KANARIE
Schommelaars, jullie hebben erop aangedrongen dat ik een inspirerend praatje houd. Dus laat me beginnen met erop te wijzen wat een luizenleven jullie hebben. Wakker worden, veren opschudden, nootjes tussen de bladeren wegpikken, beetje schommelen op je tak aan de boom, praatje met de buurvrouw en als het meezit ’s avonds met de kippen op stok.
En toch bidden en prevelen jullie je suf op zoek naar de Klare Kanarie, eindeloos fantaserend over de klare kanariekolonie en de klare kanarieleer. Niets is jullie te gek voor een uitvlucht uit deze wereld waarin je jezelf met allerlei onzin hebt vastgelijmd. Nu zitten jullie hier voor mijn neus in de hoop dat ik jullie van die lijmstokken zal losweken.
Ik vraag je, waar wil je nou helemaal heen? Waar je vandaan wilt vluchten is waar je heen vliegt. De vogel in jullie die het snapt hoeft nergens heen. Hij kijkt met de blik op oneindig en ziet overal de lege horizon. Een niets zonder bodem, wanden of plafond. Een beetje kanarie hoeft nergens heen, hij gaat voort waar hij is.
Blijf zitten waar je zit en verroer je niet. Dan word je wakker, schud je je veren op, pikt een nootje tussen de bladeren, schommelt op je tak, maakt een praatje met de buurvrouw. En s’avonds ga je met de kippen op stok. Daarna komt de zon vanzelf weer op.
Minder is het niet, schommelaars. Of dacht je soms dat ik er meer van kon maken?