Nadat de dhammanuvatti de ware Dhamma gehoord, zorgvuldig onderzocht en naar waarheid geverifieerd heeft, moet hij—volgens de instructies van de Boeddha—met perfecte aandacht al zijn ervaringen onderzoeken (P. vicaya), ontrafelen (P. vijateti) en beschouwen (P. bhavana).
Wat behelst die perfecte aandacht (P. yoniso manasikara) (1)?
Perfecte aandacht = aandachtig, systematisch onderzoek dat de beoefenaar aanspoort tot onderscheiden en analyseren. Door yoniso manasikara onderkent de yogi de ware aard van de verschijnselen, fenomenen, dingen (P. dhammas), i.c. hun ontstaan en vergaan.
In concreto komt dit neer op inzicht in de tilakkhana + in de paticca samuppada. Inzicht in beide begrippen vormt de kern van de buddhasasana, waarvan de Boeddha zei:
‘Deze leer is diepzinnig, moeilijk te zien, moeilijk te begrijpen, sereen, subtiel, voorbij de suprematie van redeneren [van kennis]. Deze leer is enkel te ervaren door wijzen; niet door dwazen.’
Yoniso manasikara maakt de dhammanuvatti duidelijk dat streven naar permanent geluk d.m.v. geconditioneerde verschijnselen een aberrante begoocheling is. Yoniso manasikara leidt regelrecht tot het experiëntieel ervaren van anicca, dukkha en anatta—de drie karakteristieken (P. tilakkhana) waaraan alle fenomenen onderhevig zijn.
Het antoniem van yoniso manasikara is ayoniso manasikara. In de Vibhangapakarana wordt het beschreven als ❛ het waarnemen van anicca als nicca, dukkha als sukha en anatta als atta. ❜ Konkreet wil dit zeggen dat ayoniso manasikara het onvermogen van de wereldling (P. puthujjana) is om de werkelijkheid te zien zoals ze werkelijk is.