In een tijd waarin het vertrouwen in de politiek broos is, moeten we ons afvragen: hoe zorgen we ervoor dat de mensen die namens ons spreken écht betrouwbaar zijn? Niet op basis van partijloyaliteit, gladde communicatie of slimme campagnestrategieën, maar op basis van integriteit, deskundigheid en gedrag dat het algemeen belang dient.
In zijn boek Democratie 4.0 pleit Bob de Wit voor een fundamentele hervorming van ons democratisch systeem. Een van zijn centrale voorstellen: toets politici op deskundigheid en integriteit. Geen politieke carrière meer via de achterdeur van partijstructuren, maar een directe relatie tussen burger en politicus, waarbij de inhoud weer centraal staat.
Een interessant idee – en één dat we verder kunnen ontwikkelen. Hoewel De Wit het zelf niet expliciet benoemt, zou kunstmatige intelligentie een waardevol hulpmiddel kunnen zijn bij deze toetsing. Niet om mensen te vervangen, maar om hun gedrag en communicatie transparanter te maken.
Stel je voor: een politiek debat waarin niet de kracht van de propaganda telt, maar de inhoud. Waarin politici strafpunten krijgen als ze collega’s kleineren, vernederen of herhaaldelijk onderbreken. Bij herhaalde overtredingen wordt hun microfoon tijdelijk uitgeschakeld. Geen censuur, maar duidelijke gedragsnormen – zoals op het voetbalveld: wie de regels overtreedt, krijgt een kaart. Waarom zouden we in het parlement iets anders accepteren?
Integriteit gaat echter verder dan woorden. Politici zouden gescreend kunnen worden op hun verleden – een diepgaande Verklaring Omtrent Gedrag (VOG). Zijn ze eerder aangesproken op integriteitskwesties? Hebben ze belangenconflicten vermeden? Hebben ze zich consistent gedragen in lijn met hun publieke verantwoordelijkheid?
Ook deskundigheid verdient een heldere definitie. Politici zouden niet willekeurig een portefeuille mogen oppakken. Wie aantoonbare interesse, expertise en ervaring heeft binnen bijvoorbeeld zorg, klimaat of onderwijs, zou in aanmerking moeten komen voor een rol binnen dat domein – net als in elk ander beroep.
Tegelijkertijd moeten we waakzaam blijven. De Amerikaanse linguïst en politiek denker Noam Chomsky wijst er al decennialang op dat structuren van macht en media burgers reduceren tot toeschouwers van een “democratie” die in wezen wordt gecontroleerd door elites en belangengroepen. “Propaganda is aan een democratie wat knuppels zijn aan een dictatuur,” stelt hij scherp. Als we politici gaan toetsen, moeten we voorkomen dat dit systeem zelf wordt gekaapt door de macht die het pretendeert te controleren. Wie bepaalt wat integriteit is? Welke normen gelden? En wie programmeert de AI?
Ook psychologisch moeten we verder kijken. De Hongaars-Canadese arts en trauma-expert Gabor Maté, bekend om zijn werk over de impact van trauma op menselijk gedrag en leiderschap, stelt dat veel politieke destructiviteit voortkomt uit onverwerkte innerlijke pijn. “We worden geleid door mensen die hun wonden niet hebben geheeld,” zegt hij. Een politicus die zichzelf niet kent, projecteert zijn onrust vaak op zijn tegenstanders. Zonder emotioneel zelfinzicht blijft zelfs de best getoetste politicus een potentieel risico voor het collectief.
Deze ‘APK voor politici’ is daarom niet slechts een technische of procedurele aangelegenheid. Het gaat om een nieuw moreel kompas in de politiek. Een dat niet alleen feiten en gedrag toetst, maar ook zelfreflectie, empathie en dienstbaarheid centraal stelt.
Het klinkt misschien radicaal – maar is het dat echt? We stellen hogere eisen aan een basisschooldocent dan aan een volksvertegenwoordiger. En dat terwijl een politicus beslissingen neemt die miljoenen mensen raken. Willen we een integere democratie, dan moeten we het kaf van het koren durven scheiden. Niet door méér partijen, maar door beter functionerende mensen. Niet door harder te schreeuwen, maar door moediger te luisteren – naar elkaar, en naar onszelf.

Luuk Mur ( 1952) is psycholoog en heeft een drietal boeken geschreven over de door hemzelf ontwikkelde hulpverleningsmethode communitysupport. Hij is lid van de Dzogchen Community Nederland. Dzogchen is een vorm van Tibetaans boeddhisme waarbij veel belang wordt gehecht aan de ontwikkeling van individueel bewustzijn. Bij deze traditie streeft men naar non-dualiteit van het bewustzijn. Mensen zijn zich niet alleen bewust ( je weet dat je dit leest), maar je kunt je ook bewust zijn van dit eerste bewustzijn. Dit meta-bewustzijn wordt ‘gewaarzijn’ genoemd.
Dick van der Vlugt zegt
Het is een goed idee om integriteitseisen te stellen aan politici. Om ze te screenen op moraliteit. Daarnaast ook het accent te leggen op inhoudelijke deskundigheid. Maar ik stel voor dat gelijk ook maar in te voeren voor alle ceo’s van grote bedrijven en bestuurders van grote instellingen, Leden van de raden van bestuur etc.Want wellicht heeft de politiek niet veel meer te doen als het bedrijfsleven en de top van de instellingen zelf met meer moraliteit gaat besturen. Alleen blijft dan de vraag: wie gaan dat dan doen? Hoe ontsnappen we aan de moraliiteitspolitie van het communisme? Dat is de zwakte van de redenering. De vrijheid om zich tot morele wezens te ontwikkelen is in de handen en harten van de mensheid gelegd. Door de schande van de schade zal ieder mens zelf tot inzicht en moreel handelen moeten komen omdat hij of zij weet wat de gevoel gen zijn van zijn handelen. De wet van het karma is nog steeds niet tot ons volle bewustzijn door gedrongen : alles wat je doet of laat, slaat vroeg of laat terug op je zelf. Bijvoorbeeld in de rest van je leven of een volgend leven. Niets is zonder gevolgen. Tot die tijd zitten we in crises. Wat nu al alom zichtbaar is.