Dit kan verschillende thema’s inhouden maar zeker verschillende motivaties.
Toen onze tempel nog in Leiden zat werd ik op straat aangesproken met de vraag: ‘Meneer, heeft u een eurootje voor mij’. Ik antwoordde: ‘Helaas joh, ik ben zelf min of meer een bedelmonnik en leef ver onder het minimum. Maar kun je niet iets verzinnen om het bij elkaar te verdienen, bijvoorbeeld de daklozenkrant gaan verkopen?’ ‘Meneer, die mogen wij niet verkopen.’ Ja maak dat de kat wijs de naam zegt het al ‘Daklozenkrant’ die speciaal voor daklozen in het leven is geroepen. ‘Meneer, ik zal blind worden aan allebei mijn ogen als ik hier sta te liegen.’
Nou dan ben je toch wel zeker van je zaak als je een van je skandha’s daaraan wilt opofferen. Ik ben linea recta naar het distributiepunt van de Daklozenkrant gelopen en gaf aan dat ik dakloos was en kranten wilde inkopen om in mijn levensonderhoud te voorzien. Het antwoord was: ‘Meneer, we hebben te veel verkopers, u komt op de wachtlijst te staan’. Okay, dat zou een gegronde reden kunnen zijn, zij het niet dat ik iemand een doos vol kranten in de achterbak van zijn auto zie zetten. Die even later met nog een doos aan kwam zetten. Ik dacht, een dakloze met een auto?
Via via kwam ik er achter dat het asielzoekers waren die de plek van de daklozen hadden ingenomen. Niet dat ik iets tegen asielzoekers heb, ze zijn thuisloos maar niet dakloos, misschien hier en daar een uitgeprocedeerde dakloze asielzoeker maar toen ik wat beter oplette zag ik alleen maar asielzoekers de krant verkopen, maar geen daklozen. Een paar dagen later kwam ik de man van het eurootje weer tegen kwam zei ik: ‘ We gaan zelf een daklozenkrant uitgeven’. Zeer sceptisch zei hij: ‘Dat kan niet’. Hij had al zo vaak het lid op zijn neus gehad dat hij nergens meer in geloofde. Ik overlegde met het tempelbestuur die 50 euro vrijmaakte voor de daklozenkrant. Ik trok wetenswaardigheden over daklozen van het internet en had binnen de kortste keren vier A4tjes vol. Voor de naam van de krant liet ik mij inspireren door het ‘Leidse Dagblad’ zij hadden als kop: ‘Leidsch, dan het wapen van Leiden, Dagblad’. Het wapen van leiden word vastgehouden door een leeuw met een zwaard in zijn klauw. Ik verving het zwaard door een knapzak, pikte het lettertype van het Leidsch Dagblad en noemde onze krant: ‘Leidsche Vagebond’.
Om het een officieel tintje te geven stelde ik voor om ‘Het daklozen genootschap’ op te richten dat eigenlijk niks voorstelde, je hoeft niet naar de notaris, iedereen kan een genootschap oprichten (‘zelfs Pietje Bel die het genootschap van ‘De Zwarte Hand ‘ oprichtte’). De man van het eurootje wist nog wel iemand voor het bestuur. Het was een iets minder begaafd ADHD personage die uit onhandelbaarheid uit elke opvang gegooid was- met een voorliefde voor alcohol. Ik stelde voor dat het Eurootje penningmeester zou worden, ikzelf de secretaris en de ADHD’er voorzitter. Hij kwam met een intelligente vraag;’ Wat mot een voorzitter doen?’ Ik antwoorde: ‘Ach niet zoveel, een voorzitter zit in het voorste stoeltje van de fiets wat aan het stuur hangt’. Hij vond het niet leuk en ik moest benen maken, de penningmeester heeft de gemoederen weer gesust nadat hij van de slappe lach was bijgekomen. Om kort te gaan: Ik plakte de artikelen op de A4tjes aan elkaar en kopieerde die op A3 formaat en vouwde ze dubbel. De volgende dag overhandigde ik meneer Euro vierhonderd dubbelgevouwen A3tjes met de mededeling; ‘als je nieuwe kranten wilt hebben, die kosten 50 euro’. Hij verkocht ze voor 25cent per stuk aan daklozen die hij kende en verkocht ze op straat aan het publiek voor een euro.
