog preciezer gezegd: wel zijn.
Geluk is een positief, plezierig gevoel
Gelukbeleving is onderdeel van de positieve psychologie; een stroming binnen de psychologie die gericht is op het ontwikkelen van menselijke kwaliteiten die gelukbeleving bevorderen. Daarbij ligt er bij de omschrijving van geluk een enorme nadruk op het ervaren van een positief gevoel. Geluk wordt gelijk gesteld aan het ervaren van een positief gevoel. Positief gevoel = plezierig = gelukbeleving. Alexander van den Berg zegt hierover in zijn boek De Organisatie van Geluk: ‘Gevoel en verstand zijn de twee hoofdingrediënten van geluk. Wanneer we iets gevoelsmatigs positief beoordelen, ervaren we een positief gevoel. Wanneer we verstandelijk een positief oordeel vellen, zijn we tevreden en kunnen we spreken van tevredenheid. Geluk is een oordeel, gebaseerd op ons gevoel en onze tevredenheid over het leven dat we leiden’. Dat is echter vanuit boeddhistisch perspectief een ernstige vertekening van de werkelijkheid. Geluk is namelijk noch positief of plezierig, noch negatief of pijnlijk. Wie louter gelukkig kan zijn bij vreugdevolle, vrolijke omstandigheden, en met plezierige, positieve gedachten en gevoelens, is voor een groot deel van zijn of haar leven – onnodig – ongelukkig.
Geluk is de oordeel-loze acceptatie van wat er is. Geluk is het vermogen om jezelf niet te laten verwarren door je gevoel. Geluk is gevoelloos! Geluk is realiteitszin. Geluk bestaat en ontstaat louter bij gratie van het uitdoven van gevoel! Uitdoven is trouwens wat heel anders dan het uitzetten van het gevoel, want dat is onmogelijk. Uitdoven is boven het oordeel uitstijgen. Geluk bestrijdt geen pijn en bestendigt geen plezier; ook in het leven van gelukkige mensen dienen zich continu plezierige en pijnlijke gebeurtenissen aan. Het verschil zit in de bevrijding van de oordelende relatie die we met pijn en plezier hebben. Geluk is de onthechting van de lijden veroorzakende labels plezierig en/of pijnlijk die wij op gebeurtenissen plakken. De realiteit is nooit plezierig of pijnlijk. De realiteit is gewoon. Geluk is het kunnen herkennen van de non-dualiteit en perfectie van de realiteit. Geluk draait daarom niet om tevredenheid zoals zo vaak wordt beweerd, maar om gelijkmoedigheid, vrijheid, onbevangenheid, openheid en lichtheid.
Geluk is de norm
We zijn geïndoctrineerd met het gedachtegoed dat geluk de norm is Geluk moet. Wie ongelukkig is, is een mislukkeling. Op televisie, in films, boeken en bladen zien we primair mensen die lang en gelukkig leven. Shiny happy people. We willen eigenlijk alleen mensen zien die gelukkig zijn, wiens leven rozengeur en maneschijn is, en/of die elke gebeurtenis in het leven als vanzelf weten te pareren met een positieve respons. Iedereen mag van mij in sprookjes geloven, maar deze situatie bestaat niet in het echte leven. In het echte leven, leven mensen helemaal niet per definitie lang en gelukkig, is er slechts zelden sprake van rozengeur en maneschijn en reageren mensen veel vaker negatief dan positief op gebeurtenissen. Geluk heeft helemaal niets te maken met het bewerkstelligen van een perfect mensenleven en mens-zijn, zoals dat wordt geportretteerd. In tegendeel zelfs. Geluk bestaat wat het boeddhisme betreft bij gratie van het omarmen van de imperfectie van het leven en het mens-zijn.
