• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst

Boeddhistisch Dagblad

Ontwart en ontwikkelt

Header Rechts

Veertiende jaargang

Zoek op deze site

  • Home
  • Agenda
    • Geef je activiteit door
  • Columns
    • Andre Baets
    • Dharmapelgrim
    • Bertjan Oosterbeek
    • Dick Verstegen
    • Edel Maex
    • Emmaho
    • Goff Smeets
    • Hans van Dam
    • Jana Verboom
    • Joop Hoek
    • Jules Prast
    • Paul de Blot
    • Rob van Boven en Luuk Mur
    • Ronald Hermsen
    • Theo Niessen
    • Xavier Vandeputte
    • Zeshin van der Plas
  • Nieuws
  • Contact
    • Steun het BD
    • Mailinglijst
  • Series
    • Boeddha in de Linie
    • De werkplaats
    • Recepten
    • De Linji Lu
    • De Poortloze Poort
    • Denkers en doeners
    • De Oude Cheng
    • Meester Tja en de Tao van Niet-Weten – alle links
    • Fabels door Goff
    • Cartoons van Ardan
    • Tekeningen Sodis Vita
    • De derwisj en de dwaas
  • Over ons
    • Redactiestatuut van het Boeddhistisch Dagblad
    • Redactieformule van het Boeddhistisch Dagblad
  • Privacy

Home » Boeddhisme » Buddhavacana » ‘De dwaas acht zich een overwinnaar, als hij met ruwe woorden spreekt’

‘De dwaas acht zich een overwinnaar, als hij met ruwe woorden spreekt’

18 juli 2018 door André Baets

Evam me sutam’, aldus heb ik gehoord.
Deze woorden werden uitgesproken door Ananda, de neef en persoonlijke verzorger van de Boeddha. Volgens de traditie had hij een uitzonderlijk geheugen en reciteerde hij, tijdens het eerste concilie dat vlak na de dood van de Boeddha werd gehouden, alle leerredes.
Evam me sutam is dan ook, traditiegetrouw, de aanhef van elke sutta in de Pali-Canon.

Deze korte teksten vinden we terug in het eerste deel (vagga) van de Samyutta-Nikaya, de verzameling van thematisch geordende leerredes van de Boeddha.

Zoals de titel al doet vermoeden zijn het steeds brahmanen die een gesprek hebben met de Boeddha.

De teneur van deze sutta’s is methoden aan te geven op welke wijze men met woede en boosheid op een heilzame manier kan omgaan. Boeddha is hier het toonbeeld van geduld en vreedzaamheid. Hij is in staat bij anderen een mentale transformatie tot stand te brengen door zijn onverstoorbare gelijkmoedigheid en zijn doordringend inzicht.1

Maar eerst iets over het begrip boosheid of kwade wil (vyapada).

De Boeddha somt in de sutta’s vijf hindernissen op die onze geestelijke ontwikkeling blokkeren. Deze vijf zijn: zinnelijk verlangen of begeerte naar wereldse genoegens, kwade wil of boosheid, luiheid en traagheid, rusteloosheid of opgewonden piekeren [over fouten in het verleden] en twijfel.

Kwade wil of boosheid valt onder de categorie haat, want ook een lichte vorm van kwade wil kan uitlopen tot boosaardigheid of zuivere haat. Een smeulend vuurtje kan al snel uitlopen tot een heuse bosbrand.

Boosheid is een barrière waardoor geestelijk goed functioneren wordt belemmerd; want het is de tegenstelling van vriendelijkheid, bescheidenheid, welwillendheid, mededogen etc.

Omdat het een kalme en evenwichtige geest tegenwerkt is het een belemmering voor de groei van wijsheid.

Kwade wil vervormt je visie en verhindert de geest de waarheid, in welke situatie dan ook, te ontdekken, zodat er van begrip geen sprake is. Begrip is namelijk sterk afhankelijk van de beheersing van je geest die vrij van boosheid en opwinding moet zijn.

In het edele achtvoudige pad vinden we bij heilzame intentie o.a. het voornemen om boosheid en woede uit te bannen en te vervangen door mededogen en liefdevolle vriendelijkheid en bij heilzaam spreken: het zich onthouden van harde en beledigende taal.

