Wat de ‘wereldling’, de doorsnee-mens (P. puthujjana), getoond wordt (en door hem uitbundig en enthousiast geloofd, geprezen én omarmd) zijn meestal hallucinaties. Hersenspinsels van de geest.
Het zijn—noch meer, noch minder—manifeste en bewuste leugens. Decor & decorum. Masker. Vertoon. Waan. Klatergoud, waarin de modale mens door de gemeenschap wordt ondergedompeld en geknecht. Ik noem dit: nep, trucage, flessentrekkerij. Fake.
Dit is het pad met het nadrukkelijk accent op de ‘dingen van de wereld’: roem, geld, succes, macht… Mara in zijn meest perfide gedaante. Al deze ‘dingen’ leiden níet naar fundamentele bevrediging. Noch naar innerlijke vrede. En nog veel minder naar bevrijding. Dit is het pad van de knechting. Van vervreemding. Van aliënatie.
De werkelijkheid as it really is—yatha-bhuta nana dassana —veronderstelt het ‘zíen’ van alle ‘dingen’ in relatie tot hun drie kenmerken (P. tilakkhana), namelijk als vergankelijk (P. anicca), als onbevredigend (P. dukkha) en als zelfloos (P. anatta).
Wie voor dit pad kiest, zal aan een astrante tegendraadsheid een uitstekende eigenschap hebben. De Boeddha noemde dit patisothagami. Dit is roeien tegen de stroom in van onze geaccumuleerde, geconditioneerde gewoontepatronen.
Een heilzaam gebrek aan ontzag voor geloof, macht en machthebbers maakt de mens alerter, waakzamer en minder vatbaar voor conditionering. Het is een eigenschap die van jongs af moet aangeleerd en—vooral—aangescherpt worden. Dat zal ieder echter persoonlijk moeten ontwikkelen. Met kordate overtuiging. Met volharding. Adhitthana. Men kan van de machthebbers moeilijk verwachten dat ze zélf de middelen aanreiken die haar ontmaskeren.
Dit is het pad van de Boeddha. Van de Rebel. Van de Samana. Het is het pad dat leidt naar ‘koel worden’ (P. sitibhuto), d.i. naar bevrijding (P. vimutti); naar innerlijke vrede (P. shanti) en naar Zelfrealisatie (P. nibbana).
Dit ‘koel worden’ staat voor het ’tot rust komen’, geen verlangens of verwachtingen meer koesteren, onthechting en inzicht in de vergankelijkheid van alle dingen, volkomen acceptatie van het proces van anicca, het tot rust brengen van passie en tevredenheid met het simpele leven, waaraan geen eisen meer gesteld worden. Sitibhuto staat synoniem voor bevrijding.
De dhammanuvatti die het pad van de Boeddha resoluut volgt, breekt uit zijn conditionering. Verbreekt zijn ketens. Ontwikkelt wijsheid en mededogen door het voortschrijdende inzicht dat alles één is.
Daarom noemt de Boeddha zulke discipel een ariya-puggala. Een edele volgeling. Een epitheton voor zijn/haar stroombetreding.