Het leven is op z’n best bitterzoet. Dat is geen kwestie van depressiviteit, maar van realisme. Lijden is namelijk een inherent onderdeel van het leven. Het is onvermijdelijk. Dat is de ongemakkelijke waarheid. Deal with it! Ieder mens – maar dan ook echt ieder mens – kent pijn en tegenslagen, en heeft te maken met negatieve gevoelens en gedachten. Ieder mens lijdt. Dat is volstrekt normaal. Dat is de échte norm. Dat maakt ons mens. Je tegen deze realiteit verzetten is zinloos en kansloos. Ik kan er over meepraten. Ik heb me jarenlang tegen de onvermijdelijkheid van lijden verzet en mijn donkere kant veroordeeld en verketterd. Tevergeefs natuurlijk. Ik werd er diep ongelukkig van. Ik heb zo aan den lijve ondervonden hoe essentieel zelf-compassie is. Wie gelukkig wil zijn moet zichzelf niet met harde hand opzwepen om in de pas te lopen met het onrealistische sprookje van perfectie, maar de realiteit van de imperfectie van het leven en zijn of haar mens-zijn met liefde en zachte hand accepteren en omarmen. ‘Geluk is perfecte imperfectie’, zoals mindfulness goeroe Elisha Goldstein het in het boek The Now Effect stelt. Geluk is onvoorwaardelijk van jezelf houden, inclusief alle beperkingen en tekortkomingen. En dat is moeilijker dan dat het lijkt. Probeer maar eens een dag consequent begripvol en aardig te zijn jegens jezelf; je zult zelf ervaren dat van jezelf houden enorm soft klinkt, maar eigenlijk enorm hardcore is!
Geluk is iets bijzonders
Geluk wordt vaak beschreven als een euforisch, extatisch gevoel. In het Engels wordt vaak het woord bliss gebruikt om de gelukervaring te duiden. Als een piekervaring. Geluk zit volgens het boeddhisme echter juist in het gewone besloten. Geluk is maximale realiteitszin; het vermogen om de dingen te zien zoals ze werkelijk zijn. Aardser dan dat wordt het bijna niet. Geluk is het met aandacht aanschouwen van het wonder dat zich in de gewoonste, alledaagste zaken manifesteert; het feit dat je hart klopt, dat je in- en uitademt, dat de zon schijnt, dat er appels aan appelbomen groeien, dat de zon elke dag opkomt en ondergaat. Etc. etc. etc. We vinden het allemaal de gewoonste zaak van de wereld en hebben er niet of nauwelijks oog voor, maar feitelijk gezien zijn het stuk voor stuk de grootst mogelijke wonderen. Dat (h)erkennen creëert geluk. Aandacht maakt het gewone bijzonder en het imperfecte perfect. Aandacht manifesteert geluk.
Geluk is afhankelijk van externe omstandigheden
In veel literatuur over geluk worden allerlei externe omstandigheden als bepalende factor voor gelukbeleving opgevoerd. Geluk wordt in belangrijke mate afhankelijk verklaard van bijvoorbeeld de hoogte van het inkomen, de intimiteit van relaties, het soort van werk en het hebben van succes. Geluk is vanuit boeddhistisch perspectief bezien echter een 100% inside job. Geluk komt altijd alleen uit jezelf. Wie geluk buiten zichzelf zoekt, zal het nooit vinden. Je hoeft het ook helemaal niet buiten jezelf te zoeken, omdat je alles al hebt wat nodig is om gelukkig te zijn. Alles is al voorhanden. Sterker nog: je bent eigenlijk altijd al gelukkig. Alleen besef je je dat niet. Je hebt je bewustzijn namelijk vertroebeld. Het is goed om te weten dat mensen niet hun geluk creëren, maar hun lijden. Geluk is er altijd al. Geluk is de natuurlijke omstandigheid van onze geest. En dus is het enige wat je écht moet doen om gelukkig te zijn: ten diepste thuiskomen bij je oorspronkelijke menselijke natuur – de Boeddhanatuur – die voorbij het ego huist. En dat thuiskomen doe je door lijden veroorzakende egoïstische illusies, percepties en condities af te leren. Door je te ont-wikkelen.
