Om onderwijs te geven in boeddhistische filosofieën, cultuur en kunst en om onderzoek te bevorderen in de verschillende aspecten van het boeddhisme, oude boeddhistische manuscripten te bewaren, oude boeddhistische teksten te digitaliseren die bewaard zijn gebleven in de talen van Pali, Sanskriet, Tibetaans, Chinees, Japanse en andere Aziatische talen, binnen een moderne universiteit, heeft het Indiase ministerie van toerisme een instituut opgericht.
Aan de onderwijsinstelling zijn het Central Institute of Himalayan Culture Studies” (CIHCS), Dahung, Arunachal Pradesh, het Nava Nalanda Mahavihara, het Central Institute of Higher Tibetan Studies (CIHTS), Sarnath, Varanasi en het Central Institute of Buddhist Studies (CIBS), verbonden.
Naast de boeddhistische onderwijsinstellingen verleent het Indiase ministerie van cultuur jaarlijks ook subsidies aan de volgende zes instellingen voor de bevordering van de boeddhistische cultuur en kunst: Bibliotheek van Tibetaanse werken en archieven, Dharamsala; Tibet House, New Delhi; Centrum voor Boeddhistische Cultuurstudies, Tawangklooster, Arunachal Pradesh; Namgyal Instituut voor Tibetologie, Sikkim; Internationale Boeddhistische Confederatie en GRL Kloosterschool, Bomdila, Arunachal Pradesh.
Ujukarin zegt
Fijne ‘window dressing’ met name om voldoende buitenlandse pelgrim-toeristen naar India te blijven trekken.
Het accepteren en stimuleren van boeddhisten in India zelf heeft nadrukkelijk minder prioriteit. Niet alleen hebben boeddhistische ex-onaanraakbaren het de laatste jaren moeilijker door de nationalistische regering, de nieuwe Citizen Act discrimineert expliciet voor wie als vluchteling India binnenkomt en geen hindoe is. Dus niet alleen moslim-immigranten (waar de meeste rellen uit voortkomen) maar ook pakweg boeddhistische vluchtelingen om wat voor reden ook uit Myanmar, Thailand, Nepal en Tibet.
Geen beste beurt voor India…