Deze hele actie ben ik vanuit verontwaardiging begonnen- vanuit een soort rechtvaardigheidsgevoel, maar dat is ook maar een gevoel en zegt niets over rechtvaardigheid, een dakloze zette mij daartoe aan het denken. Het was een dakloze vrouw van 21 die een gedichtje voor de krant aan leverde.
Geen gevoel is ook een gevoel
Het gevoel van geen gevoel
Nou, steek die maar in je zak. Ik was vanuit een gevoel een krant begonnen, ikzelf had in leerredes vaak een vergelijk willen geven over misplaatste gevoelens.
Een vrouw komt met haar schoothondje bij de dierenarts met de mededeling dat Fifi niet meer wil eten en ze gaf hem toch altijd het beste van het beste. Biefstuk van de haas, entrecote, en nu was Fifi opeens ziek, hoe kon dat nu, ze zorgde zo goed voor haar. De dokter zei: Ach ik zie het al, komt u hem volgende week maar weer ophalen. De week erop hoorde de vrouw Fifi vrolijk blaffen en ze zag er ook zo goed uit. De dokter gooide wat groene peren naar het hondje en de hond viel er op aan alsof het een prooi was. Onthuts vroeg de vrouw; ‘Maar dokter hoe kan dat?’ ‘Ach mevrouw, dit is het eerste eten wat hij krijgt sinds u hem gebracht heeft.’
En wat was ik nu aan het doen? Wat was mijn motivatie die voortkwam uit een rechtvaardigheidsgevoel. Bestaat rechtvaardigheid wel? Als doekje voor het bloeden hebben we een wetboek samengesteld, maar het zijn niet meer dan spelregels die je naar believen kunt ombuigen.
Daklozen kregen vaak een bekeuring omdat ze ergens stonden wat iemand niet beviel. Op de bekeuring stond dan: ‘Zich zonder redelijk doel zich ergens ophoudende’. Ik heb toen onmiddellijk sandwichborden gemaakt (A4 formaat) met de tekst ‘Koop de Leidsche Vagebond’. Nu hadden ze een doel, reclame maken voor de Vagebond.’ Ze kregen ook bekeuringen voor het bedelen, dus bedacht ik een schuldbrief waar op stond; ‘Ondergetekende heeft de aanbieder van deze schuldbrief een euro verstrekt die hij te St. Juttemis mij zal terug betalen’. Nu was het geen bedelen meer maar werd hem een lening verstrekt. En zo raak je verstrikt in iets wat vanuit een gevoel ontstaat. Je creëert een Gollem die zijn maker te lijf gaat.
Ik realiseerde me dat de krant ook niet meer dan een doekje voor het bloeden was. Het was net zo heilloos als alle wereldverbeteraars die vanuit een rechtvaardigheidsgevoel de wereld willen verbeteren.
Volgens het christendom is het bij Kaïn mis gegaan, hij sloeg zijn broer dood en sindsdien is er geen dag in de wereldgeschiedenis geweest dat er niet ergens heibel was of oorlog woedde.
Gevoel is volgens het boeddhisme een van de vijf skandha’s en van nature leeg. Heb ik daar inzicht in? Eerlijkheidshalve, ik heb de woorden geleerd, maar snap ik hun betekenis? In de zin van: ‘ik kijk onder de motorkap maar snap ik de werking van de motor?’
Naar mijn mening is elke boeddhist geëngageerd, het doel van het boeddhisme is nirvana, wat letterlijk uitdoven of uitblazen is, bevrijding van wedergeboorte, het stopzetten van leed, en de weg daartoe is het achtvoudige pad. En of je, je nu in de praktijk je inzet voor milieu, medemens of rechtvaardigheid, of op een kussentje inzicht daarin tracht te krijgen, naar mijn mening is elke vorm van boeddhisme geëngageerd. Als je integer het boeddhisme beoefent kun je niet anders dan er naar handelen.