Professor Elke Geraerts – verkozen tot slimste vrouw van Nederland – voorspelde onlangs tijdens het World Economic Forum in Davos dat depressiviteit volksziekte nummer 1 zal worden in de nabije toekomst. De alom aanwezige economische en ecologische bedreigingen laten hun pijnlijke sporen na en veroorzaken steeds grotere angst & onzekerheid, en stress & neerslachtigheid. Met alle negatieve gevolgen van dien.
Het boeddhisme kan ons leren dat het niet de economische en ecologische crises zijn die ons geestelijke lijden veroorzaken, maar iets wat verder en dieper ligt – iets wat zonder enige uitzondering áltijd de bron van ál het lijden is – en wel het ego. We lijden niet massaal aan depressiviteit, maar aan Egobesitas. Onze verslaving aan het ego en onze neiging om onze ego’s zichzelf ongebreideld vol te laten vreten, is ons noodlottig aan het worden. Het egoïsme dat in onze hyperindividuele maatschappij hoogtij viert, vormt de enige échte bedreiging voor de volksgezondheid. En mensheid.
En dan te bedenken dat het ego louter op illusie gestoeld is. Ik weet nog heel goed hoe ik daar voor het eerst op gewezen werd. Ik was net terug van mijn reis uit Thailand waar ik voor het eerst en spontaan op mijn Boeddhanatuur was gestuit. Hongerig naar meer informatie over dat boeddhisme wat me zo intens en positief had geraakt, ging ik in op de uitnodiging van een vriend om mee te gaan naar een lezing van een Tibetaanse leraar in Amsterdam. Ik deed in die tijd nog niet aan namen en rugnummers, dus ik weet oprecht niet meer welke leraar we hebben bezocht.
De inhoud van de lezing zal ik echter nooit vergeten. Ik weet het nog precies…. De leraar – een broze, oude Tibetaan in een monnikspij – liep in alle rust het podium op, doorbrak de serene stilte die over de zaal gevallen was en kondigde met een vriendelijk gezicht, zachte stem en prachtig Tibetaans Engels accent aan dat de lezing in het teken van het ego zou staan. Hij schetste de urgentie van het onderwerp met de retorische vraag: ‘We all suffer from our ego….right?’ Instemmend geknik en geroezemoes volgde. Ik knikte hartstochtelijk mee. Ik was in die tijd net een beetje uit de diepste diepten van mijn depressie aan het klauteren. In mijn beleving was mijn depressie vooral een continue, ondragelijke geseling van verlammende, veroordelende gedachten.
Ik kon niet tegemoet komen aan de eisen die ik mezelf stelde en de bedreigende represailles die daarop volgden. Ik kon geen goed doen. Ik keurde mezelf volledig af. De oude Tibetaan vervolgde met de vraag ‘Who suffers from his or her ego at this moment?’ Vingers schoten massaal de lucht in. Waaronder natuurlijk ook die van mij. Mijn tormenterende en terroriserende gedachten lieten me geen seconde met rust. Ik worstelde met mezelf. Of liever gezegd: ik worstelde met mijn zelf. Ik voerde de godganse dag oorlog in mijn hoofd. Alsof de leraar mijn gedachten kon lezen, sprak hij ‘We all have this voice inside our head that leads it’s own life. We all feel this force inside us that tells us that things should be like this or that… and otherwise…. We all think fearful, painful thoughts, right?’ Meer instemmend geknik en geroezemoes. Een ‘feest’ van herkenning.
Het leek wel of hij het speciaal over mij had. Ik leed verschrikkelijk onder mijn eigen gedachten. Na een lange stilte begon de Tibetaan langzaam maar zeker te lachen. Eerst in de vorm van voorzichtig gegrinnik, maar later uitbundig in de vorm van een rollende, bulderende lach. ‘That ego’…. ‘Hahahaha’ ….. ‘That ego’…. ‘Hahahaha’. De zaal wist zich aanvankelijk geen raad. Ik weet nog dat ik me zelden zo ongemakkelijk heb gevoeld als die avond. Ik vond mijn ego allesbehalve om te lachen. Ik had er vooral heel veel last van. Maar lachen werkt aanstekelijk, dus op een gegeven moment zat iedereen – honderden mensen – te schuddebuiken. Langzaam maar zeker liet de oude Tibetaan de stilte terugkeren. Het lachen verstomde. Waarmee de situatie nog ongemakkelijker werd, en waarmee de waarheid die de leraar vervolgens met de aanwezigen deelde dubbel zo hard – zeg maar gerust als een mokerslag – aankwam: ‘Dear friends… The funny thing is, there is no ego. No matter how long you search and how deep you dig, you won’t find the self. Don’t take yourself – your self – too serious. Don’t flight or fight the ego, but laugh about it’.
Hoe echt het bestaan van je ‘zelf’, je ‘ik’ ook lijkt; de realiteit is dat je het ego never ever nergens kunt/zult aantreffen als iets autonooms of onafhankelijks. Er is niet zoiets als een harde kern die ons lichaam en geest ten diepste bestuurt. Het boeddhisme ziet het zelf’ of ‘ik’ als een tijdelijke combinatie en manifestatie van factoren die de 5 Skandha’s worden genoemd: 1) Rupa: vorm, lichaam, 2) Vedana: zintuigen, gevoelens, 3) Sanna: waarneming, perceptie, 4) Sankhara: verstand, mentale formaties, 5) Vinnana: bewustzijn. Concreet: ‘ik’ besta slechts door het samenspel van deze 5 aggregaten. ‘Ik’ is een onophoudelijk veranderend proces van fysieke en mentale stromen. Er is geen ‘ik’ dat hier los van staat. Hetgeen het helemaal bijzonder maakt dat wij zo enorm gepreoccupeerd met ons ‘zelf’ en ons eigenbelang zijn.
