De afgelopen tien jaar is het aantal boeddhistische gemeenschappen in Nederland toegenomen. Ik ben enorm benieuwd naar het verhaal van boeddhisten: wat doen ze op hun meditatiekussen, hoe passen ze de wijsheden uit de dharma (teachings van de Boeddha) in het dagelijkse leven toe en hoe gebruiken zij boeddhistische wijsheden om een positieve impact te maken op onze moderne westerse samenleving? Daarom bezoek ik sangha’s en boeddhistische organisaties en luister met belangstelling naar de ervaringen van anderen.
Pepijn Hinten (34) vertelt tijdens ons Skypegesprek dat hij niet twijfelt aan de dharma, de lessen van de Boeddha, terwijl hij wel twijfels heeft bij andere levensovertuigingen. Ik vind het interessant om te horen, en tegelijkertijd vraag ik mij af hoe deze van oorsprong Amsterdamse jongeman met helder blauwgroene ogen tot deze overtuiging is gekomen. Pepijn deelt zijn verhaal: ‘Toen ik een jaar of vijftien was, dook ik in mijn vaders boekenkast en vond boeken van spirituele leraren zoals Osho en Krishnamurti. Tijdens het lezen had ik direct een gevoel dat ‘het’ klopte. Met name de woorden van Krishnamurti resoneerden zo ontzettend dat mijn belangstelling voor spiritualiteit groeide. Het heeft nog wel een aantal jaar geduurd voordat ik echt concreet wat met mijn nieuwsgierigheid heb gedaan.’
Drugs en dansen
Pepijns favoriete bezigheid was namelijk dansen, en hij ging vaak naar dancefeesten om ‘los’ te gaan, zoals hij het zelf omschrijft. ‘Blowen en partydrugs waren mijn genotsmiddelen, en dansen bracht mij in extase. Ik ging helemaal op in de partyscene; ik zocht er ook iets in, en hierdoor kwam ik in een vicieuze cirkel terecht waar ik steeds opnieuw op zoek was naar een gevoel van gelukzaligheid. Op een gegeven moment begonnen mijn ouders, zus en zelfs vrienden uit de drugsscene zich zorgen te maken. Ik begon mij toen ook af te vragen of ik wel echt gelukkig was met deze levensstijl. Omdat ik vaak over spiritualiteit sprak, vroegen een paar vrienden of ik meeging naar een publieke lezing van Sogyal rinpoche, een Tibetaans boeddhistische leraar. Toen ik hem hoorde praten was er meteen een gevoel van herkenning. Ik wilde oprecht meer weten over het boeddhisme, maar ik wist ook dat het heel lastig zou worden om hiermee verder te gaan aangezien mijn levensstijl in het teken stond van feesten, blowen en partydrugs. Ik was inmiddels eenentwintig en besloot stap voor stap mijn leven te veranderen. Ik ben een half jaar na deze publieke teaching van Amsterdam naar Deventer verhuisd, zei de vrienden met wie ik samen drugs gebruikte vaarwel en richtte mij op een meer ecologische levensstijl.
Kort na mijn verhuizing was ik opnieuw aanwezig bij een teaching van Sogyal rinpoche. Deze keer sprak hij een weekend lang over de natuur van de geest in een locatie vlakbij de Amstel in Amsterdam. Dat weekend heeft nog steeds iets symbolisch voor mij, het was officieel het einde van een levensfase getekend door zelfdestructief gedrag. Op de eerste dag, de zaterdagochtend, hing er een grote zwarte rookwolk in de omgeving van de Amstel, en dus ook over de locatie waar wij zaten. Later hoorde ik dat die rookwolk kwam door een hevige brand in het kraakpand op de Wenckebachweg, waar ik vele keren had gefeest en feesten had georganiseerd. Op dat moment besefte ik dat, terwijl de plek waar al mijn oude feestvrienden aan het feesten waren aan het afbranden was, ik aan Sogyal zijn lippen hing en genoot van de atmosfeer in de zaal. Het was het einde van het oude en tegelijkertijd het begin van het nieuwe.’