Brahmana-Samyutta 7.2

De sutta heeft de toepasselijke titel: ‘Belediging’.

Eens verbleef de Verhevene in Rajagaha, in het Bamboebos bij de eekhoornvoederplaats.

Toen de brahmaan Bharadvaja, bijgenaamd de Beledigende, hoorde dat een familielid in tegenwoordigheid van de Verhevene de thuisloosheid was ingetrokken, ging hij ontstemd naar hem toe. Bij hem aangekomen beledigde en beschimpte hij de Verhevene met onbeleefde en ruwe woorden.

Daarop sprak de Verhevene tot Bharadvaja:

“Komen je vrienden, familieleden of vreemdelingen je wel eens bezoeken?”
“Nu en dan, heer Gotama.”
“Bied je ze dan harde en zachte spijzen en lekkere hapjes aan?”
“Soms doe ik dat, heer Gotama.”
“Maar als zij dat voedsel niet accepteren, brahmaan, van wie is het dan?”
“Als zij het niet accepteren, heer Gotama, dan is het van ons.”

“Evenzo, brahmaan, accepteren wij de woorden niet waarmee je ons – die niet beledigen – beledigt, waarmee je ons – die niet kwetsen – kwetst, waarmee je met ons – die geen ruzie zoeken – ruzie maakt. Ze behoren alleen jou toe.”

“Wie degene die hem beledigt, terugbeledigt; degene die hem kwetst, terugkwetst; met degene die ruzie met hem zoekt, ruzie maakt; hij wordt een disgenoot genoemd, iemand die met hem omgaat.”

“Wij gebruiken de maaltijd niet met jou en gaan niet met je om. Deze woorden zijn alleen van jou, brahmaan, zij behoren alleen jou toe!”

Het sutta eindigt met enkele verzen die het bovenstaande nogmaals kernachtig uitdrukken:

Wie een boos mens met boosheid vergeldt,
die maakt het daardoor erger voor zichzelf.
Wie een boos mens niet met boosheid vergeldt,
wint een moeilijk te winnen slag.
Hij handelt in het belang van beiden,
van zichzelf en van de ander,
als hij wetend dat de ander kwaad is,
vol aandacht zijn rust bewaart.
Wie beiden geneest – zichzelf en de ander –
de mensen die hem als een dwaas beschouwen
zijn niet op de hoogte van de Dhamma.

Hierop uitte de brahmaan zijn bewondering voor de Verhevene, vroeg en verkreeg opname in de monniksorde en kwam na korte tijd in eenzaamheid gemediteerd te hebben tot ontwaken en werd zo een van de ‘heiligen’ (arahat).

Brahmana-Samyutta 7.3 draagt als titel: ‘Asurindaka’

Nu is het de brahmaan Asurindaka Bharadvaja die, horende dat een familielid in tegenwoordigheid van de Verhevene de thuisloosheid was ingetrokken, de Boeddha met ruwe en onbeleefde woorden komt beschimpen.

Deze keer zwijgt de Boeddha.

Toen dan zei de brahmaan Asurindaka dit tot de Verhevene: “Je bent verslagen, asceet!”

Zoals vorig sutta eindigt ook dit met enkele verzen:

[De Verhevene:]
De dwaas acht zich overwinnaar
als hij met ruwe woorden spreekt.
Maar de lankmoedigheid van iemand
met begrip, die is zijn overwinning.
Wie een boos mens met boosheid vergeldt,
die maakt het daardoor erger voor zichzelf.
Wie een boos mens niet met boosheid vergeldt,
wint een moeilijk te winnen slag.
Hij handelt in het belang van beiden,
van zichzelf en van de ander,
als hij wetend dat de ander kwaad is,
vol aandacht zijn rust bewaart.
Wie beiden geneest – zichzelf en de ander –
de mensen die hem als een dwaas beschouwen,
zijn niet op de hoogte van de Dhamma.

Ook nu weer uitte de brahmaan zijn verwondering voor de wijsheid van de Boeddha, vroeg en verkreeg opname in de monniksorde en kwam na korte tijd in eenzaamheid gemediteerd te hebben tot ontwaken en werd zo een van de ‘heiligen’ (arahat).

