Zomerlectuur: The Good People (2016), van Hannah Kent. Nee, nog niet vertaald. Speelt op het Ierse platteland, begin 19e eeuw. Heel korte inhoud: de nieuwe jonge pastoor verkettert oude kruidenvrouw Nance. Het kerkelijke en het volksreligieuze wereldbeeld botsen.
De Goede Mensen uit de titel zijn wezens die volgens het volksgeloof een parallelle wereld bewonen. Ze heten goed, maar gooien mensenlevens soms overhoop. Daarbij draait het vaak om ziekte en overlijden. Maar ook: waarom geeft mijn koe de laatste tijd minder melk?
Nance heeft ooit van een tante geleerd hoe je de Goede Mensen het best kunt benaderen. Naast kruiden gebruikt ze rituelen en spreuken. Dat mensen er baat bij hebben, komt door haar kennis van geneeskrachtige kruiden. Maar ook het geloof in het volkse wereldbeeld werkt mee. Als verbeelding je ziek kan maken, kan ze je ook weer genezen.
De jonge pastoor beschouwt Nance als een duivelse heks, als zijn concurrent in de zingeving. Beiden hebben gezag. Hun wereldbeelden overlappen deels, vooral waar het God, Maria en de heiligen betreft, maar verder verschillen ze vooral. De dorpelingen zijn vertrouwd met beide wereldbeelden. Op een praktische manier maken ze van allebei gebruik.
De nieuwe pastoor begint met een achterstand: zijn voorganger is door Nance van een vervelende kwaal afgeholpen en liet haar daarom begaan. De nieuwe neemt zijn parochianen tegen haar in. Conflict en drama volgen.
Ook al gaat het om een voor-moderne situatie, wij modernen kennen de dynamiek van wereldbeelden evengoed en maken onze keuzes. En ook wij doen dat binnen machtsprocessen. The Good People houdt ons een spiegel voor.
Zinzoekers zijn van alle tijden.