Na het uitzitten van vijf jaar gevangenisstraf heeft China de Tibetaanse boeddhistische monnik Jigme Guri (50) vrijgelaten. De monnik was tot die straf veroordeeld wegens separatistische activiteiten, zo heeft de mensenrechtenorganisatie Free Tibet gisteren bevestigd.
De monnik is door de Chinese geheime politie naar zijn woonplaats begeleid. Het is hem verboden beeldmateriaal vrij te geven van de ceremoniële ontvangst door familie en vrienden. Guri is ook bekend als Labrang Jigme en Jigme Gyatso. Hij is afkomstig uit het Labrangklooster, een van de belangrijkste centra van het Tibetaans boeddhisme en een belangrijk oord van verzet tegen de Chinese bezetter van Tibet.
Guri is sinds 2006 vier keer gearresteerd op beschuldiging van het uitvoeren van separatistische activiteiten, de eerste keer werd hij gearresteerd bij zijn terugkeer naar China na het bijwonen van een ceremonie van de Dalai Lama in India. Guri maakte ook bekend dat hij door de Chinese autoriteiten werd gemarteld na een van die arrestaties. ‘Ze behandelen ons zelfs niet als honden of varkens’, zei Guri.
Volgens een rapport van de Human Rights Watch (HRW) eerder dit jaar, heeft de Chinese repressie in Tibetaanse gebieden zich van de steden verspreid naar landelijke gebieden en is niet alleen op monniken maar ook op zangers, schrijvers en milieuactivisten gericht.