We hebben allen in de lessen fysica gehoord over de wet van actie en reactie. Dit is ook van toepassing bij ruzie. Het ene woord brengt het andere voort, zeggen we dan. De reactie op de eerste actie vormt de aanleiding voor een nieuwe reactie, enz.

volle-maan wordpressDe Boeddha doet hier niet aan mee. Zoals we uit de context kunnen opmaken valt hem niets te verwijten en is de persoon uit de familie van de brahmaan uit vrije wil tot de sangha toegetreden. Waarom zou de Verhevene zich dan moeten verdedigen tegen ongegronde beschuldigingen?

De brahmaan die hem komt verwijten is blind van woede en overtuigd van zijn gelijk; het is dus zinloos om met hem in discussie te gaan. Dit zou enkel ontaarden in een ‘welles, nietes’ spelletje zonder einde.

Waar in sutta 7.2 de Boeddha nog rustig zijn standpunt verduidelijkt, verkiest hij in sutta 7.3 om te zwijgen.

Hij behoudt het ‘nobele zwijgen’, zoals dit dan genoemd wordt. Dit wordt door de tweede brahmaan als zwakheid beschouwt en deze kraait dan ook victorie. Maar de Boeddha probeert alleen maar een zinloze discussie, met nog meer scheldpartijen ( en de vorming van negatief karma voor de betrokkene) te vermijden.

In de Abhaya-Rajakumara-Sutta (MN 58) vertelt de Boeddha wanneer wel en wanneer niet moet gesproken worden.

Bijvoorbeeld, wanneer woorden onwaar, incorrect en niet heilzaam zijn en bovendien voor de andere onaangenaam en onvriendelijk klinken, dan spreekt men deze woorden niet.

Zo ook wanneer woorden waar, correct en heilzaam zijn en bovendien voor de andere aangenaam klinken; dan spreekt men deze woorden, op het juiste moment, wel.

Maar de Verhevene zegt ook om woorden die waar, correct, maar onheilzaam voor de toehoorder zijn (bijvoorbeeld als deze door woede niet voor rede vatbaar is), uit mededogen niet te spreken.

  1. Nederlandse vertaling van de Samyutta-Nikaya door Jan de Breet & Rob Janssen Asoka 2009 [↩]

Categorie: Achtergronden, Andre Baets, Buddhavacana, Dharma en filosofie Tags: André Baets, Evam me sutam, kwade wil, mededogen, vijf hindernissen, volle maan, vriendelijkheid

Lees ook:

  1. De dhamma- Door het ontstaan van dit, ontstaat dat
  2. Vesak – geboorte, verlichting en dood van de Boeddha
  3. Kandaraka-sutta: over de vier typen van personen in de wereld
  4. Salla-Sutta, ‘de doorn’ een meditatie over de dood

Elke dag het BD in je mailbox?

Elke dag sturen we je een overzicht van de nieuwste berichten op het Boeddhistisch Dagblad. Gratis.

Wanneer wil je het overzicht ontvangen?

Primaire Sidebar

Door:

André Baets

Boeddhist en auteur (Kagyu, Zen en Theravada). André publiceert op zijn site Buddhavacana (woorden van de Ontwaakte) en het Boeddhistisch Dagblad sutta’s uit de Pali-Canon. 
Alle artikelen »

Agenda

  • Agenda
  • Geef je activiteit door

Ochtend- of avondeditie

Ochtend- of avondeditie ontvangen

Abonneer je

Elke dag gratis een overzicht van de berichten op het Boeddhistisch Dagblad in je mailbox.
Inschrijven »

Agenda

  • 10 februari 2025
    Zen Spirit studiegroep 'Het verborgen licht'-vanaf 10 februari 2025
  • 2 mei 2025
    Phowa Studieweek
  • 9 mei 2025
    Seminar Tenzin Wangyal Rinpoche
  • 12 mei 2025
    Maandagochtend meditatie in Amsterdam-West
  • 13 mei 2025
    Verdiepingsbijeenkomst Hand in hand met de Boeddha
  • 13 mei 2025
    Dinsdagavond op even weken samen mediteren in Almere Buiten
  • 13 mei 2025
    Oude boeddhistische inzichten voor geslaagde moderne relaties
  • 13 mei 2025
    Oude boeddhistische inzichten voor geslaagde moderne relaties
  • bekijk de agenda
  • De werkplaats

    De werkplaats.