In the dharma flow
Alleen teachings volgen van Sogyal rinpoche was niet voldoende voor Pepijn. Toen zijn oma overleed, ontving hij een gedeelte van haar erfenis. Hij vertrok toen naar India omdat hij het gevoel had dat hij daarheen moest. Hij volgde diverse retraites bij spirituele leraren zoals Goenka en Osho. Zijn eerste spirituele ervaring in India deed hij op in Bodh Gaya, de plek waar de Boeddha verlichting bereikte. Pepijn deelt zijn ervaringen: ‘Ik heb eerst een vipassana meditatie retraite van Goenka gedaan in Bodh Gaya. Door de benadering van Goenka werd spiritualiteit meer dan alleen een filosofie. Vipassana meditatie is enorm puur. Het is een rechtstreekse confrontatie met jezelf, met je negativiteit, gewoonten, verhalen en fantasieën. Met vipassana neem je even de tijd om goed te kijken wat zich afspeelt in jezelf. Ik mediteerde tien uur per dag met behulp van een simpele audio instructie van Goenka. Daarna heb ik nog eenentwintig dagen in een Osho community gezeten. Dat was een geweldige kennismaking met meer actieve meditatievormen, zoals ‘dynamic meditation’ en kundalini meditatie. In tegenstelling tot vipassana zat ik niet stil maar mediteerde ik met mijn lichaam in beweging. Ik ervoer het als emotioneel lichaamswerk met een soort van helend therapeutische werking.’
Na een 4,5 maand durende reis door India keerde Pepijn terug naar Nederland. Zijn ervaringen in India hebben hem gevormd en hij bleef standvastig doorgaan met beoefenen. Hij vertelt hoe actief hij was op spiritueel gebied: ‘Ik luisterde naar podcasts van Osho, deed elk half jaar een vipassana retraite, mediteerde dagelijks en ik beoefende yoga. Ik was geïnteresseerd in alles wat met het boeddhisme te maken had, en nam een kijkje in de keuken bij verschillende gemeenschappen in Nederland. Zo ben ik een weekend bij Shambala langs geweest, en ben ik bij een groep in de zentraditie gaan kijken. Van het zenboeddhisme heb ik geleerd om de dingen met aandacht te doen. Daar heb ik in het dagelijks leven nog steeds profijt van. Als ik nu terugkijk was het een periode waar ik therapeutisch met mezelf aan de slag ben gegaan. In de tussentijd werkte ik als schoonmaker, begeleider in de zorg en als broodbakker, en ik heb in die periode ook mijn Sociaal Pedagogische Opleiding (SPW) afgerond. Ik werkte altijd parttime zodat ik voldoende tijd had voor mijn beoefeningen.’
De guru’s
Hoewel Pepijn als vijftienjarige enorm werd geraakt door de woorden van Krishnamurti, is die fascinatie inmiddels verdwenen. ‘Bij hem wordt het goeroe principe, het hebben van een spirituele leraar, niet omarmd. Zowel in het Tibetaans boeddhisme, als in de Osho gemeenschap is het goeroe principe sterk aanwezig. Het is ook iets wat ik omarm, omdat ik heb ervaren dat het voor mij goed werkt. Diverse spirituele leraren hebben mij geholpen te komen tot een bepaalde staat van bewustzijn, ver voorbij ik mijzelf had kunnen helpen. Een van deze leraren is Dzogchen rinpoche, de halfbroer van Sogyal rinpoche. Hij heeft mij de dharmanaam Jigme Ozer gegeven. Dit betekent ‘lichtstraal van angstloosheid’. Op mijn vijfentwintigste ben ik heel laagdrempelig in zijn sangha begonnen door te helpen met kleine, doch noodzakelijke dingen zoals versnaperingen bereiden, de locaties schoonmaken en de opnameapparatuur klaarzetten. Uiteindelijk heb ik gedurende vier jaar de teachings van Dzogchen rinpoche gevolgd. Ik was midden twintig, en nog midden in mijn proces van volwassen worden. Ik maakte het leven soms nog moeilijker dan het was door allerlei ondoordachte beslissingen te nemen waar ik dan later weer spijt van kreeg, bijvoorbeeld op de bonnefooi naar England emigreren. Maar naarmate ik steeds beter de dharma begon te begrijpen met behulp van Dzogchen rinpoche, merkte ik dat ik ook steeds beter en gedisciplineerder de zaken in mijn dagelijkse leven aanpakte.’