Maar wat is het ego dan wel? Het ego bestaat uit geconditioneerde gebeurtenissen. Ego is een vorm van overlevingsinstinct, bestaansrecht en gewoonte energie. Stel je een holle echoput voor waarin je één keer iets schreeuwt en dit vervolgens eindeloos hoort rondzingen. Zoiets. Vandaar ook dat Samsara in het boeddhisme als de tredmolen van lijden – een vicieuze cirkel waarin mensen eindeloos ronddolen – wordt voorgesteld.
Wij horen de hele dag – bewust of onbewust – conclusies die we als klein kind over het leven hebben getrokken en opvattingen, overtuigingen en ideeën die we voor waar zijn gaan nemen. Die conclusies en opvattingen, overtuigingen en ideeën geven ons een – illusionair – gevoel van houvast en macht over een – feitelijk gezien – volstrekt onbestendig leven. Elke gebeurtenis toetsten en taxeren we aan de hand van de eerder getrokken conclusies en eerder gevormde ideeën, waarna we het van een oordeel voorzien.
Ego energie is heel eenvoudig te traceren. In het boeddhisme wordt er gebruik gemaakt van een universele checklist – de Acht Wereldse Dharma’s. – bestaande uit 4 duale paren: winst & verlies, plezier & pijn, succes & verguizing, en faam & blaam. Elke keer als je op een gebeurtenis reageert door er een oordeel op te plakken wat past in één van deze continuüms, is er ego aan het werk.
Als je naar deze 4 paren kijkt, zie je ook meteen waarom het zo’n – destructief – zooitje is in het bedrijfsleven. Het hele doen en laten van bedrijven draait om dualiteit; meer specifiek om het veroordelen van alles wat negatief is (verlies, pijn, verguizing en blaam) en het najagen van alles wat positief is (winst, plezier, succes en faam).
Ik maak graag gebruik van de Acht Wereldse Dharma’s als een soort assessmenttool bij mijn Cheerleadership of lijderschap-aanpak. Bedrijven waarin veel dualiteit heerst, bedrijven waarin veel ego energie rondzingt, bedrijven waarin winst, plezier, roem en faam enorm nadrukkelijk gewenst zijn en verlies, pijn, verguizing en blaam enorm nadrukkelijk verworpen worden, bedrijven die enorme moeite doen de boel te manipuleren en controleren, zijn zonder uitzonderingen bedrijven waarin stevig wordt geleden. Bedrijven die zich laten leiden door het ego – en dus illusie – stoten onvermijdelijk – keihard – hun kop tegen de realiteit. Het leven laat zich namelijk niet manipuleren en controleren. Het is onmogelijk om altijd alleen maar winst, plezier, succes en faam te hebben en/of om verlies, pijn, verguizing en blaam altijd te vermijden.
Maar hoe moeten bedrijven dan egoloos opereren?
Het paradoxale van het ego is dat iedereen heeft er écht last van, heeft maar tegelijkertijd niemand écht een ego heeft. Dat zorgt er ook voor dat het een volstrekt zinloze exercitie is om je ego te bestrijden. Je kunt simpelweg niet bestrijden wat er niet is. Je kunt alleen de egocentrische illusie die je koestert beëindigen. Het enige wat je hoeft te doen is je egocentrisch energie te ontkrachten door er geen aandacht aan te besteden. Het gewoon loslaten. Dat lijkt een onmogelijkheid, maar een ieder van ons heeft regelmatig te maken met momenten waarop je even helemaal opgaat in wat je doet; waarin je even helemaal nergens aan denkt en één en al taak bent. We noemen dit wel ‘in flow’ zijn. Dit zijn de momenten dat het ego, het ik, het zelf even helemaal naar de achtergrond verdwijnt. Er zijn dan even geen gedachten, oordelen, geen doelen, geen verwachtingen, geen eisen, geen veronderstellingen. Er is alleen de volstrekt onbevangen – of eigenlijk ongevangen – handeling. Alle aandacht en focus gaat naar en zit in de handeling. De handeling kan en zal daarom kwalitatief maximaal van aard zijn. Hetgeen buitengewoon bevorderlijk is voor het bedrijfsresultaat. Kortom beste manager; verstand op nul en blik op oneindig
Erik Hoogcarspel zegt
Les extrèmes se touchent,
-weggeredigeerd , Paul van Buuren-
Paul van Buuren zegt
Erik, we willen geen beledigingen en lage ad hominems op deze site. Reageren staat vrij. Ik hoop dat je volgende reacties van hoger niveau zijn.
Ter herinnering nog even over wat we wel en niet acceptabel vinden op de website: reageren op de website.
Kees Klomp zegt
Ik werd door iemand op @Erik’s reactie gewezen. @Paul, ik voel me niet beledigd of persoonlijk aangevallen hoor.@Erik’s reactie hoeft wat mij betreft niet te worden weg geredigeerd. @Erik heeft niet alleen alle recht op zijn gelijk, ik ben hem erg dankbaar voor het delen ervan. Heb ooit van mijn 1e baas – een marketing goeroe – geleerd dat goede marketing de kunst van het uitdragen van je …’ste is; datgene wat je uniek maakt. Ik was nog altijd op zoek naar mijn …’ste, en dankzij @Erik heb ik die nu gevonden: ik ben de dom’ste. Zal het met genoegen uitdragen!