    Boeddhistische kunstenaars

    Artikelen en beschrijvingen van en over het werk van boeddhistische kunstenaars. Lezers/kunstenaars kunnen zich ook aanmelden met hun eigen werk.
    lees meer »

    Pakhuis van Verlangen

    In het Boeddhistisch pakhuis van verlangen blijven sommige teksten nog een tijdje op de leestafel liggen.

    Weet jij wat een anker is? Test jezelf!

    Hans van Dam - 2 mei 2025

    Deel 3 van een 5-delig dwaalgesprek over de mystieke roos.

    ‘Het leven zelf is zazen’

    Wim Schrever - 28 april 2025

    De grote tragedie hier in het Westen is dat we onze eigen spirituele traditie zo snel hebben opgegeven en met het badwater -de religie- ook het kind -de spiritualiteit- hebben weggegooid. Terwijl een mens fundamenteel nood heeft aan spiritualiteit, aan zingeving.

    Geschiedenis als wapen deel 1

    Kees Moerbeek - 20 april 2025

    President Vladimir Poetin zei in 2014: ‘Onze collectieve herinnering bepaalt onze cultuur, onze geschiedenis en onze tegenwoordige tijd. En onze toekomst zal worden gevormd aan de hand van onze historische ervaring.’ Hij is het zelf die actief deze herinnering en ervaringen vorm geeft en propageert. Ivo van de Wijdeven schrijft dat in de Sovjettijd er nog werd gegrapt dat het land een zekere toekomst had, maar een onvoorspelbaar verleden. Onder Poetin is Ruslands geschiedenis als in beton gegoten. Er is maar één historische waarheid en deze is verankerd in de grondwet en de Nationale Veiligheidsstrategie.

    Jaloerse goden te slim af – de geschiedenis de baas…?

    gastauteur - 13 april 2025

    Hongersnood in een hermetisch afgesloten kuststrook die onwillekeurig aan de vernietigingskampen van weleer doet denken, besmet met meer dan een zweem van genocide… Regeert Adolf Hitler over zijn graf heen? Want bestaat Israël niet bij diens gratie? Zou zonder die bittere nazi-erfenis Palestina als land van drie monotheïstische religies niet nog gewoon zo heten? Is de grond er niet vervloekt, juist door godsdiensten die, gevoed vanuit één fictieve bron, vervolgens als protestbeweging steeds in chronologische volgorde aan haar voorgangster ontspruiten, waarmee de kiem voor een eeuwigdurende vete om de absolute waarheid is gelegd? En claimt niet elk van deze broeder- of zusterstromingen dat stuk met hun aller bloed doordrenkte aarde, aanvankelijk voor Abrahams JHWH, vervolgens voor Jezus’ Vader en ten slotte voor Allah – drie godheden die, in verbitterde onderlinge jaloezie verwikkeld, strijden niet alleen om religieuze hegemonie, maar ook om de profane en politieke macht?

    Wat is quiëtisme?

    Hans van Dam - 27 maart 2025

    Over het stillen van de wil.

    Meer onder 'pakhuis van verlangen'

    Footer

    Boeddhistisch Dagblad

    over ons

    Recente berichten

    • Ardan – Een boot die waarschijnlijk nooit komt…
    • Het verschil tussen apofatisch spreken en katafatisch spreken
    • Sodis – de virtuele denkster 527
    • Officiële lancering van het herintroductieproject van de Gele Komkommer
    • ‘Politiek signaal’ Veldkamp helpt Palestijnen in Gaza niet

    Reageren

    We vinden het geweldig om reacties op berichten te krijgen en op die manier in contact te komen met lezers, maar wat staan we wel en niet toe op de site?

    Over het BD

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten.
    Lees ons colofon.

    Zie ook

    • Contact
    • Over ons
    • Columns
    • Reageren op de krantensite

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten. Lees ons colofon.