Veel religies doen aan een of andere vorm van belijdenis.
Voor de mensen die niet opgegroeid zijn met een religie: belijden is openlijk getuigen van je geloof.
Meestal is de belijdenis geritualiseerd. Je moet dan in een standaard setting standaard antwoorden geven op standaard vragen in een standaard volgorde ten overstaan van standaard geloofsgenoten.
De tekst van zo’n gestandaardiseerde belijdenis is vaak afgeleid van een catechismus – een opsomming met eenvoudige uitleg van de dogma’s van het geloof in kwestie, ook weer in de vorm van vraag-en-antwoord.
In niet-weten kan van standaardisatie natuurlijk geen sprake zijn, en die catechismus kan je ook wel op je buik schrijven, wat zeg ik, in je navel – het ene gat met het andere.
Maar als ik me afvraag hoe ik zo eenvoudig mogelijk duidelijk kan maken wat ik bedoel met een radicaal niet-weten, dan denk ik onwillekeurig aan een belijdenis. Het zal mijn katholieke opvoeding wel zijn.
Niet mijn lijden wil ik belijden, dat is om niet.
Niet mijn weten wil ik belijden, dat heb ik niet.
Mijn niet-weten wil ik belijden, en anders niet.
Wil ik mijn niet-weten belijden, dan moet ik opsommen waar ik als agnost allemaal wel en niet in geloof. Daarin zit hem de kneep, want dat weet ik juist niet.
Dat moet ik nuanceren. Het is niet dat ik niks geloof, het is meer dat ik mijn geloof in dit en dat met ongeloof aanzie.
Groot Ongeloof.
Ik sta er met één been in (het speelbeen) en met het andere buiten (het standbeen).
En het is niet dat ik zonder ongeloof ben, maar dat ik zelfs mijn ongeloof met ongeloof aanzie.
Groot Ongeloof.
Ik sta er met één been buiten (het standbeen) en met het andere in (het speelbeen).
Voor mij doet het er niet meer toe waarin ik geloof, want ik geloof het toch niet.
Het doet er niet meer toe waarin ik niet geloof, want dat geloof ik ook niet – en geloof dat ook maar niet.
Nergens steek ik mijn hand meer voor in het vuur – hiervoor ook niet.
Opsommen waarin ik wel en niet geloof heeft dus helemaal geen zin.
De belijdenis van een agnost is een lege belijdenis.
Zeg maar gerust dé lege belijdenis, want waarin zou de ene lege belijdenis moeten verschillen van de andere lege belijdenis?
Leeg is leeg, zeg nou zelf.
Hoe belijd je een lege belijdenis? Door niet-belijden. Een andere mogelijkheid zie ik niet.
Niet-weten kan je volgens mij alleen maar niet-belijden.
Dat lijkt eenvoudig, maar het is een hele toer.
Op deze belijdenis heb ik uren gezwoegd en nog steeds zit hij vol gaten.
Kan je erdoorheen kijken?