Negentiende van tweeëntwintig metaforen voor spirituele verlichting.
‘Wat moet ik me voorstellen bij verlichting, Hans?’
‘Geen idee.’
‘Mystieke eenwording?’
‘Hè?’
‘Versmelting, collectus, henosis, unitus, godgelijkheid of zo?’
‘Hoe bedenk je het.’
‘Jij bent niet één geworden?’
‘Ik ben het tellen verleerd.’
‘Wat moet ik me dan voorstellen bij verlichting?’
‘Geen idee.’