Geluk kun je vastgrijpen en vasthouden
Geluk wordt door vele gelukgoeroes gepresenteerd als iets maakbaars, manipuleerbaars en controleerbaars. Dat is vanuit boeddhistisch perspectief een aperte onwaarheid. De werkelijkheid wordt gekenmerkt door onbestendigheid; alles is continu in beweging, alles is vergankelijk en alles verandert. Continu. Geluk kun je daarom helemaal niet vastgrijpen en al evenmin vasthouden; geluk is een staat van zijn die je slechts – steeds tijdelijk – kunt aanraken. Van verlichte mensen wordt gezegd dat ze in staat zijn om hun geluksstaat frequent aan te raken, maar zoals elke boeddhist je kan en zal beamen, is verlichting allesbehalve voor iedereen weggelegd en/of eenvoudig te bereiken. En dus is het niet minder dan misleidend om duurzaam geluk als de gewoonste zaak van de wereld te presenteren!
Geluk is een autonome staat
Geluk wordt vaak beschreven als iets autonooms. Als iets met een status aparte. Als iets dat ‘uit het niets’ ontstaat. In het boeddhisme wordt echter uitgegaan van het afhankelijke ontstaan der dingen; niets kan ‘zo maar’ ontstaan. Elke omstandigheid wordt veroorzaakt. En dat geldt dus ook geluk. Geluk bestaat bij gratie van lijden. Geen lijden, geen geluk! Ze vormen een continuüm. Ze zijn onafscheidelijk. Thich Nhat Hanh heeft de heilige relatie tussen geluk en lijden ooit door middel van een sprekend voorbeeld verwoord, waardoor het voor mij enorm tot leven kwam. Stel je een tuin voor waarin een kleurig, geurig bloembed en een smerige, stinkende composthoop liggen. Als je mensen vraagt wat ze het liefst in hun tuintje zouden zien, verkiest het leeuwendeel het kleurige, geurige bloembed. Logisch; wie wil er nou naar een composthoop kijken?! En toch worden er juist in de composthoop afvalstoffen tot nieuwe, essentiële voedingsstoffen verwerkt. Waarmee die bloemen kunnen groeien en bloeien. De kleurige, geurige bloemen kunnen slechts bestaan bij gratie van de composthoop. Zo werkt het ook bij lijden en geluk. We moeten geluk niet als vriend behandelen en lijden niet als vijand bestempelen. Geluk is niet goed en lijden is niet slecht. We moeten ze niet scheiden. Lijden en geluk zijn eigenlijk hetzelfde. Het énige verschil tussen beiden is realiteitszin. Door middel van wijsheid en vaardigheid transformeert lijden in geluk. Geluk is niet meer en niet minder dan volledig begrepen lijden.
Ik maak wel eens gebruik van een matrix om deze transformatie inzichtelijk te maken voor mensen. Stel je een matrix voor met een as ‘wijs <–> onwetend’ en een as ‘vaardig <-> onkundig’. Dat levert 4 dimensies op: een dimensie onkundig/onwetend, onkundig/wijs, vaardig/onwetend en vaardig/wijs. Mensen die in de dimensie onkundig/onwetend verkeren, zijn ongelukkig. Deze mensen congrueren minimaal met de realiteit en lijden hun leven. Mensen die in de dimensie vaardig/wijs verkeren, zijn gelukkig. Deze mensen congrueren maximaal met de realiteit en leiden hun leven. Tussen deze twee uitersten, zijn 2 manieren waarop mensen aan realiteitszin winnen. Mensen kunnen leren te congrueren met de realiteit via de onkundig/wijs-dimensie. Het kenmerk van deze dimensie is ‘dom’ en de strategie bij deze transformatie-richting is confrontatie. Mensen weten al wel wat goed voor ze is – ze begrijpen hoe hun lijden in elkaar zit – maar handelen er vervolgens nog niet naar. Waardoor ze elke keer terug bij af belanden. Er verandert niets; totdat ze hun wijsheid complementeren met idem dito vaardigheid. Het principe is dat een ezel in het algemeen niet 26x stoot tegen dezelfde steen. Op een gegeven moment worden mensen wakker en veranderen hun doen en laten. Mensen kunnen ook leren om te congrueren met de realiteit via de kundig/onwetend-dimensie. Het kenmerk van deze dimensie is ‘mazzel’ en de strategie bij deze transformatie-richting is stimulatie. Mensen handelen congruent en constructief, maar zijn zich daar nog niet bewust van. Ze hebben ‘per ongeluk’ een échte gelukervaring, en dat smaakt naar meer. Ze gaan daarom op zoek naar de oorzaken ervan en komen zo tot bewustzijn; of liever gezegd tot bewust zijn.