Op 29-jarige leeftijd vertrok Pepijn naar Tso Pema (lotus meer), India, een heilige plek voor Tibetaanse boeddhisten. Daar ontmoette Pepijn de boeddhistische leraren, Wangdor rinpoche en lama Lena. Ze adviseerde hem op deze plek in retraite te gaan. Terug in Nederland besprak hij zijn ervaringen met Dzogchen rinpoche die hem voor de keus stelde om in zijn sangha te blijven of het boeddhistische pad verder te bewandelen onder de supervisie van Wangdor rinpoche en lama Lena. Pepijn koos voor de laatste optie en verliet de sangha van Dzogchen rinpoche. De vier opeenvolgende jaren daarna beschrijft hij als de meest bijzondere in zijn leven. ‘Het was een fase waarin ik diepzinnige retraites deed, woonde in een boeddhistisch centrum in Frankrijk, veel reisde, beoefende op diverse pelgrimage plekken in India en teachings volgde van bijzondere Tibetaanse leraren. Desondanks mijn leven in die tijd stampvol met dharma zat, was het niet altijd rozengeur en maneschijn. Ik ben bijvoorbeeld geruime tijd flink ziek geweest en ik had heel weinig geld.’
Het dagelijkse leven van een bevlogen dharma beoefenaar
Sinds twee jaar woont Pepijn weer in Nederland en hij werkt als begeleider van verstandelijk beperkten in een antroposofische woon-werkgemeenschap. Ik ben benieuwd welke rol de dharma op dit moment in zijn leven speelt en hoe dit zich uit in zijn dagelijkse leven als werkende Nederlander. Heel kalm en zelfverzekerd vertelt hij: ‘Voor mij is het meest waardevolle de gedachte van de bodhicitta, dat inhoudt dat je jezelf ontwikkelt ten behoeve van andere levende wezens, zodat je ze beter kunt helpen. Hierbij maak je geen onderscheid tussen familie, vrienden, landgenoten, mensen en dieren, het draait echt om alle levende wezens! Deze gedachte van bodhicitta probeer ik centraal te hebben in alles wat ik doe; ik probeer mijn leven zo in te richten dat het ten dienst staat van de ontwikkeling van alle levende wezens. Daarnaast praat ik veel met vrienden over de dharma. Eigenlijk staat alles in mijn leven in dienst van de dharma.’
Ik leg aan Pepijn voor dat iemand die onbekend is met de teachings van de Boeddha misschien het idee kan krijgen dat hij leeft als een boeddhistische fanaat. Ik vraag daarom of hij kan uitleggen hoe zijn dharmabeoefening tot uiting komt in het dagelijkse leven zonder boeddhistische termen te gebruiken. Hij geeft aan dit een lastige vraag is, denkt er even over na en antwoordt dan: ‘Waar ben ik in godsnaam mee bezig als ik het water in mijn ‘seven water bowls’ op mijn altaar ververs? Hoe leg ik dat uit aan iemand die niet bekend is met het boeddhisme? Wellicht is het makkelijker om uit te leggen dat ik tijdens mijn dagelijks gebeden anderen, bijvoorbeeld zieke mensen, meeneem in mijn gebed. En dat ik dagelijks wens dat alle levende wezens gelukkig mogen zijn. Op mijn werk krijg ik als feedback dat ik veel rust breng, dat ik een positieve instelling heb en ik heb het idee dat mijn cliënten zich bij mij op hun gemak voelen.
Terwijl Pepijn praat over zijn leven, innerlijke proces en activiteiten, kan ik maar tot één conclusie komen: Hij leeft voor de dharma! Sommige dingen zijn voorbestemd voor ons als individu, noem het gerust karma of het lot. Voor Pepijn is dit overduidelijk het bestuderen en delen van de dharma. Zijn ervaringen met drugs in de pubertijd en als jong volwassene waren slechts hobbels op een kruispunt die hem nog standvastiger maakte om te kiezen voor zijn geluk; het bewandelen van het Tibetaans boeddhistische dharma pad.
Vajrapala Lut Moerman zegt
Mooi! Dank om te delen.
Vajrapala
Trees van Hennik zegt
Ha Pepijn. Net terug van paar weken reizen lees ik je verslag van dharma-ervaringen in het boeddhistisch dagblad van vandaag….toeval? Ik denk het niet, want ik lees af en toe en willekeurig stukjes uit dit dagblad. Mooi je verbinding met de 7-e Dzogchen Rinpoche , nog steeds. Mooi stukje en ik wens je alle goeds. En wie weet zie ik je bij de events tijdens de Tour van Dzogchen Rinpoche half april as in NL. Kijk ook op: http://www.shenpennederland.org. Ik wens je alle goeds en tot ziens
Pepijn zegt
Deze reactie is verwijderd. Dit is geen correspondentierubriek.
Peter Cauwenberghs zegt
Dit getuigenis van Pepijn bevestigt mij in het gaan en het beleven van een eigen spirituele pelgrimstocht. Bedankt!
Pepijn zegt
Geweldig Peter! Go for it!