Verkiezingen. Kiezers mogen eenmalig, met één rood rondje, hun mening geven. De gekozen volksvertegenwoordigers daarentegen kunnen vier jaar lang hun stem uitbrengen. Kiezer en gekozene zijn weliswaar verwant in de betekenis die ze geven aan de politieke werkelijkheid, maar de overlap is meestal beperkt.
De kiezer komt idealiter tot een keuze via een partijprogramma of kieswijzer. Maar spindoctors – betekenisverkenners – bedenken tegenstellingen die de keuzes danig versimpelen: links/rechts, stad/platteland, volk/regering. Doorslaggevend kan zelfs die ene one-liner zijn van een lijsttrekker. Of diens uitstraling als ideale schoonzoon. Of simpelweg het eigenbelang, het anti-gevoel.
Voor de inrichting van de samenleving komt elke partij met een partijprogramma, een omvangrijk richtinggevend betekenisrepertoire, met een heel eigen waardenpakket. Partijen die al bij de verzuiling bestonden, zijn sterk ideologisch geïnspireerd, met liberalisme, socialisme en christendom als hoofdsmaken.
De ontzuiling zette de deur open voor heel andere opties en vergemakkelijkte de fragmentatie van het politieke veld. Nu telt de Tweede Kamer twintig partijen. Maar versplintering is ook resultaat van de onuitputtelijke gave van de mens om explosief betekenis te geven, zeker na de ontzuiling.
Soms stichten dissidenten uit een gevestigde partij een nieuwe. Zo ontstond de PVV uit de VVD. Populisme exploiteert waarden die kenmerkend zouden zijn voor ‘het volk’ of ‘de kiezer’. Soms stoelt een nieuwe partij op een deelbelang, zoals dat van dieren (PvdD) of boeren (BBB). De actualiteit dwingt kiezer en gekozene steeds weer tot bijstelling van bestaande betekenisrepertoires. De crises die nu spelen, schreeuwen om oplossingen.
Onder deze druk lijken eerdere spelregels en gedragscodes hun betekenis te verliezen. Grenzen verschuiven door nieuwe machtsmiddelen: sociale media, complottheorieën, fakkels, verdachtmaking, de nationale vlag, lijm, tractoren.
Zou de fragmentatie afnemen als iedereen zich bewust werd van de huidige ongeremde, explosieve betekenisgeving? Of wordt iedereen op den duur sowieso moe van al dat vuurwerk in parlement en talkshows?
Note:
Dick Tieleman legde vorige week in zijn reactie verband tussen betekenisgeving en politieke versplintering. Voor wie het nog niet las: https://www.andredroogers.nl/vrijdag-zindag-nr-98/
De voorbeschouwingen lezend over de verkiezingen van deze week, was ik voor deze VZ bij een soortgelijk thema uitgekomen. Ik kan Dick op zijn wenken bedienen, met dank.