Geluk is een kwestie van werken aan jezelf
Onderdeel van de maatschappelijke en economische opkomst van geluk, is de opkomst van de selfness industrie; een 100% op de geest gerichte variant van wellness. Er zijn onder de noemer selfness ondertussen honderden, zelfs duizenden, manieren om als mens aan je geluk te werken. Dit werken aan geluk komt erop neer dat je aan jezelf werkt. Wat al het selfness aanbod namelijk met elkaar gemeen heeft, is dat mensen zich vooral op zichzelf – op hun zelf – richten. Mensen zijn onder de noemer geluk vooral met zichzelf bezig. Geluk wordt gezien en behandeld als het tot volle wasdom brengen van jezelf; je zelf. Wat het boeddhisme betreft is dit een volstrekt vruchteloze poging om geluk te vinden. Wie alle aandacht op zichzelf richt voedt alleen zijn of haar ego. En dat ego is illusionair. We ervaren het wel als iets echts, maar hoe hard je je best ook doet, je kunt en zult je ik, je zelf, je ego nooit vinden als iets echts of autonooms. Het ego is slechts een idee; gewoonte-energie. Geluk schuilt niet in het vinden van je-zelf, maar juist het verliezen ervan. Zoals de legendarische zenmeester Dogen Zenji het ooit op onnavolgbare wijze heeft geformuleerd: ‘To study the Way is to study the self. To study the self is to forget the self. To forget the self is to be enlightened by all things. To be enlightened by all things is to remove the barriers between one’s self and others’. Wie gelukkig wil zijn besteedt zijn/haar tijd, richt zijn/haar aandacht en geeft zijn/haar energie dus vooral aan anderen.
Geluk kun je leren
Parallel aan de opkomst van de gelukindustrie, verschijnen er enorme hoeveelheden boeken, tijdschriftartikelen, blogs, cursussen en seminars waarin je wordt geleerd hoe je gelukkig kunt zijn. In het boeddhisme worden er zeer nadrukkelijk grenzen gesteld aan de effecten en werkzaamheid van leren en bestuderen. Kennis en informatie zijn belangrijk, maar slechts de helft van de zaak. Je kunt het boeddhisme niet leren of bestuderen zonder het te beoefenen. Kennis is belangrijk, maar waardeloos zonder opvolging in de vorm van kunde. Het draait om wijsheid, en wijsheid is iets wat je verkrijgt door opgedane kennis te belichamen. Zo is het ook met geluk. Geluk is niet empirisch maar ervaringsgericht. Als je denkt dat je geluk kunt leren door lijstjes met feiten uit je hoofd te leren, ga je nooit gelukkig zijn. Geluk is een kwestie van het juiste doen; van een juiste manier omgaan met de realiteit van het leven.
Geluk kun je meten
Er zijn allerlei serieuze, wetenschappelijke onderzoeken gedaan naar geluk, waarbij geluk is gemeten en gekwantificeerd. Ik kan met het leeuwendeel van deze onderzoeken helemaal niets, omdat geluk erin wordt gelijkgesteld aan een positief gevoel en het gelukonderzoek zich dus zeer nadrukkelijk richt op het meten van levenstevredenheid. Er wordt mensen gevraagd of ze gelukkig zijn, maar omdat mensen geluk associëren met plezier en positief gevoel, wordt er – feitelijk gezien – gevraagd of mensen hun leven als plezierig ervaren; of ze tevreden zijn met hun externe levensomstandigheden. Geluk en plezier worden dus op één hoop gegooid; terwijl deze allesbehalve hetzelfde zijn. Sterker nog: lijden wordt voor een belangrijk gedeelte veroorzaakt door plezier, genot en geluk door elkaar heen te halen. In de gelukonderzoeken worden vervolgens externe omstandigheden ook nog eens enorm belangrijk gemaakt, terwijl die er voor een échte gelukervaring niet of nauwelijks toe doen.
