Ujukarin beschrijft in dit artikel het gedrag van mensen die ook wel boeddhisten worden genoemd. Hoe zijn hun gedragingen in het alledaagse leven? Ben je een volgzaam schaap, opkijkend naar de leraar of een individu die de boodschap van de Verhevene in zijn oren heeft geknoopt: geloof nooit een ander. Morgen volgt deel twee.
Inleiding en concepten
Op het spirituele pad kom je naast jezelf ook anderen tegen, en dat geeft zowel leerzame lessen als kansen op minder positieve beïnvloeding. Die lessen krijg je als je open staat voor feedback maar ook als de anderen zich gedragen als spirituele vrienden/vriendinnen (kalyana mitrata); je vormt dan samen met hen een echte sangha.
Doch onze identiteit wordt niet alleen beïnvloed door spiritueel behulpzame invloeden maar ook door de magnetische aantrekkingskracht van samsara – welke ook nog wel eens stiekem ons ‘boeddhistisch’ gedrag wil infiltreren. In de soetra’s wordt daarom onderscheid gemaakt tussen de ‘slimme’ spirituele volgelingen namelijk de ariyas en de ‘minder slimme’ gemiddelde mensen, de puthujannas . Ze worden elders in de soetra’s ook wel bahujana (de grote meute) of bala (dwazen) genoemd.
Puthujannas neigen ernaar zich niet als individueel persoon te uiten maar als onderdeel van een groep, veelal een deel vormend van die grotere mensheid – bijvoorbeeld onderverdeeld naar politieke voorkeur, sociale/familieachtergrond, religie, favoriete voetbalclub of muziekster etc. Velen van ons behoren tot meerdere groepen, hoewel in kwesties zoals partner- of beroepskeuze vaak één van de groepslidmaatschappen domineert. Het kenmerk van die groep (deel van de grotere op samsara gerichte meute) is dat ze een hele set gedeelde normen en waarden heeft. Die zijn bedoeld om de groep bijeen te houden, en een groep is dan ook altijd ‘conservatief’ in de zin dat uitdagen van die normen door de leden niet zo gewaardeerd wordt. Je identiteit wordt mede bepaald door hoe hoog je in de rangorde van de groep staat, variërend van ‘uitvoerder van opdrachten’ (maar wel kunnen rekenend op bescherming van de groep in alles wat je kan overkomen) tot ‘mater familias’.
Groepsdwang
Een modern synoniem voor de ariya, dus de spiritueel beoefenaar die de groepsdwang weet te ontvluchten, is ‘waarachtig individu’. Deze is ongevoelig voor de groepsdwang. Gautama Siddharta liet bijvoorbeeld achtereenvolgens eerst de groepspatronen van zijn koninklijke familie, toen van de medestudenten van diens eerste leraren Alama Kalama en Udakka en tot slot van de vijf asceten achter zich. Maar dat afstand nemen van de groepsdwang gebeurde niet uit eigenbelang, niet omdat Gautama zichzelf boven de anderen plaatste; maar juist uit de diepe overtuiging dat hij uit gevoel voor verbondenheid met alle levende wezens verder moest zoeken naar nirvana.
En dit moeten we goed in het oog houden om niet in een valkuil van het spirituele pad te belanden, namelijk de individualist. Ook deze ‘rebelleert’ tegen de groepswaarden maar uit zelfzuchtig eigenbelang. De individualist zal zich juist zeer consequent afzetten tegen alles wat vanuit de groep gesuggereerd wordt, hij/zij voelt zich te goed voor deze groep. Dus in de plaats van groepsloyaliteit komt alleen ikke-ikke, en niet het grotere geheel. Een Pali-term zou kunnen zijn de bala (dwaas) in het kwadraat; waar de gewone dwaas o.a. volgens de Dhammapada nog in de war is door alles met ‘Ik’ en ‘mijn eigendom’ te benoemen doet ie dat tenminste nog deels vanuit de context van ‘wij’ en ‘onze’ bezittingen, en de individualist laat die groepsdimensie weg.
Kinderlijk gedrag
Of om nóg een ander gebied van vergelijkingen erbij te halen, waarin ik om eerlijk te zeggen wél de kern van waarheid voel maar zeker geen expert ben: zowel het groepsdier als de individualist brengen ‘kinderlijk’ gedrag in ons naar boven. We verschuilen ons lekker achter de anderen dan wel zetten ons juist tegen die anderen af, m.a.w. het gehoorzame of het opstandige kind. Alleen de ariya is de echte ‘volwassene’ qua gedrag omdat hij simpelweg kijkt wat het beste is voor alle levende wezens gezamenlijk, de wij-zij grens overstijgend. Terug naar de ariya oftewel het individu: die erkent het nut van de groep, o.a. in het aanleren van enig niveau van altruïsme, maar stimuleert zichzelf en anderen om ‘liberaal’ te denken en voor zichzelf het correcte pad naar Nirvana te vinden. Individuen verenigen zich dan ook uiteindelijk in wat je een ‘ideale sangha’ zou kunnen noemen.
Helaas ligt dat ideaal niet voor het grijpen, alle sangha’s in deze samsarische wereld hebben ook dimensies van de groep (bahujana). Denk maar eens aan het schaapachtig volgen van ‘de laatste modes in beoefeningen’, speciaal als een groot Leid(st)er in de sangha die onderwijst. Of denk aan het kopiëren van die Leider/ster in al haar (samsarische) handelingen en zelfs het uiterlijk.
Dit alles samengevat:
Pali term | Technische term | Modern-populaire formulering | Psychologisch equivalent |
---|---|---|---|
Arya | Individu | Slimmerik | Volwassene |
Bala (of puthujanna of bahujana) | Groepslid | Schaap | Gehoorzaam kind |
Bala in kwadraat | Individualist | Anti-Schaap | Opstandig kind |
In deel twee van dit artikel gaat Ujukarin morgen in het Boeddhistisch Dagblad in op het schapengedrag van mensen, dus ook boeddhisten, ver weg en dichtbij.
Marja zegt
Ik ben erg blij met dit artikel! Heel heldere en herkenbare uiteenzetting van valkuilen waar leden van een sangha in kunnen vallen. Maar ook de beschrijving van’individualisten’ vind ik erg goed. Dank hiervoor! Ik kijk uit naar het volgende artikel over dit onderwerp!
Nieky zegt
Als je je niet meer identificeert met een groep kun je juist een zijn met alles en iedereen :)
Sjoerd zegt
Leuk en helder geschreven, ik ben benieuwd naar het vervolg.
Sjerab zegt
Mooie boodschap. Neem daarbij nog gehechtheid aan de Sangha of gehechtheid aan de leer en je krijgt een heel ander plaatje. Kijk uit naar deel .