En tenslotte vragen we diezelfde onderzoeksrespondenten dan ook nog eens om hun uiterst subjectieve mening in een objectieve puntenscore tussen 0 en 10 uit te drukken, en gaan we hier allerlei algemene conclusies aan hangen. Ik ben geen wetenschapper, maar dit klinkt mij qua validiteit buitengewoon dubieus in de oren. Wie het verkeerde vraagt en onderzoekt, krijgt immers automatisch ook verkeerde antwoorden en resultaten. Wie geluk wil meten moet niet vragen maar kijken; moet niet onderzoeken maar observeren. Geluk is namelijk heel goed te herkennen als gedrag. Gelukkige mensen gedragen zich op een bepaalde manier. Gelukkige mensen congrueren maximaal met de realiteit. En dat kun je zien. Gelukkige mensen gedragen zich vredig, aandachtig, liefdevol, onthecht, veerkrachtig en meedogend.
Geluk is business
Geluk wordt door de opkomst van het fenomeen business happiness nadrukkelijk geassocieerd met een waardeoordeel; iets wat waarde uitdrukt. Bedrijven die het vermogen hebben om mensen gelukkig te maken worden bestempeld als waardevoller dan bedrijven die dit vermogen niet bezitten. Geluk wordt daarmee tot een management-issue en/of een ondernemingsbeginsel gemaakt. Dat is onzin. Bedrijven kunnen mensen onmogelijk gelukkig maken. Dat kunnen mensen alleen zelf doen. Geluk is iets wat louter in mensen tot stand kan komen. Het gelukproces niet van buiten naar binnen, maar van binnen naar buiten. Bedrijven kunnen van buitenaf alleen de externe omstandigheden van mensen positief beïnvloeden; ze kunnen het samenwerken plezieriger maken. Dat is op zich ook enorm constructief, maar plezier is wat – compleet – anders dan geluk.
Het enige wat bedrijven feitelijk écht kunnen doen in kader van geluk, is mensen de ruimte geven om hun geluk zelfstandig – !!!! – van binnenuit te kunnen manifesteren. Het geven van deze ruimte is niet in het (eerste) belang van de ondernemer of manager; want dat is immers tijd en energie die niet kan worden besteedt aan werken en die dus ten koste gaat van de productiviteit en effectiviteit van het bedrijf. En tóch hebben mensen om gelukkig te zijn niets anders dan ruimte nodig. Ruimte om geen medewerker maar mens te zijn. Ruimte voor innerlijk werk. Ruimte om te leren van het leven. Ruimte om te lijden. Ruimte om imperfect te zijn. Ruimte om realistisch te zijn. Ruimte! Met ruimte kunnen mensen zichzelf gelukkiger maken en in hun leven – en dus ook in hun werk – gelukkiger zijn. Bedrijven maken – kortom – mensen niet gelukkiger; mensen maken bedrijven gelukkiger!
Kortom; don’t believe the happiness hype! Dat u écht gelukkig moge zijn!
Borisboyo zegt
Goed artikel, niks meer aan toe te voegen..
nic schrijver zegt
Geluk moet je voor leven.
Dan is elk artikel erover overbodig.
Marijke van Geest zegt
Blij met dit artikel. Dank je voor het delen, Kees. Ik deel het geluk op mijn beurt.
Marius Splinter zegt
Mooi artikel.
In de lessen Marketing is nu de ‘belevingseconomie’ in de aandacht. Mensen kopen omdat het prettig voelt.
Studenten leren nu om in contact te komen met klanten via hun gevoel. De definitie van geluk is dan gebaseerd op plezier, prettig gevoel en zelfs genot. Dat zorgt ervoor dat klanten gaan kopen.
Dit artikel zet me in ieder geval behoorlijk aan het denken!